In veertien jaar is er heel wat gebeurd
Een paar woest gespeelde akkoorden, Carol van Dijks snerpende stem, Peter Vissers kenmerkend overstuurde gitaar: met de single Kid’s Allright denderde Bettie Serveert in 1992 de Nederlandse popmuziek binnen. Anno 2006 gaat het er anders aan toe. Op cd/dvd Bare Stripped Naked zien we de band het ooit zo onstuimige nummer spelen in een zaaltje in Brussel. Er wordt gegniffeld, want Peter Visser kruipt voor de gelegenheid achter de drumkit. “Het moet niet gekker worden”, zegt zangeres Carol van Dijk verveeld. Visser zet uiterst traag in, de akkoorden worden getokkeld op een akoestische gitaar. Van Dijks stem – heser, lager, voorzien van een trillertje – wordt geschraagd door een keurig achtergrondkoortje.
Afhankelijk van elkaar
In die veertien jaar is er zacht gezegd heel wat gebeurd. Bettie Serveert schopte het in de jaren ’90 met haar gloedvolle indierock tot Nederlands belangrijkste gitaarband. Drie klassieke platen volgden elkaar op: Palomine, Lamprey en Dust Bunnies. Drummer Berend Dubbe hield het daarop voor gezien – reden: muzikale meningsverschillen. Hij kwam verrassend sterk terug met de cheesy jaren ’60 popmuziek van Bauer. Bettie Serveert begon op haar beurt aan een voorzichtige worsteling met haar muzikale verleden. Als eerste was daar Private Suit: een naar verhouding rijk gearrangeerde plaat. Mooi, maar iets te braaf en bedeesd. Als laatste Attagirl: elektronische tapijtjes verwarmden de wat al te degelijke popliedjes.Jubileum
Dat Bettie Serveert vijftien jaar na ontstaan muzikaal niet langer groeiende is, blijkt af en toe pijnlijk uit de concertregistratie op Bare Stripped Naked – de cd/dvd die als soundtrack van de jubileumviering moet dienen. We zien een tamelijk uitgebluste band, flauw grappend, ongeïnspireerd. Een toetsenist smeert het ooit dynamische bandgeluid dicht, Peter Visser speelt geen enkele verrassende noot, Herman Bunskoek bast loom zijn partijen. Naast het concert staan op de dvd wat homevideo’s: Bettie Serveert in de studio, Bettie Serveert op tournee in Amerika. We zien de bandleden vooral heel veel in de camera kijken, en alweer flauw grappend. Wat een vervelend zootje.
De bijgeleverde cd, met een hoeveelheid nieuwe nummers, trekt het beeld van de hoorbaar ouder geworden band voor een deel recht. Bettie Serveert is weliswaar een flink eind naar het midden opgeschoven, toch zijn de nieuwe nummers compositorisch nog altijd van een behoorlijk niveau. Maar waarom is alles zo glad getrokken? Een op Palomine nog uit zijn voegen barstende Brain-Tag is hier door vlak gitaarwerk en een laag elektronica ontdaan van elke eruptie. Een liedje als Storm redt het door zijn specifieke opbouw dan weer wel in zo’n productie. Samen met het daarop volgende The Rope, gezegend met een sterke melodie, vormt het nummer het hoogtepunt van deze overigens slechts in naam semi-akoestische cd.