Film / Achtergrond
special: Deel 2

Imagine 2009

Nog drie dagen te gaan op het 25e Amsterdam Fantastic Film Festival, oftewel Imagine. In het tweede deel van ons verslag voor Europees en Aziatisch genrewerk.

Deel 1 | Deel 2 | Deel 3

Inhoud: Dante 01 | Chemical Wedding | Martyrs | The Good, the Bad, the Weird | Lesbian Vampire Killers

Een helse gevangenis
Dante 01
Marc Caro • Frankrijk, 2008

~

Regisseur Marc Caro is vooral bekend van post-apocolyptische, visuele juweeltjes zoals Delicatessen (1991) en La cité des enfants perdus (1995). Ook in Dante 01 weet hij weer de beklemmende, lugubere sfeer neer te zetten die hij in zijn twee eerdere film hanteerde, maar toch weet deze film niet hetzelfde niveau te behalen. Dit is vooral te wijten aan het ontbreken van de eveneens kenmerkende zwarte humor en het gebrek aan uitwerking van de personages.

Ergens in de toekomst, boven de met lava bedekte planeet Dante, zweeft een ruimtestation waar psychiatrisch onderzoek wordt uitgevoerd op een groep criminelen. Als op een dag een vreemde, nieuwe patiënt arriveert, blijkt al snel dat deze een bijzondere gave heeft. De beklemmende sfeer van het ruimtestation is goed neergezet door het effectieve gebruik van naargeestige ruimtes, en de claustrofobische sfeer die zowel onder de gevangenen als de wetenschappers die hen bestuderen heerst. Helaas wordt er weinig inhoudelijke uitweiding gegeven aan de personages en ligt de nadruk vooral op de zwaar aanwezige christelijke symboliek. Het ruimtestation heeft de vorm van een kruis, de ‘helse’ lavaplaneet Dante zweeft als constante dreiging op de achtergrond, en de nieuwe patiënt wordt door een medegevangene bestempeld als Saint Georges, de drakendoder. Met als klap op de vuurpijl de buitensporig overdadige eindscène, die zowel in tempo als visueel bombardement sterk contrasteert met de rest van de film. Dante 01 is een aardige sciencefictionfilm, die helaas nergens dat niveau echt weet te overstijgen. (Anouk Werensteijn)
Terug naar boven

Occulte onzin
Chemical Wedding
Juliana Doyle • VK, 2008

~

Kan één acteur een film redden? In het geval van Chemical Wedding lijkt het erop. De film van Julian Doyle, die als editor en assistent-regisseur uit de Python/Gilliam-hoek komt en ook als clipregisseur (Kate Bush, Iron Maiden) ervaring heeft, verfilmde dit verhaal van Iron Maiden-zanger Bruce Dickinson. Hierin reïncarneert de Britse occultist en schrijver Aleister Crowley met behulp van een virtual reality-machine. Zeker in het begin is het verhaal lastig te volgen en wordt regelmatig gestrooid met theorieën die volledig langs niet-ingewijden zullen gaan. Maar als de arrogante, duivelse Crowley zich manifesteert in het lichaam van een bedeesde, stotterende universiteitsprofessor, begint de film te leven. ‘Speel maar alsof je Richard III vertolkt’, was de instructie van Doyle aan Simon Cowell, die vervolgens met een fijne mix van Shakespeariaans en schmierend met de film aan de haal gaat. De bombastische gekte van Chemical Wedding herinnert soms aan het werk van Ken Russell, een andere Britse regisseur van flamboyante films. Helemaal overtuigen doet het geheel niet, maar vermakelijk is het wel. Met dank aan Simon Cowell. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven

Intellectuele martelporno?
Martyrs
Pascal Laugier • Frankrijk, 2008

~

Als de enige maatstaf om een film te beoordelen zou zijn in hoeverre deze ‘iets met je doet’, dan is Martyrs de onbetwiste koploper van dit festival. De Franse horror is goed gemaakt, fascineert, grijpt je bij de keel, en wekt tegelijkertijd ongelofelijke afschuw op. Dat heeft zeker te maken met het feit dat Martyrs, met het meedogenloos in beeld brengen van de gruwelijkheden die de personages ondergaan, de lijn ver doortrekt van eerdere Franse grensverleggers als Haute tension en À l’intérieur. Het levert beelden op die zich in het netvlies branden en die enige tijd zullen vergen voordat ze vervagen. De uitermate sterke en intense vertolkingen van de tot nu toe zo goed als onbekende actrices Mylène Jampanoï en Morjana Alaoui zijn hier debet aan.

