Kunst / Expo binnenland

Weg met het ideaalbeeld

recensie: PINK de Thierry – Leven in kunst / Frans Hals Museum

De wereld is een podium, zo zei Shakespeare, maar kan ons dagelijkse toneelstuk ook kunst zijn? PINK de Thierry (1943-2023) (pseudoniem van Helena Scheerder) vervaagt de grenzen tussen privé en kunst, tussen wat gespeeld is en wat niet. Haar werk uit de jaren tachtig heeft een voorziende blik op wat later realityshows zijn gaan heten. Voor het eerst heeft ze een overzichtstentoonstelling, in het Frans Hals Museum.

De performances van PINK de Thierry komen in navolging van de Fluxus beweging, van Gilbert & George en Bruce Nauman. Waar haar voorgangers alles tot kunst verheffen, zelfs het dagelijks bestaan en hun eigen lichaam, gaat PINK nog een stapje verder en vraagt zich af: waar liggen de grenzen van de privésfeer? In haar beeldtaal grijpt ze regelmatig terug naar de reclamefotografie, met vaak grote theatraliteit. Ze houdt van de overdrijving en speelt zelf een rol – wellicht door haar verleden als schouwspeler – en ook in haar kunstenaarschap, gezien haar artiestennaam. Haar werk is veelal kritiek op het ‘ideale gezin’ – met de maatschappelijke bron waar dit ideaalbeeld uit put – en de consumptiemaatschappij.

Kritiek op consumentisme

In 1981 verstuurt ze verhuisbriefjes dat zij met haar gezin als ‘familie De Koning’ gaat verkassen naar Theater de Meervaart in Amsterdam. Daar verblijft ze dertig dagen in een nagemaakt appartement. Deze is gemeubileerd met woonartikelen van de Bijenkorf, met de prijskaartjes er nog aan. Bezoekers mogen PINK en haar gezin tussen 16:00 en 17:00 uur aanschouwen bij de dagelijkse beslommeringen. Als een levende etalage dus en daarmee kritiek op het consumentisme. Het alledaagse bestaan verheft ze hiermee tot kunst, als een readymade bijna. Dit concept heeft ze in vervolgwerken verder uitgediept en haar gezin speelt regelmatig een rol in haar eigen gecreëerde werelden.

Het ideale gezin

In meerdere performances veroordeelt ze het idee van het ideale gezin, gedocumenteerd in video of foto’s, en mooi gepresenteerd bij de tentoonstelling in de Hallen van het Frans Hals. In At Home woont ze dertig dagen in een tweedimensionaal droomhuis, gemaakt van beschilderde hardboard platen, op de Grote Markt in Haarlem. Een over de top schouwspel dat lijkt op jaren zestig reclames. Voorbijgangers mogen het gezin bekijken, waardoor hun ogen veranderen in die van gluurders. Voor een ander werk overnacht het gezin in het Frans Hals Museum met hun bedden afgebakend tussen paaltjes. PINK maakt hiermee het lichaam en het slapen tot een kunstvorm.

Haar werk gaat over het grensgebied waar kunst eindigt en ‘het echte leven’ begint en hoe de joods-christelijke maatschappij het ideale gezin ziet – het welbekende huisje-boompje-beestje. Ook gaat het over kijken. Naar iets wat je eigenlijk niet mag zien, naar privésferen die normaal verborgen zijn. PINK heeft kritiek op televisie, dat het leven te sensationeel en spannend voorspiegelt in haar ogen. Er zit daarom een overdreven burgerlijkheid in haar performances: zoals bij haar televisie-uitzending Tea Time waar niet meer dan thee wordt gedronken en gekeuveld wordt over sigaren en suikerklontjes.

Vercommercialisering kunst

In de jaren tachtig valt het haar op dat kunstenaars steeds meer moeten onderhandelen om hun werk te tonen en zichzelf telkens moeten promoten. Ze besluit er een performance van te maken. Samen met man Donald (die optreedt als zaakwaarnemer, adviseur en assistent) vertrekt ze naar de Verenigde Staten en klopt aan bij de grote musea voor een expositie. Met een witte golftas, waar een drieëntwintig meter lange afdruk van haar werk in zit, gaat ze op pad. Pas als een museum instemt met een performance toont ze haar ‘visitekaartje’. Alleen het Museum of Contemporary Art Los Angeles hapt toe. De performance wordt vastgelegd in video, naast geënsceneerde foto’s waarin ze wederom teruggrijpt naar het over de top gehalte van reclamefotografie: zij in een bikini naast een zwembad of heroïsch voor een Amerikaanse bolide.

Bij later werk zegt ze de performance vaarwel en richt zich meer op collages en schilderkunst. Tekst komt daarin vaak terug, in onleesbare krabbels of een eigen taal. Dit schrift komt uit de Arcadia-wereld van vroegere performances. Art is mightier than the pen staat op een van de werken, met gezichten verborgen achter stukken tekst. Kunst staat boven het woord, volgens haar. Met de Bijbel als inspiratiebron bij een ander werk lijkt het of ze wilt zeggen dat onze wereld uit tekst bestaat, uit theorieën. Het woord dat theoretici ons opleggen verblindt ons. Het ideale gezin komt hier eveneens uit voort, net als het kapitalisme. Wees kritisch, lijkt ze te zeggen. We leven in verzonnen verhalen en de ideale maatschappij is niets anders. PINK de Thierry is van mening dat de ideale wereld niet bestaat. Het enige dat er bestaat is het alledaagse.

PINK de Thierry – Leven in kunst is nog tot 29 oktober te zien in het Frans Hals Museum, Haarlem.