Film / Achtergrond
special: Deel 1

Leids Film Festival 2010

.

Dit jaar had de organisatie ook een internationale filmprijs, The Iron Herring in het leven geroepen om een internationale film te belonen met distributie in Nederlandse bioscopen. De winnaar werd de kunstwereldsatire Untitled. Ruimte voor wat veeleisendere cinema was er in bepaalde programma onderdelen zoals de Russische oorlogsfilms, die werden ingeleid door gastsprekers. Toch domineerden de vele grote auteurstitels van onder meer Mike Leigh, Woody Allen, David Fincher en Stephen Frears het programma.

DEEl 1| DEEL 2

Buried | Celda 211 | The Disappearance of Alice Creed | Howl | Last Night | Mammuth | Mr Nice

~

Je kunt het in eerste instantie een gimmick noemen: een film die zich geheel afspeelt in een kist waarin iemand vastzit. Een Amerikaan is in Irak in een hinderlaag terecht gekomen en gegijzeld. Hij wordt wakker in een begraven doodskist met een aansteker, een mobiele telefoon en een zaklamp. Er volgt een beklemmende onemanshow van acteur Ryan Reynolds, die zijn angst perfect weet over te brengen terwijl hij wanhopig probeert te bellen naar mensen die hem kunnen helpen. Cortes’ film had makkelijk kunnen escaleren tot sadistische torture porn. Toch is Cortes niet geïnteresseerd in het alleen maar choqueren van de kijker. De film weet in zijn claustrofobische en beperkende setting grotere thema’s aan te kaarten. De vervangbaarheid van oorlogspersoneel, de zinloosheid van de missie in Irak en het bureaucratische en onmenselijke handelen van regeringen en bedrijven. Uiteindelijk lijkt het begraven zijn het minst grote probleem van de hoofdpersoon die zoekt naar menselijk contact terwijl niemand hem kan of wil helpen. (George Vermij)
Terug naar boven

~

Juan Oliver (Alberto Ammann) wordt rondgeleid in een beruchte gevangenis, waar hij de volgende dag als bewaker gaat werken. Tijdens de rondleiding raakt Juan als gevolg van een ongelukkig incident gewond. De bewakers stoppen hem in cel 211, die toevallig leeg staat en halen hulp. Op dat moment breekt er een rel uit, waarbij de gevangenen onder leiding van Malamadre (Luis Tosar) het gezag overnemen. Wanneer Juan wordt ontdekt, besluit hij zich voor te doen als gevangene. Hij wil terug naar zijn zwangere vrouw Elena, maar zal eerst het vertrouwen van Malamadre moeten winnen en een plan bedenken hoe hij kan ontsnappen.

Juan is als een opgejaagd dier dat zich in steeds hachelijkere situaties begeeft. Met een hoog tempo wordt de spanning opgevoerd. Dat het niet meer goed komt, voel je van verre aankomen. Het uitgangspunt van Celda 211 is origineel, maar niet bijster geloofwaardig. Het scenario laat hier en daar wat steken vallen en de gevangenen lijken zo uit een standaard gevangenisfilm te komen. In het Franse Un prophète is de hiërarchie in de gevangenis complexer en daarmee overtuigender weergegeven. Net als de opstand van gevangenen geloofwaardiger tot stand komt in het Braziliaanse Carandiru. Hoewel Monzón kritiek op het Spaanse strafsysteem niet onbenut laat (met name de positie van ETA-gevangenen), moet Celda 211 het meer van de vorm dan de inhoud hebben. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven

Mislukte ontvoering, mislukte film

The Disappearance of Alice Creed
J. Blakeson • VK, 2009

~

In The Disappearance of Alice Creed wordt, zoals de naam al doet vermoeden, Alice Creed ontvoert. Daders Vic en Danny willen geld verdienen en Alice’ rijke vader staat op hun lijst. Het begin van de film toont hoe de mannen hun klus voorbereiden. Een huis wordt geluidsdicht gemaakt, een bed van de bouwmarkt haastig in elkaar gezet en de deuren met zware sloten beveiligd. De ontvoering van Alice is een makkie maar zodra ze opgesloten is in het huis gaat het fout. Alice herkent een van de daders, er ontstaat groeiend wantrouwen en het plan om geld te verdienen valt in duigen.