Het verhaal begint als de kleine Lucie weet te ontsnappen aan haar ontvoerders. De daders, die haar ook martelden, worden nooit gevonden, en bovendien wordt Lucie vanaf die dag letterlijk achtervolgd door een demon uit haar verleden. De enige die zij in vertrouwen durft te nemen is Anna, die ze in het weeshuis ontmoet. De twee zijn hierna onafscheidelijk, ook als Lucie jaren later haar ontvoerders meent te herkennen en op brute wijze wraak op ze neemt. Dat gedeelte levert an sich al een intrigerende film op. Wat hem zo onvergetelijk maakt is de omslag in het verhaal, die niet bedoeld is om de kijker met een populaire ’twist’ op het verkeerde been te zetten, maar wel om – zo lijkt het – het verhaal te verdiepen; de motieven van de martelaren te duiden.

Of zoiets. Het roept in ieder geval veel vragen op, onder andere over de diepere motieven van regisseur Laugier – die in interviews niet veel verder komt dan de opmerking dat hij het script schreef in een donkere periode van zijn leven. Het dwingt tevens de horrorliefhebber te reflecteren wat hij bereid is te accepteren. Wanneer is het zien van pijn bij anderen nog ‘leuk’? Waar ligt de grens? We gaan er nog even hard over nadenken; Martyrs krijgen we toch nog even niet uit ons hoofd. In de tussentijd: toch een aanrader – die je tegelijkertijd eigenlijk niemand toewenst. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven

Leone in Mantsjoerije
The Good, the Bad, the Weird (Joheunnom nabbeunnom isanghannom)
Ji-woon Kim • Zuid-Korea, 2008

~

Vorig jaar deed de Japanse veelfilmer Takashi Miike met Sukiyaki Western Django creatief met het westerngenre, dit keer is het zijn Zuid-Koreaanse collega Ji-woon Kim. Wie de titel zegt weet meteen welk subgenre, en specifiek welke regisseur, hij citeert dan wel persifleert. Wie zo opzichtig verwijst, doet geen eens de moeite om echt origineel te zijn. Dat maakt de film niet minder leuk. Vanaf de waanzinnige openingsscène is duidelijk dat we hier te maken hebben met een energieke, kolderieke actiefilm, waarin de drie personages uit de titel jagen op een schatkaart. En zij niet alleen, want ook een lokale bende en zelfs het Japanse leger mengen zich in de strijd – het verhaal speelt zich namelijk af in het door Japan bezette Mantsjoerije.

Ji-woon Kim heeft veel visuele flair, al drijft hij de actiescènes qua lengte zou nu en dan wel erg door. Saai wordt het echter nooit. Voor een groot deel heeft dat te maken met de fantastische cast, waaronder Kang-ho Song (wederom heerlijk stuntelend, zoals eerder in Memories of Murder en The Host), maar vooral Byung-hun Lee als een van de meest charismatische filmpsychopaten ooit. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven

Verrassende vampieren
Lesbian Vampire Killers
Claydon Phil • VK, 2009

~

Wat zou dit jaar de verrassingsfilm worden? Het werd dus Lesbian Vampire Killers, die even vermakelijk en flauw is als de titel doet vermoeden, en daarmee de leukste festivalsneak is sinds jaren – niet dat dat heel moeilijk was. Het begint met een speelse opening die stilistisch leentjebuur speelt bij 300 en waarin geschetst wordt hoe een vampierkoningin een vloek over een dorpje uitspreekt. Bij toeval dan wel noodlot komen twee vrienden, tegelijk met een stel bevallige bimbo’s, in het dorpje aan. Rara, wat zou er gebeuren? Er is goed gekeken Shaun of the Dead, waarin ook twee Britse ‘lads‘ in een horrorscenario terecht komen. Sterker nog: het duo is een regelrechte kopie: de ene een sukkel met liefdesperikelen, de ander een goeiige dikzak met een grove bek. Lesbian Vampire Killers is echter wel een stuk platter en flauwer dan zijn zombie-evenknie. Maar dat drukt – in het juiste gezelschap – de pret niet. (Marcel Westhoff)
Terug naar boven