Het vaderschap als experiment
De mannen van PIPS:lab zijn vader geworden en dat zullen hun zoontjes weten ook. In een met camera’s volgehangen laboratorium onderwerpen de jonge vaders hun kroost aan een scala pedagogisch niet altijd even verantwoorde experimenten. Doel: het moderne vaderschap onderzoeken.
Want wat maakt je tot een goede ouder? Laat je je kind in vrijheid de wereld ontdekken of hou je de lijn strak? En welke waarden wil je je kind meegeven? Creativiteit? Gehoorzaamheid? Zelfstandigheid? Vele vragen maar, zoals de bevriende vaders verzuchtten, weinig antwoorden. In Aarsvaders gaan de mannen van PIPS:lab (Keez Duyves, Willem Weemhoff, Daan van West en Thijs de Wit) op zoek naar die antwoorden in een nieuw laboratorium.
Dynamiek
Beelden uit het lab, die veelal bestaan uit rondrennende peuters in gekleurde overalls, worden geprojecteerd op grote bewegende schermen. Het publiek kan vrijuit over het podium rondlopen en heeft zo de illusie zelf in het laboratorium aanwezig te zijn. De bewegende schermen en de afwisselende beelden die daarop geprojecteerd worden leveren een interessante dynamiek. Omdat je als kijker op het podium mag staan en gaan waar je wilt, word je zelf ook onderdeel van het steeds in beweging zijnde decor. Wat je van de voorstelling ziet, wordt voor een groot gedeelte niet bepaald door de makers maar door de bezoeker zelf. Het ene moment luister je naar een monoloog van een autoritaire vader die zijn kind leert hoe je voor jezelf op moet komen, het volgende moment wandel je naar een blokfluitspelende pappa die het liefst zingend met zijn zoon communiceert.
De voorstelling wordt het sterkst wanneer de vier vaders elk een hoek van het podium innemen en iedere vader op zijn eigen manier de aandacht van het publiek probeert op te eisen. De vaders zijn niet langer elkaars vrienden maar raken verwikkelt in een concurrentiestrijd. Als marktkoopmannen overschreeuwen ze elkaar over wiens opvoedtechnieken de beste zijn.
Duistere ondertoon
Meer nog dan over het vaderschap gaat Aarsvaders over technologie en de mogelijkheden die daardoor worden gecreëerd om het hele leven vast te leggen op beeld. De peutertjes krijgen camera’s omgehangen en worden daarnaast geobserveerd vanuit tientallen andere standpunten. In computermodellen wordt het precieze gedrag van de kinderen geanalyseerd. Een van de vaders verwoordt het pakkend: we wilden niets niet zien. Het past in onze tijd, waarin trotste ouders Facebook volgooien met foto’s van hun kinderen en de tijd waarin kinderen steeds jonger met telefoons worden uitgerust ter kalmering van de bezorgde vader of moeder. Aarsvaders laat zien dat een al te obsessieve belangstelling in het doen en laten van kindlief niet tot een gezondere band tussen vader en zoon leidt. Zelfs de vader die het meest een vrije en creatieve opvoeding voorstond, verandert langzaamaan in een personage dat ze bij de KGB graag in dienst hadden genomen. Dit geeft het luchtige Aarsvaders een duistere ondertoon.