Muziek / Album

Verzamelaar van murmelliedjes

recensie: Spinvis - Goochelaars & Geesten

Druk, druk, druk. Erik ‘Spinvis’ de Jong zal een avondje op de bank zo langzamerhand best missen. Zo was er begin augustus de première van de bioscoopfilm Man zkt Vrouw in Antwerpen, waarvoor De Jong de soundtrack componeerde, en heeft hij net zijn zomerconcertreeks op Oerol en de Parade afgerond. En nu dan een nieuwe cd. Voor Goochelaars & Geesten tovert Spinvis maar liefst zeventien muzikale konijntjes uit z’n hoed. Het blijken liedjes die al geschreven waren. Een gevonden album, zogezegd. Dat scheelde in elk geval weer wat tijd.

Spinvis

De man die begin dit jaar -verrassend maar terecht- op Noorderslag de Popprijs 2007 won en wiens vorige platen alleen maar jubelkritieken ontvingen, wekt verwachtingen. En deels – laten we niet flauw doen – voldoet hij er ook nu aan, godzijdank. Goochelaars & Geesten is in bepaalde opzichten een typische Spinvis. Zo zijn daar weer de unieke muzikale composities en teksten, zoals alleen het mirakel uit de Vinex-wijk ze kan bedenken. De combinatie van een trompet en oosters gezang in Dag 1 is heel bijzonder. Of het ritmisch pratende begin van het ‘catchy’ nummer Een Kindje Van God. Ook heel Spinvis. De fijnste meezinger is tevens de eerste single van de plaat: Wespen op de appeltaart. Ooit geschreven in opdracht van een psychiatrische instelling in Vlaanderen, kun je je goed voorstellen dat dit nummer een aardig therapeutische werking op de patiënten heeft gehad. En dat gaat hij nu waarschijnlijk hebben op het grote publiek. Tot zover positief.

Betekenisvol gemurmel

Erik de Jong heeft wel eens uitgelegd hoe hij zijn teksten schrijft. Demo’s begint hij vaak met een niet-bestaande murmeltaal, waaruit hij vervolgens woorden en zinnen en tenslotte liedjes destilleert. En daar is het precies waar het regelmatig wringt op Goochelaars & Geesten. Veel nummers lijken bij ontstane woorden te zijn blijven steken. Je vraagt je soms zelfs af of de liedjes het gemurmel zijn ontstegen. Waarschijnlijk wil hij veel zeggen met een liedje als Een Nagemaakte Gek maar mijn god, articuleer toch eens duidelijk! In Het Laatste Wonder is het nóg erger. En heb ik net met veel moeite – lees: de stereo op tien met koptelefoon op – de zinnen ontleed, dan nog kom ik tot de conclusie dat Spinvis wel een bovennatuurlijk lijntje moet hebben uitstaan, want de tekst begrijpen? Nee, dat lukt me ook al niet heel goed. ‘De verhalen gaan, van je buik, je tong, je vingers in zijn mond, en dat het eindigt bij de zee. De verhalen gaan……..(onverstaanbaar)’. Aaargggh!!

Zwabberen

Vrolijk word ik maar zelden van de nieuwe Spinvis. Het nummer Was is de meest deprimerende en trage interpretatie van songfestivalhit Poupée de Cire, Poupée de Son ooit. Leuk gefreubel maar wiens idee was het om dit op plaat te zetten? Zelfs na vijf keer luisteren lukt het me niet hier iets interessants uit te halen, behalve het besluit dit nummer in het vervolg te skippen. Dat vijf keer luisteren heb ik overigens met de hele plaat gedaan, maar met alle goede wil van de wereld kan hij niet tippen aan de vorige Spinvis-cd’s. M’n wenkbrauwen bleven fronsen bij het kinderliedje Alles in de Wind die Erik door z’n zoon liet zingen (heel verstaanbaar…). Ik kwam er zelfs niet door in een prettig-melancholische stemming. Daarvoor zwabberen de liedjes te veel.

Om het als ‘objectief recensent’ samen te vatten: het album lijkt eigenlijk nog het meest op een verzameling conceptnummers dan op een ‘af’ geheel, laat staan dat er een kop en staart aan zit. Dit alles wil niet zeggen dat het vertrouwen in Spinvis is opgezegd. Allesbehalve. Aan de oevers van de tijd ligt het volgende album van Spinvis dat z’n vorige klassiekers zonder twijfel naar de kroon steekt.