Dit regiedebuut van J. Blakeson is qua thematiek te vergelijken met Fargo van The Coen broertjes en Shallow Grave van Danny Boyle. Ook in deze films draait het om een krankzinnig plan om aan geld te komen. Dat het alleen maar mis kan gaan, voel je van verre aankomen. Waar genoemde films slaagden door een sterk scenario en een goede spanningsopbouw, stelt The Disappearance of Alice Creed in alle opzichten teleur.

Blakeson kan het namelijk niet laten om te strooien met onnodige plotwendingen. Het maakt van de film een ongeloofwaardig en voorspelbaar geheel. Sommige vondsten zijn uiterst lachwekkend (er komt zelfs homo-erotiek aan te pas), maar dat zal hij zo niet bedoeld hebben. Aan de acteurs ligt het niet. Zo heeft Blakeson Eddie Marsan, die overtuigde als norse rij-instructeur in Happy-Go-Lucky, uit de stal getrokken. Ook Gemma Arterton als Alice en Martin Compston als Danny acteren verdienstelijk. Het zijn het scenario en de dialogen waar vele haken en ogen aan zitten. Blakeson wil teveel met dit debuut. More is less zullen we maar zeggen. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven

~

Allen Ginsbergs gedicht ‘Howl’ wordt gezien als de strijdkreet van de hippe beatniks die zich vervreemd voelden in het burgerlijke en materialistische Amerika van de jaren vijftig. Howl toont het ontstaan van het gedicht en de schokgolven die het veroorzaakte in het land. Stilistische gezien is de film rommelig. Een proces waarin een openbare aanklager de obsceniteit en de kunstwaarde van ‘Howl’ bepleit, is gefilmd als docudrama. Dit wordt afgewisseld met scènes uit het leven van Ginsberg die vertelt over zijn inspiratiebronnen.

De subversiviteit en de onderliggende woede van Ginsbergs gedicht weten de makers echter niet overtuigend over te brengen. Het ligt in ieder geval niet aan de hoofdrol van James Franco, die een geloofwaardige Ginsberg neerzet en zijn herkenbare stem en manier van praten goed weet te imiteren. Vreemd is zijn rol wel als je weet dat Franco vooral bekend werd als de komische hasjdealer in het melige Pinapple Express. Zijn spel wordt aangevuld door gastrollen van bekende acteurs (Jon Hamm, Jeff Daniels, David Strathairn) maar de acteerprestaties zijn vlak en te kort om bij te blijven. Het meest storende element zijn echter de animatiesequenties die opdoemen als Franco het gedicht voordraagt. Hier wordt de onvergefelijke fout gemaakt om Ginsbergs woorden letterlijk om te zetten in beelden. En dat nog eens in een stijl die banaal is en op bepaalde momenten doet denken aan Disney. In deze rommelige mix verliest de film aan zeggingskracht en is daarmee een gemiste kans om daadwerkelijk recht te doen aan Ginsbergs gedicht. (George Vermij)
Terug naar boven

~

Het jonge echtpaar Michael en Joanna heeft het helemaal voor elkaar. Ze wonen in een hip appartement in New York, leiden een dynamisch leven en zijn gek op elkaar. Wanneer Joanna op een feest Michaels collega Laura (Eva Mendes) ontmoet, wordt ze achterdochtig en vermoedt dat Michael vreemdgaat. Immers, Michael heeft het nooit over haar gehad en lijkt zijn ogen niet van haar af te kunnen houden. Wanneer ze dit op de man afvraagt ontkent Michael. De volgende dag vertrekt hij voor zijn werk naar Philadelphia, met Laura. Joanna ontmoet per toeval haar ex Alex, met wie ze in Parijs een kortstondige relatie had. Last Night volgt zowel Michael als Joanna, die beiden aan verleidingen blootgesteld worden. Hoe zwaar weegt het huwelijk in zo’n geval?

