Film / Films

Parijs is van niemand

recensie: Paris nous appartient

Parijs is in de cinema vooral de stad van de liefde, maar dat de stad een duistere kant heeft, blijkt uit Jaques Rivette’s nouvelle vague-debuut Paris nous appartient. Een nieuwsgierige literatuurstudente raakt in de ban van een kwetsbare groep kunstenaars, acteurs en schrijvers die denken dat grote ongeziene machten hun leven bepalen.

~

In het Parijse Forum des Images in Les Halles is een archief gevestigd waar alle films worden bewaard die iets met Parijs te maken hebben. Het is het filmische geheugen van de stad bestaande uit de eerste beelden gemaakt door de gebroeders Lumière tot aan de ontelbare speelfilms die zijn opgenomen in de steegjes en boulevards van de bruisende metropool. Parijs wordt in de meeste films geportretteerd als een stad van romantiek, betovering en nostalgie, waar shots van verliefde paartjes worden afgewisseld met bekende monumenten en bezienswaardigheden. Het is een beeld dat maar al te graag kritiekloos wordt geaccepteerd, omdat de stad veel charmes bezit. Maar naast het Parijs van de betovering, uitgebuit van Irma la Douce tot aan Amélie heeft Parijs ook een duistere kant die in verschillende films is verkend. Jaques Rivettes debuutfilm Paris nous appartient is een film die gaat over personages die zichzelf verliezen in een stad die onverschillig en wreed is ten opzichte van hun bestaan. In de film is Parijs niet de stad van de liefde, maar een complex labyrint zonder hart.

Op het feest der samenzweerders


Rivette maakte de film in een tijd waar radicale avant-gardisten zoals de situationisten en lettristen als samenzweerders bij elkaar kwamen op terrasjes en in kroegen. In deze periode maakte Robert Bresson Pickpocket en Éric Rohmer zijn debuut Le Signe du lion. In deze films balanceert de hoofdpersoon op de rand van de afgrond. De Parijse straten zijn er om jezelf in te verliezen. Iets wat de situationisten al uitprobeerden in het absurde spel van de psychogeografie: het doelloos dwalen door de stad om zo haar verborgen geheimen te ontdekken.

~

De helden uit Paris nous appartient zijn bohemiense artistiekelingen die proberen rond te komen in de metropool. Studente Anne Goupil is de nieuwsgierige protagoniste die langzaam wordt meegezogen in de angsten en twijfels van deze groep. Dit begint als haar kamergenote het heeft over de plotselinge zelfmoord van haar broer Juan. Zij ratelt over een mogelijke samenzwering, maar blijft cryptisch. Anne komt vervolgens op een feest in contact met de paranoïde Amerikaan Phillip Kaufman. Hij is gevlucht uit de VS wegens Joseph McCarthy’s communistische heksenjacht. Als hij begint over een geheime organisatie die iedereen in zijn macht wil krijgen, raakt Anne gefascineerd door zijn waanideeën.

Later ontmoet Anne de toneelregisseur Gerard Lenz die met een groep Shakespeare’s Pericles aan het repeteren is. Anne is snel in de ban van Lenz die haar vraagt om een rol te nemen in het stuk. Lenz’ vrouw is echter een sinister figuur die banden heeft met Kaufman. Anne vermoedt dat zij meer weet van het complot en de zelfmoord van Juan.

Flaneren en verdwalen

Jaques Rivette was net als Jean-Luc Godard, François Truffaut en Éric Rohmer een filmcriticus die schreef voor Cahiers du Cinéma. Hij maakte in 1959 net als zijn collega’s de overstap naar de regiestoel met Paris nous appartient. De film had een lange productiegeschiedenis, waarin Rivette bepaalde scènes filmde en vervolgens geld bij elkaar probeerde te krijgen om de film af te maken. Dit element komt terug in de moeizame productie van Pericles, waarin de kwetsbaarheid van artistieke projecten gespiegeld wordt.

~

Toen Rivette nog bezig was met Paris nous appartient kwam de nouvelle vague net op stoom en het succes ervan hielp de verdere productie en uiteindelijke release van Paris nous apartient in 1961. Dat de film eraan verbonden is, is ook te zien aan gastrollen van Claude Chabrol en Jean-Luc Godard (die met zijn herkenbare zonnebril tevergeefs probeert een fotomodel te versieren).

Hersenspinsels


Paris nous appartient is vooral een film die een boeiend tijdsbeeld geeft en laat zien hoe de nouvelle vague op een nieuwe en frisse wijze omgaat met het medium cinema en de dynamiek van de stad. De film heeft echter wel wat continuïteitsfoutjes die te wijten zijn aan de lange productietijd. Ook blijft het verhaal iets te vaag en onduidelijk, zonder echt spannend te worden. Rivette komt niet met een ontknoping of een verklaring, waardoor de film gevangen blijft in het labyrint van de hersenspinsels van de verwarde karakters. Le Signe du lion en Pickpocket zijn beklemmender in hun  verslaggeving over wanhopige personages aan de Parijse zelfkant. Dit komt ook terug in Louis Malle’s sterke Le Feu Follet uit 1963, waar een personage door Parijs gevolgd wordt voordat hij zelfmoord gaat plegen.

Rivette’s debuut zou een blauwdruk vormen voor zijn latere films l’Amour fou en de monsterproductie Out 1: noli me tangere, die ruim 12 uur duurt. In die film zijn Jean-Pierre Léaud en Juliet Berto in de ban van een geheim genootschap dat Parijs in zijn greep heeft. Out 1 richt zich ook op toneelgroepen die bezig zijn met repetities en waar de grenzen tussen kunst en het echte leven plotseling vervagen. Het Parijs is in die film net zo ongrijpbaar als in Paris nous appartient ondanks de obsessieve nieuwsgierigheid van de personages. Parijs is, naar een citaat van Charles Péguy dat Rivette in Paris nous appartient gebruikt, uiteindelijk van niemand.