Het spook van Allende
Vandaag gaat het Chileense Post Mortem in première, de derde film van de regisseur Pablo Larraín, die bekend werd met Tony Manero. 8WEEKLY sprak de regisseur op het IFFR 2011 over zijn filmische invloeden en het vuile verleden van Chili.
Jij bent van een generatie die de coup niet heeft meegemaakt, maar de dictatuur wel. Waar keek je naar in die jaren?
‘Ik moet toegeven dat mijn familie aan de rechterkant van het politieke spectrum zat. Ik heb een vrij normale en onbezorgde jeugd gehad en mijn eerste filmische invloed waren Amerikaanse films zoals Back to the Future.’
Wat voor films werden er tijdens de dictatuur gemaakt?
‘Tijdens de dictatuur zijn er bijna geen films gemaakt. Volgens mij zijn er maar vier films in vijftien jaar gemaakt in die periode. Alle culturele activiteiten werden flink ingeperkt. Als je dat doet in een samenleving, dan zorg je voor een zware last. Naar mijn mening hebben ze dat gedaan om mensen de kans te ontnemen om zich te uiten.’
Merkte jij dat ook?
‘Als je nog een kind bent dan valt dat niet op, maar voor ouderen was dat natuurlijk anders. Zij moesten op illegale wijze aan films en boeken komen. Dat zijn problemen die ik nooit gekend heb omdat de dictatuur al voorbij was toen ik volwassen werd. Ik heb een complete vrijheid gekend en alles was voor mij toegankelijk.’
De hoofdpersonen in Tony Manero en Post Mortem zijn apolitiek in een tijd waar politiek een zaak van leven of dood is. Is het voor jou belangrijk om een grijs beeld te schetsen van die situaties door middel van ambigue personages?
Het is opmerkelijk dat nadat Pinochet het referendum verloor er nog veel mensen voor hem waren of onwetend waren over wat er precies had plaatsgevonden tijdens de dictatuur. Veel Chilenen weten nog steeds niet hoe erg het was en het is vreemd dat mensen Pinochet toen indirect steunden. In mijn films probeer ik een karakter te creëren dat niets te maken wil hebben met de omstandigheden om hem heen, maar er wel door beïnvloed wordt op een onderbewuste manier. Zijn omgeving oefent een invloed op hem uit, zonder dat hij dat door heeft. Ik ben van mening dat dat met ons allemaal gebeurt.’
Maar daartegenover plaats je mensen die soms wel politiek zijn.
‘Dat is zo, maar ik ben vooral geïnteresseerd in apolitieke karakters, omdat die het meeste lijken op echte mensen. De meeste mensen willen gewoon door met hun leven en merken plotseling dat de wereld op zijn kop staat. Net zoals de staatsgreep die uit het niets plaatsvond en het land wakker schrok.’
Tony Manero en Post Mortem recreëren op overtuigende wijze de look van de jaren zeventig. Heb je veel research gedaan of heb je veel zaken overgelaten aan je verbeelding?
Ik heb verschillende mensen gesproken en veel foto´s gezien uit die periode. Er is ongelofelijk materiaal van de AFI, een groep van fotografen die in het geheim foto’s heeft gemaakt ten tijde van de dictatuur. Er is ook een documentaire gemaakt die The City of the Photographers heet en die een beeld geeft van hoe de fotografen in het geheim actief waren als onafhankelijke chroniqueurs. Het belangrijkste was wel om te praten met mensen. Je merkt dan gelijk de emoties. Het is grappig dat als je het hebt over de coup, iedereen zich wel kan herinneren waar hij was. Het geheugen is glashelder. Maar als ik iets vroeg over hoe het leven was in 1978 dan wisten ze weinig te vertellen, alsof ze geen herinneringen hadden van die tijd.’
In Post Mortem is de kern van de film de scène waar Allendes lijk wordt onderzocht onder het toeziend oog van militairen die net de coup hebben uitgevoerd. Was die scène gebaseerd op feiten?
‘Er zijn nog steeds verschillende meningen over hoe Allende aan zijn einde is gekomen. Mensen zeggen dat hij vermoord is. Anderen zeggen dat hij zelfmoord heeft gepleegd. Zijn lichaam werd naar een militair ziekenhuis overgebracht. Je kunt het rapport over de lijkenschouwing die daar plaatsvond terugvinden op internet. Daar wordt op minutieuze wijze verslag gedaan van de gebeurtenissen en wie er aanwezig waren. Wij hebben het gefilmd in dezelfde ruimte en ik gebruik een longshot waar je alle militairen ziet die kijken naar wat er over is van de voormalige president. Toen ik het rapport las, zag ik dat een van de lijkenschouwers Mario heette. Zo ben ik aan het personage gekomen, waar ik een fictieve versie van heb gemaakt. Ik wilde in eerste instantie uitgaan van een liefdesverhaal en toen is het gegroeid vanuit dat gegeven.’
Je films zijn erg eigenzinnig. Toen ik je films zag kon ik niet duidelijk een invloed achterhalen. Welke regisseurs hebben je beïnvloed?
‘Dat is moeilijk te zeggen, omdat ik een brede smaak heb. Ik heb veel regisseurs die ik bewonder. Toen ik studeerde hadden ze 16 mm-prints van bijna alle belangrijke Duitse films op de filmacademie. Ik heb toen een projector gekocht en in mijn kamer alles gezien van Herzog, Wenders en Lang. Toen ben ik naar de belangrijke Italianen gaan kijken en heb ik Pasolini ontdekt. Zo is mijn cinefilie gegroeid. Ik raak verslaafd aan iets totdat ik er genoeg van heb en zo ga ik door naar het volgende.’
Wat zijn je plannen voor je toekomstige films? En wordt het iets totaal anders?
‘Het brengt ongeluk als ik spreek over projecten die nog niet af zijn. Maar ik wil graag iets anders maken, omdat ik van mening ben dat wij constant aan het veranderen zijn als mensen.
Op dit moment is de Chileense cinema in opkomst als je kijkt naar recente films zoals La nana en de films van Alicia Scherzon zoals Play en Turistas. Hoe is het filmklimaat nu in Chili?
‘Vorig jaar zijn er twintig films uitgebracht in Chili, van martial arts films tot horrors en komedies. Er is gelukkig een erg breed aanbod, wat het een mooie tijd maakt. La nana is geregisseerd door goede vriend van mij en is een komedie met een kritisch laagje. Het is een heel ander soort film als Post Mortem. Wij zitten in een circuit van mensen die hard werken, maar wel doen wat ze willen. En ik heb het geluk dat ik in zo’n creatieve en stimulerende periode films kan maken.’
Lees hier onze recensie van Post Mortem.