Last Night is een kleine film met grote acteurs. Tadjedin heeft zowel Sam Worthington (Avatar) als Keira Knightley (Atonement) weten te strikken. Beiden overtuigen met hun beheerste spel en het neerzetten van een spanningsveld tussen trouw en verleiding. De film heeft wat weg van Before Sunset van Richard Linklater, waarin de hoofdpersonen elkaar na negen jaar weer ontmoeten en zich nog steeds tot elkaar aangetrokken voelen. De worsteling van Joanna en Michael is invoelbaar. Knappe film, die zonder een oordeel te vellen maar weer eens laat zien hoe complex menselijke verhoudingen liggen. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven

Gargantueske motorrijder


Mammuth
Gustave de Kervern, Benoît Delépine • Frankrijk, 2010

~

Serge Pilardosse (Gérard Depardieu) gaat na tien trouwe arbeidsjaren als slager zijn pensioen tegemoet. Als afscheidscadeau krijgt hij een legpuzzel. ‘Zo’n goede band had je met je collega’s’, snauwt zijn vrouw hem toe. Er is geld nodig en Serge heeft voor een volledig pensioen werkbriefjes nodig van diverse banen. Op zijn Mammutmotor trekt hij er op uit om de briefjes te verzamelen. Tijdens zijn reis wordt Serge geconfronteerd met gebeurtenissen uit het verleden. Maar bovenal zoekt hij verlossing en de vrijheid om te genieten van het leven.

Die zoektocht gaat Serge niet gemakkelijk af. Alles lijkt hem namelijk tegen te zitten. Dit wordt geïllustreerd aan de hand van grappige, absurde scènes. Vooral de eerste helft van de film overtuigt. Delépine en de Kervern weten een goede combinatie van realisme en humor neer te zetten. Dit is mede aan het korrelige camerawerk, de vervallen sfeer en de verschijning van Depardieu te danken. Hij is bijna onherkenbaar met zijn zware lijf en lange haren. Als een slome, niet al te slimme reus beweegt Serge zich door het leven.

De film verliest aan kracht wanneer Serge zijn nichtje Miss Ming ontmoet. Vage gebeurtenissen volgen elkaar in rap tempo op. Zo is er een onverklaarbare scène waarin Serge en zijn oom elkaar afrukken. Alsof de regisseurs willen zeggen: het kan nog absurder. Ook vormt de verwerking van de dood van een vroegere liefde (Isabelle Adjani) nog een verhaallijn. Dit geeft de film een emotionele lading mee die niet past bij de rest. Mammuth heeft briljante momenten, maar is als geheel niet helemaal geslaagd. En Depardieu? Behalve dat hij oogt als een Franse Mickey Rourke uit The Wrestler, heeft hij er een onvergetelijke rol bij. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven

~

Howard Marks autobiografie Mr Nice is een cultboek waarin deze voormalige hasjdealer zijn levenspad uitvoerig beschrijft. De gelijknamige film van Bernard Rose is een vrij voorspelbare drugsbiopic die het beste is te vergelijken met Blow. Stilistisch valt hij in de lijn van films die de jaren zestig en zeventig portretteren als verloren decennia van ongekend en ongestraft hedonisme. Rhys Ifans zet Marks overtuigend neer als een simpele jongen uit Wales die de kans krijgt om in Oxford te studeren. Gelukkig voor hem doet hij dit in de swinging sixties, hier geïllustreerd door een montage van vrolijke orgieën en caleidoscopische psychedelica. In de jaren zeventig wordt Marks een grote dealer, mede door de hulp van een gestoord IRA-lid (David Thewlis met een Iers accent), dat hem helpt om drugs te smokkelen. Mr Nice is vermakelijk, maar wordt voorspelbaar als Marks de lange arm van de wet niet van zich af kan schudden. Rose, die vooral bekend is van Candyman en Immortal Beloved, ontkomt in Mr Nice niet aan die vaak voorkomende tegenstrijdigheid van veel drugsfilms: enerzijds wordt de drugscultuur verheerlijkt, anderzijds is het een waarschuwing over de onvermijdelijke keerzijde van deze lifestyle. Wat overblijft is een film die van twee walletjes eet, maar dat wel met enthousiasme doet. (George Vermij)
Terug naar boven