Joseph Roth doet er weer helemaal toe
Iedere kans die zich voordoet om het over Joseph Roth te hebben mag aangegrepen worden. In de aanloop naar zijn revival zijn bijna al zijn romans vertaald, inclusief nu Vlucht zonder einde, met een zinnige inleiding van bewonderaar Arnon Grunberg (Roth is ook een ware writer’s writer). Maar er komt nu opeens veel meer aandacht voor Roth van de grond.
Zo was er in de Amsterdamse schouwburg de avond waarop Geert Mak zijn verbindende rol vervulde tussen Nederlandse, Vlaamse en Duitse auteurs en acteurs die fragmenten voorlazen uit Roth’s non-fictie en fictie. Met name viel eer te beurt aan de romans Radetzkymars, Job en Hotel Savoy. De Duitse acteur André Jung leverde het huzarenstuk met zijn voorlezing van de complete De legende van de heilige drinker, het laatste dat Roth uit zijn pen kreeg. Gedrukt is die novelle dubbel zoveel waard door de symbiotische illustraties van Bert Dekker.
Scheurende wereld
Op het podium, waar braaf alleen Spa blauw werd gedronken, voltrokken zich onder regie van Johan Simons vier etappes. Die liepen van Heimat via Krieg en Hotels naar Tod und trinken. Zijn Heimat verloor Roth door het uiteenvallen van de geïdealiseerde Oostenrijkse dubbelmonarchie en als soldaat meldde hij zich in de Grote Oorlog. Daaruit keerde hij berooid en ontgoocheld terug. Dat hij hoe dan ook een enigszins burgerlijke draai niet kon vinden, is al af te lezen uit het feit dat hij zijn hele leven verder in hotels sleet. Om de scheurende wereld tot en met de voorafschaduwingen van de Tweede Wereldoorlog te kunnen verdragen en die tegelijk literair en journalistiek te beschrijven veroordeelde hij zich tot de sterke drank, zijn vriend en vijand. Die drank werd in Parijs in 1939, op zijn 45e, zijn vroege dood.
In De Parelduiker van dit voorjaar prijken artikelen over Roth in Berlijn en over diens Radetzkymars. Dat laatste is geschreven door Els Snick. Deze germaniste heeft onnoemelijk veel gedaan om de belangstelling voor ‘haar’ auteur verder op gang te krijgen. Zo schreef zij Waar het me slecht gaat is mijn vaderland – Joseph Roth in Nederland en België en daarna ook nog Hotelmens – reportages en brieven, waarin met name een aantal brieven aan Stefan Zweig. Deze succesvolle schrijver, ook voor Hitler op de vlucht geslagen, probeerde zijn vriend op alle mogelijke manieren terzijde te staan, ook financieel. Uiteindelijk wilde het noodlot van geen wijken weten.
Menig glaasje
Sinds kort bestaat er ook het Joseph Roth Genootschap, gelieerd aan de collega’s in Wenen. Een mooie club voor de echte liefhebber. En café Scheltema in Amsterdam wordt sinds kort opgesierd door een officieel geïnstalleerde Roth-plaquette, want daar placht hij menig glaasje te drinken ten tijde van zijn Amsterdamse ballingjaren. Het café lag op loopafstand van zijn uitgever Allert de Lange op het Damrak en zijn hotelletje in de Warmoesstraat.
Binnenkort verschijnt een aparte bespreking van de formidabele roman Vlucht zonder einde.