Het moederschap is een hel
Ook als vrouwen een sterke kinderwens hebben, is zwanger worden niet vanzelfsprekend. Sommigen beginnen een gang langs vruchtbaarheidsklinieken en dito dokters. En dan nog is zwanger worden niet gegarandeerd: ‘Verwachting lóslaten!’, roept cabaretière Nathalie Baartman keer op keer, om zich heen schoppend en slaand in De moedermonologen, een cabaretachtige voorstelling over haken en ogen aan het moederschap.
Na Vagina Monologen, Kont Monologen, Hijabi Monologen, Gesluierde Monologen, Hormonologen – en er zijn vast nog een paar titels vergeten – komen Jennifer Evenhuis en Renate Reijnders nu met De moedermonologen. Het principe is steeds ongeveer gelijkluidend: de individuele ervaringen van vrouwen zijn verwerkt in een theatertekst. Die wordt per voorstelling gebracht door een wisselend gezelschap van – doorgaans drie – acteurs. Er is tussen de spelers geen interactie, elk verhaal is een monoloog.
Autobiografisch
Deze Moedermonologen worden gespeeld door Evenhuis en Reijnders, steeds met een derde speler als gast. Op de première is dat Nathalie Baartman. De teksten zijn deels geschreven door Claudia de Breij en Stella Bergsma, deels geïnspireerd op gesprekken met vrouwen, deels autobiografisch. Het spel wordt onder andere doorsneden met filmpjes met straatinterviews over het moederschap.
Er komt een scala aan moedergerelateerde thema’s voorbij. Zoals het wel of niet hebben van een kinderwens, kinderloosheid, de problemen met zwanger worden, miskramen, huilbaby’s, de last van het hebben van kleine kinderen, de last van het hebben van grote kinderen. Stiefmoederschap, ouderschap terwijl je homoseksueel bent, thuismoeder zijn.
Opvallend onderbelicht blijft de moeder die werkt, die een baan heeft. Terwijl dat voor veel moeders toch de realiteit zal zijn.
Karikaturaal
De voorstelling zwalkt nogal in kwaliteit. Terwijl sommige monologen treffend en ontroerend zijn, zijn andere houterig en karikaturaal. Moeders zijn volgens deze voorstelling eigenlijk vooral het slachtoffer. Eerst dat van hun kinderwens. Dan dat van het met pijn en moeite baren. Dan dat van de baby, het opgroeiende kind – enzovoort.
Het moederschap is voornamelijk een hel, als we deze drie spelers mogen geloven. Je wordt geleefd, je moet altijd klaarstaan. Je eigen leven, wensen en dromen opgeven. Je moet als laatste eten, als al het voedsel op of koud is. En vader komt na zijn werk – buitenshuis! – uitgerust en opgewekt thuis, voert in het huishouden geen moer uit en wordt door de kinderen op handen gedragen omdat hij leuk met ze speelt.
Overdreven
Het is duidelijk de bedoeling dat – vooral – de vrouwelijke toeschouwers zich in de getuigenissen herkennen. Maar de teksten zijn zo negatief over het moederschap, dat ze op veel plekken eendimensionaal en overdreven zijn: ‘niets draait om jou.’ Het moederschap is kennelijk afzien.
Toch zitten er rake observaties in de teksten. Zoals de eerder genoemde, waarin Nathalie Baartman de werdegang schetst van de vruchteloze wensmoeder en haar frustraties. En de constatering van Renate Reijnders: ‘moeders zijn voorbestemd om te dienen tot de dood.’ De figuur van de moeder verdwijnt nooit; zelfs niet wanneer zij is overleden. Ook dood blijft een moeder voor haar kinderen altijd ‘moeder’.
Liefde
Jennifer Evenhuis is in de premièreversie de sterkste speler. Zo heeft ze een mooi en aangrijpend verhaal over het zorgen voor heel jonge kinderen. Dat zorgen is ontroerend, het geeft veel liefde terug, maar het is ook genadeloos vermoeiend.
Wat De moedermonologen mist, is sturing door een stevige regisseur. Actrice Malou Gorter staat op de rol als regisseur, maar van pittige correctie is weinig te merken. Er zijn veel momenten die hetzij terug hadden gemoeten naar de tekentafel, hetzij geschrapt hadden mogen worden.
Kinderfiguur
Het summiere decor bestaat uit twee stoelen, waarop niet-spelende acteurs kunnen gaan zitten. Plus een achterwand waarin abstracte kinderfiguren hangen, plus een grote vrouwenfiguur die met twee handen haar vagina openhoudt.
De sfeer in het theater wordt deels gemaakt door een keur aan Nederlandstalig repertoire waarvan de teksten gaan over moeders en mama’s.
Gedurende de tournee neemt een groot aantal spelers bij toerbeurt deel aan de voorstelling, onder wie Ilse Warringa, Nadja Hüpscher, Margôt Ros en Rian Gerritsen.
Teksten: oa Claudia de Breij & Stella Begsma
Regie: Malou Gorter
Spel: wisselende cast: Jennifer Evenhuis, Renate Reijnders, Nathalie Baartman, Ilse Warringa, Nadja Hüpscher, Margôt Ros, Rian Gerritsen, Anne-Marie Jung, Lucretia van der Vloot, Astrid van Eck, Tatum Dagelet, Manoushka Zeegelaar Breeveld