Theater / Voorstelling

I am in pain therefore I am

recensie: Painicilline (Alex d’Electrique)

.

~

Volgens de programma-aankondiging tovert Painicilline op absurd-komische wijze een wereld voor waar Oorzaak en Gevolg van elkaar zijn losgesneden. In dit universum zijn de mensen “verongelijkte losers, pathologische optimisten, autisten en sociopaten”, die slechts door één gevoel worden geleid: heimwee. Afijn, het absurde van een leven zonder causaliteit levert ons visueel spectaculaire beelden op. De personages herhalen hun handelingen zonder er erg in te hebben. Drie keer wordt de entree gedaan (blieb!), drie keer wordt een attachékoffer neergezet, drie keer wordt een asbak opzijgeschoven. En de éne deur uitgaan, betekent de andere weer inkomen. Plassen in de linkerhoek spettert van rechtsonder weer terug. Soms juist weer niet (Aargh!).

Winnaars aan tafel

~

De drie wetenschappers zijn genomineerd voor een prijs. Wachtend op het verlossende telefoontje van de commissie brengen ze hun tijd samen door. Ze spreken over de verziekte wereld en hebben voor hun eigen zieke gewoontes natuurlijk pasklare verdedigingen. Het decor is gevuld door een extreem grote houten tafel, de genomineerdentafel. Alles speelt zich aan, rondom, bovenop en onder die tafel af. Door de tafel houden de personages een soort psycho-intellectuele huisvergadering. Of is dit hun gewoonte? Een jerrycan met wodka versterkt de intimiteit. Veel meer dan praten, roken en drinken zit er niet in. Wij hebben het gevoel haast bij ze aan tafel te zitten. De salonwerkelijkheid wordt tot absurde proporties uitvergroot.

Supersemi

Het taalgebruik is arrogant, meta-hedendaags en semi-intellectueel. Het wereldbeeld hangt aan elkaar van oneliners. Zo horen we: “Ik ben een man, het actieve principe” (sic!), “wachten is cool, vet is cool, wachten is vet cool”. En woorden als credibility en chickie, en retecomplex, u kent het wel. En let vooral op de geweldig verheffende zinsconstructie: “Je laat je toch niet de shit indrukken?” Kortom, de heren zijn nog best van een aantal markten thuis. Het is daarom een tikje jammer dat ze geen vrouwen tegenkomen. Wat vrouwelijk gezelschap erbij had best leuk geweest, een anderstalige dame bijvoorbeeld voor ons internationale Nederlanders. Er werden tenslotte vrouwen genoemd in de lijst der genomineerden.

Beetje flauw

Nu worden ze dus een beetje flauw. Er wordt niet helemaal tot het gaatje gegaan, zeg maar, komisch gezien. Maar behalve de rake woordgrappen, die haast toevallig uit ze lijken te vallen, zijn er mooi getimede effecten. Perfect is het bergje schaafsel dat de telefoon, nadat de heren genomineerden het ding tot vier keer toe niet te pakken durven krijgen, tot een kleine piramide transformeert, met een straal vanuit het plafond naar beneden spuitend. Op die tafel. Leuk zijn de boorgaatjes in de stoel om te testen of de stoel nog wel een stoel kan zijn. La condition humáine. Ach, onze proefondervindelijke filosofen. Spectaculair-aandoenlijk is het rondrijdende minifietsje met interessantste jongetje Raymond Spannet als Dexter, met een brandje achterop zijn bagagedrager.

Wow

Maar die iets-groter-dan-normale-lichtpeertjes die aan het slot van het stuk, nadat alle azijn gepist is, langzaam vollopen met zand, en die met hun verdwijnende licht langzaam de voorstelling uitdoven, wow, zijn pas echt mooi. De heren eronder, sorry heren, blijven grote losertjes, daar aan die grote tafel. Grote losers met veel acteertalent.

Painicilline kun je nog tot en met 16 april 2005 gaan bekijken in het hele land.