Pretentieuze geweldsporno

Scandinavië heeft een ambivalente geschiedenis als het om pornografie gaat. De Zweden liepen mijlenver vooruit op de rest van Europa op het gebied van legalisering, maar waren erg laat met het verbieden van kinderporno. Zentropa, de beroemde Deense arthouseproducent, kwam eind jaren 90 met een reeks ‘vrouwvriendelijke’ pornofilms op de proppen. Denemarken en Zweden hebben een welig tierende porno-industrie, terwijl de Zweden de laatste jaren een paar boze films maakten die fulmineerden tegen de vermeende ontmenselijking van porno – de documentaire Shocking Truth en Lukas Moodyssons A Hole in My Heart bijvoorbeeld.
Vorig jaar besloot de debuterende Deen Anders Morgenthaler om een duit in het zakje te doen van het pornodebat. In zijn animatiefilm Princess wordt een klein meisje bevrijd uit de klauwen van monsterlijk pornovolk, en wel door de broer van haar moeder, een voormalige priester. Deze man begint vervolgens met goddelijke inspiratie een eenzame en bloedige kruistocht tegen de pornografen om de naam van zijn vroeg gestorven zus (de moeder van het kind, en een gevierde pornoster) te zuiveren. Ondertussen kampt hij met een schuldcomplex over zijn eigen aandeel in de familiegeschiedenis.
Sensationeel
~
Strip
~
Een pretentieus en moreel onverdedigbaar werkje dus, op het afgelopen IFFR door critici vreemd genoeg serieus genomen, maar in ieder opzicht abject. Het feit dat de regisseur mede-auteur van de grove en bloederige stripreeks Wulffmorgenthaler is, suggereert een weinig ontwikkelde visie. Het voortdurende debat over de porno-industrie verdient in ieder geval een serieuzere en oprechtere benadering.