Menselijke tragiek met een glimlach
De machteloosheid die je voelt wanneer iemand overlijdt – het is zware kost waarmee Kassys deze voorstelling opent. Woorden schieten tekort, niets helpt om de pijn te verzachten. Dan volgt er ineens een bijzondere draai; het publiek bekijkt het laatste half uur een film, waarin de acteurs gevolgd worden in hun leven na de voorstelling. Die levens blijken stuk voor stuk gedomineerd door eenzaamheid en troosteloosheid. En toch valt er genoeg te lachen.
Kommer begint wanneer zes personages net te horen hebben gekregen dat een naaste van hen is overleden. De relaties worden verder niet verduidelijkt, maar het verdriet spreekt uit alles. De muziek moet worden uitgekozen, maar niemand is er met zijn hoofd helemaal bij. Er vinden gesprekjes plaats: ‘Hoe gaat het?’ ‘Jawel’ ‘Gelukkig krijg je veel steun van je familie.’ De goedbedoelde woorden zijn ontoereikend. Er wordt ongemakkelijk in de plantenbakken gefrunnikt, broodjes worden aangeboden, maar niemand heeft echt trek. Het treurige effect wordt versterkt door het langzame tempo van dit eerste deel van de voorstelling. Dan, halverwege, wordt het publiek verrast door een wending. De acteurs gaan af, maar we zien ze op een scherm in de kleedkamer, vrolijk besprekend hoe goed de voorstelling ging. Individueel verlaten ze het theater, hun eigen leven in. Daar blijkt ieder zijn eigen problemen te hebben: alcoholisme, vreetbuien of een agressieve neiging om van alles te vernielen. Eigenlijk wordt ieder leven gekenmerkt door eenzaamheid en uitzichtloosheid. Daarin kun je een verband zien met het eerste deel van de voorstelling: als de eerste klap van een sterfgeval is gezakt, moet je verder met je leven, maar hoe? Iedereen lijkt zijn opgekropte verdriet op een eigen manier te moeten verwerken, maar niemand slaagt er in het gemis een plek te geven. Maar je kunt de film ook zien als een illustratie van de zorgen die zich in het dagelijks leven aan mensen voordoen. Kommer en kwel dus.
Zelfspot
Knap genoeg weet Kassys het publiek ondanks die zware thematiek wel aan het lachen te krijgen. Dat doen de acteurs vooral met veel zelfspot. Van de planten blijft niets meer overeind staan, ze worden met veel geweld uit de bakken getrokken en zelfs bijna opgegeten. De plagerijtjes van Ton (Ton Heijligers), die met zijn haai probeert de sfeer wat op te vrolijken, gaan steeds net te ver. Ook in de film komen soms groteske beelden voorbij, vooral tijdens de vreetbuien, waarbij de meest eetlustbedervende combinaties de revue passeren: cake met vanillevla en mayonaise, suikerspin met huzarensalade, patat met spekkies… Dit soort uitvergrotingen creëren een absurd randje aan de voorstelling, waardoor de grafstemming hier en daar toch behoorlijk luchtiger wordt. Die balans maakt dat het stuk nog harder aankomt, de triestheid die onder de grappen verborgen ligt, nog indringender. En toch verlaat de toeschouwer de zaal met het gevoel ook een leuke avond te hebben gehad. Dat is een grote prestatie.Het tekort van taal
Het theatergezelschap Kassys heeft al veel successen geboekt. Zo hebben ze verschillende tours in het buitenland gemaakt, onder andere in Noord-Amerika en Australië. De groep, bestaande uit de harde kern van Liesbeth Gritter, Mette van der Sijs, Klaas Paradies en Mark Walraven, voor de voorstellingen aangevuld met andere acteurs, omschrijft het eigen werk als ‘gluurtoneel’, waarbij ze proberen de mechanismen in de dagelijkse omgang van mensen bloot te leggen, in een ‘humoristische knoeivorm’ van theater en film. Die mengvorm werkt goed in het theater. Het zorgt voor een verrassend element, een verdieping van het verhaal, maar is ook een manier om een scheiding te maken in de voorstelling. Die scheiding bewerkstelligen de zes acteurs evenzeer. Op het toneel praten ze tegen elkaar met troostende woorden, die nogal monotoon worden uitgesproken, waardoor het cliché karakter ervan wordt benadrukt. Tijdens de film worden veel meer dagelijkse uitdrukkingen gebruikt, waardoor het realistischer overkomt. Toch zijn woorden niet het belangrijkst in deze voorstelling; regisseur Liesbeth Gritter wil juist laten zien hoe beperkend taal kan zijn. Dat is zeker gelukt, want in Kommer blijken de beelden veel sprekender dan de woorden.Alles heeft een functie in Kommer, waardoor ook de trage momenten niet vervelen. Met de combinaties van humor en tragiek, van theater en film weet Kassys een indrukwekkend portret neer te zetten van gewone mensen en hun omgang met de moeilijkheden in hun leven, zonder het publiek een te zware maaltijd voor te schotelen. Een veelbelovende aanrader.
Kommer speelt op 2 en 3 april 2009 in het Grand Theatre in Groningen, in het kader van de Kassys Week. Verder wordt Kommer gespeeld op 8 mei in de Verkadefabriek in Den Bosch en op 28 en 30 mei in Frascati in Amsterdam.