Een opmaat naar comedy die past als een jas
Nabil’s tweede voorstelling Monopoly is vooral een verzameling van veel, heel veel grappen. Misschien niet altijd even origineel, maar vrijwel altijd goed getimed. Toch kan Nabil beter dan hij nu laat zien.
Nee, verwacht bij Nabil Aoulad Ayad (in 2015 nog finalist van het Leids Cabaret Festival) geen hoogdravend cabaret met een stilistisch fraai decor en een mooi uitgewerkt thema dat voldoet aan de wetten van het vak en in het klassieke cabarettheater De Kleine Komedie tot volle wasdom komt. In plaats daarvan doet Nabil waar hij goed in is en waar hij zin heeft: grappen maken. Daarmee beantwoordt hij letterlijk de vraag die hij aan zichzelf stelt in de voorstelling, namelijk of hij een cabaretier of een comedian is. Het is het laatste, want dat het woord cabaretier in Marokko een geheel andere connotatie heeft, blijkt wel uit het gesprek dat hij met zijn oom heeft. Maar het is ook vooral het type voorstelling dat Nabil heeft gemaakt: een kleurrijk palet dat toevertrouwd is aan comedians die typetjes doen, in dit geval onder meer Surinamers, kakkers, Angolezen, Tukkers en Brabanders. Behalve deze en andere clichématige sketches (De Rijdende Rechter, dat weten we nou wel), zijn er ook wat geinige dingen te ontdekken, zoals de mailcorrespondentie met ‘fan’ Bilal82, zijn overmatige drugsgebruik en James Bond. Al deze anekdotes dienen ter ondersteuning van zijn verhaal over de relatie tussen de mens en geld.
Zo vertelt hij onder meer over zijn schaamte op de basisschool, toen hij werd gepest omdat hij kleding droeg van de Wibra. Maar ook over de uitwassen van rijkdom, zoals het peperdure horloge van zijn vroegere held Floyd Mayweather. Hoe schrijnend of pervers ook, zijn verwondering of verbazing wordt nergens echt invoelbaar door zijn drang naar de gulle lach. Daar zit gelijk zijn kracht en zijn zwakte, want Nabil is een comedian die leunt op de punchline en dat ook ten volle uitbuit. Daarmee doet hij zichzelf ook flink tekort. Met een strakkere regie zou hij bijvoorbeeld meer rustpunten kunnen inbouwen, zodat zijn statement (te herleiden naar een oude hit van zijn favoriete rapper Notorious B.I.G) gedurende de voorstelling beter beklijft. En het is een raadsel waarom hij voor zo’n kaal decor heeft gekozen (slechts een wit doek) met een redelijk simpel lichtplan. Wie echter maling heeft aan esthetiek en een goed uitgewerkte verhaallijn, maar een avond onbekommerd wil lachen, doet er goed aan om een kaartje te kopen.