Boeken / Non-fictie

Minder geslaagde ‘femoir’

recensie: Amy Schumer - Het meisje met de onderrugtattoo
Amy Schumer

Het meisje met de onderrugtattoo is een verzameling luchtige essays van de comédienne en actrice Amy Schumer (35). Een niet echt geslaagde poging om op de kar te springen van de vandaag zo welig tierende, zogenaamde ‘femoirs’.

Als we mogen afgaan op haar one woman shows en haar waanzinnig populaire (en ook door haarzelf geschreven) filmdebuut Trainwreck, dan kunnen we alleen maar vaststellen dat Amy Schumer geobsedeerd is door seks. Dat is in dit boek niet anders. Niets mis mee, zeker niet wanneer je als kijker/lezer geamuseerd wordt, maar bij Het meisje met de onderrugtattoo is dat helaas te weinig het geval. En dat terwijl Schumer er een voorschot van 8 miljoen dollar voor betaald kreeg.

Open brief aan vagina

Af en toe geeft ze blijk van rake inzichten, bijvoorbeeld wanneer ze het over het wapenbeleid in de Verenigde Staten heeft, of over de Kardashians. Het wordt zelfs heel prangend wanneer ze haar jeugd aankaart: Schumer werd immers geboren in een welgestelde familie die ineens alles kwijtraakte, waardoor ze op een bepaald moment met haar moeder in één bed moest slapen. Op de koop toe kreeg haar vader te kampen met de slepende ziekte MS en gingen haar ouders uit elkaar. Helaas gaat ze daar te weinig op in, om daarentegen te focussen op haar seksleven (zoals in het openingsessay ‘Open brief aan mijn vagina’), of het feit dat ze voor een show altijd verschrikkelijk veel last heeft van haar darmen.

Draak

Maar het grote probleem is hetzelfde probleem dat Trainwreck finaal kelderde als geslaagde parodie: ze wil iets te kakken zetten, om dan uiteindelijk een knieval te doen voor het onderwerp van haar spot. In de film steekt ze de draak met kleffe relaties en huwelijksaanzoeken, om dan uiteindelijk zelf die richting uit te gaan. En in het boek doet ze aan de ene kant heel hard haar best om zich als one of the guys te profileren en het feminisme te bestrijden, maar aan de andere kant pakt ze wel uit met bekentenissen van heel andere aard. Ze vertelt bijvoorbeeld over hoe zeer ze zich verbaasde dat een jongen oprechte gevoelens voor haar kon hebben. Ook spoort ze vrouwelijke lezeressen aan om hun eigen weg te volgen, in de meest kleffe bewoordingen.

Wat dit boek echter volledig om zeep helpt, is de vertaling. Grammaticaal foutloos als die mag zijn, heb je op geen enkel moment het gevoel dat Amy Schumer aan het woord is (eenzelfde verwijt dat de onlangs verschenen memoires van Bruce Springsteen trof). De ‘nou’s’, ‘te gek’s’ en ‘meiden’ vliegen je om de oren, wat van het geheel een onechte en ongemakkelijke leeservaring maakt. Of zie jij Amy Schumer dingen zeggen als: ‘Zullen we samen een biertje doen?’? Kortom, in het echt is ze grappiger.