Film / Films

Een doodnormale duivel

recensie: We Need to Talk About Kevin

Murw geslagen sleept Eva zich door het leven nadat haar tienerzoon een verschrikkelijke daad op school heeft begaan. Langzaam wordt het de kijker in deze sterke film van Lynne Ramsay duidelijk dat die daad niet echt uit de lucht is komen vallen.

~

Eva Khatchadourian (Tilda Swinton) is schrijfster van reisboeken. Op een dag raakt zij zwanger, maar moedergevoelens blijken vanaf het begin afwezig en de relatie met haar kind is op z’n zachts gezegd ongemakkelijk. Dat begint al vóór de geboorte, als Eva gegeneerd haar blik afwendt van de dikke buiken in de kleedkamer bij zwangerschapsgymnastiek. Als haar baby — Kevin genaamd — eenmaal verschenen is, krijst hij de hele dag door; om maar even hieraan te ontsnappen gaat Eva met de kinderwagen op straat vlakbij een drilboor staan. Zodra papa Franklin (John C. Reilly) de deur binnenkomt, houdt het krijsen echter op en toont Kevin zich een modelkind; een tendens die zich voortzet als het kind ouder wordt. Als peuter en tiener — het gezin is inmiddels van de binnenstad naar suburbia verhuisd — lijkt het kind niet helemaal te sporen en sociopathische trekjes te vertonen, maar dat is iets dat alleen Eva lijkt te zien.

Aangrijpend

~

Regisseur Lynne Ramsay (Ratcatcher, Morvern Callar) heeft het gelijknamige aangrijpende boek van Lionel Shriver, dat is opgesteld in de vorm van een serie brieven van Eva aan haar man, op een bijna fragmentarische manier benaderd. Hierbij wordt het ontregelende gedrag van Kevin afgewisseld met het trieste leven dat Eva nu heeft. Want Eva lijkt een paria geworden; haar auto en huis worden beklad en constant zijn er de verwijtende blikken van buren en nieuwe collega’s. Dat komt allemaal door haar zoon, wiens daad stukje bij beetje onthuld wordt. Tilda Swinton bewijst hier weer eens tot de beste hedendaagse actrices te behoren en maakt Eva’s lijden invoelbaar. Ezra Miller (Afterschool) zet een creepy Kevin als tiener neer. De enkele wat zwakkere punten van de film — de rol van vader Franklin (John C. Reilly) die, evenals Eva’s vroegere carrière, ietwat onderbelicht blijft; het niet verklaren waarom Eva zo gehaat wordt om iets wat haar zoon gedaan heeft — krijgen nergens de overhand.

Onbehaaglijk

~

Het fraaie camerawerk van Seamus McGarvey (Nowhere Boy, Atonement) wisselt close-ups en onscherpe shots af met kale beelden in strakke kadreringen. Op de soundtrack staan unheimische soundscapes van Jonny Greenwood (There Will Be Blood) naast lieflijke oude liedjes. Voeg hier aan toe een verrassende, gedurfde montage met sprongen in de tijd en wat ontstaat is een constant gevoel van vervreemding, van dreigend onheil dat als een beklemmende deken over de film ligt. Het levert een film op die — hoewel stilistisch compleet anders — meer  heeft van Rosemary’s Baby dan thematisch verwante films als Elephant (2003) of Bowling for Columbine (2002). Kevin roept zo nu en dan ook herinneringen op aan het betere werk van Nicholas Roeg. Ramsey noemt dan ook Roegs Don’t Look Now (1973) als inspiratiebron, en in beide films speelt de kleur rood een visuele sleutelrol. Toeval of niet, Roegs zoon Luc is de producent van We Need to Talk About Kevin.