Film / Films

Zuivere koffie?

recensie: Black Gold

.

Bij het horen van de uitdrukking ‘het zwarte goud’ denken de meeste mensen in eerste instantie aan olie. Ook koffie, een van de meest verhandelde producten ter wereld, wordt met deze term aangeduid. Black Gold (2006) maakt duidelijk dat er voor sommigen goud geld te verdienen valt met koffie, maar dat koffieboeren in Ethiopië, de ‘bakermat van koffie’, er bekaaid vanaf komen.

~

De sterke contrasten tussen verschillende delen van de wereld zijn vooral verantwoordelijk voor de kracht van Black Gold. Wanneer bijvoorbeeld beelden van het lichtelijk pretentieuze wereldkampioenschap barista (zoiets als de kunst van het koffiezetten) en blije Starbucks-medewerkers afgezet worden tegen beelden van de familie van een arme Ethiopische koffieboer, die met z’n zestienen een hut delen, is het verschil bijna niet te bevatten.

Datzelfde geldt voor het verschil tussen de prijs die de koffieboeren krijgen voor een kilo koffiebonen (minder dan een dollar) en de prijs van een kopje koffie (waarvan er zo’n tachtig gezet kunnen worden met diezelfde kilo koffiebonen) in bijvoorbeeld een Amerikaans horeca-etablissement, (bijna drie dollar). Dit enorme prijsverschil is voor een groot deel te wijten aan het aantal tussenschakels in de keten die de koffieboer en de consument met elkaar verbindt.

Globalisering

Tadesse Meskela, hoofdvertegenwoordiger van een grote Ethiopische coöperatie van koffieboeren, probeert deze schakels zoveel mogelijk te omzeilen om ‘zijn’ boeren een eerlijke prijs te kunnen geven voor hun koffie. Meskela vormt de spil van het verhaal van Black Gold; hij geeft veel informatie en is een lange periode gevolgd door de Britse makers Nick en Marc Francis, die net als hij de hele wereld over reisden.

~

Behalve in Ethiopië zien we Meskela vooral in Engeland en de Verenigde Staten, mede doordat in deze landen de koffieprijzen worden bepaald. Op een gecentraliseerde markt in de VS zien we chaotische taferelen van verhitte mensen die luid schreeuwend en op en neer springend een voor hen zo gunstig mogelijke koffieprijs proberen te bedingen. Deze koffieprijs is van grote invloed op de levens van de koffieboeren in Ethiopië. Black Gold kan hiermee geschaard worden onder een recente reeks films waarin de nadelige gevolgen van globalisering een belangrijke rol spelen en waartoe bijvoorbeeld ook Darwin’s Nightmare, China Blue en The Corporation gerekend kunnen worden.

(Wan)hoop

Meskela boekt wel enig succes met zijn fair trade-boodschap: aan het einde van de film wordt tijdens een bijeenkomst van koffieboeren besloten om de extra opbrengsten te investeren in onderwijs. Voor de toekomst van het land is het erg belangrijk dat er hoogopgeleide mensen zijn die hun stem laten horen in de internationale gemeenschap.

~

Het gebrek hieraan zou een van de redenen zijn dat derdewereldlanden tijdens internationale handelsbijeenkomsten – zoals die in Cancún in 2005 – niet kunnen opboksen tegen hun Westerse handelspartners. Beelden van deze vijfdaagse bijeenkomst maken duidelijk hoe machteloos de ondervertegenwoordigde en minder goed ingewijde Afrikaanse landen zijn ten opzichte van bijvoorbeeld de VS en de Europese Unie, die onder andere door middel van landbouwsubsidies hun positie beschermen. In Ethiopië leidt dit tot grote wanhoop bij de koffieboeren, die dan maar hun koffieplanten verruilen voor de narcotische plant qat, omdat ze daar nog een beetje mee kunnen verdienen.

Wake up and smell the coffee‘, luidt de ondertitel van Black Gold. De makers lijken dit te willen bereiken met heel veel informatie, in de vorm van tekstbeelden die de vaak oogstrelende filmbeelden afwisselen. Dit maakt Black Gold soms wat droog, maar uiteindelijk bewijzen deze feiten wel hun waarde. De Afrikanen die aan het woord komen benadrukken dat ze liever een groter aandeel in de wereldmarkt willen dan steeds afhankelijk te moeten blijven van ontwikkelingshulp. Een tekstbeeld waarin gesteld wordt dat een toename van één procent van dit aandeel vijf keer zoveel zou opbrengen als het bedrag dat Afrika nu ontvangt aan ontwikkelingshulp schudt je wakkerder dan de sterkste espresso.