De vulkaan heeft het gedaan
De uitbarsting van de Vesuvius: we hebben er allemaal op school over geleerd, en wellicht weten velen ook dat die in het jaar 79 na Christus plaatsvond. Maar wat er tijdens die verschrikkelijke uren allemaal gebeurde in Pompeii en omgeving, daarover weten we veel minder. En daar brengt dit knappe, goede gedocumenteerde boek verandering in.
Het gebeurt maar zelden dat een boek met zo’n warm onderwerp zo ijzingwekkend verteld wordt. Alberto Angela is een meester in zijn vak: hij bouwt naar het moment van de uitbarsting op zoals in films gebeurt wanneer een bom met een aftelsysteem in beeld wordt gebracht. De hoofdstukken beginnen met mededelingen als ’44 uur voor de uitbarsting’, ‘1 minuut voor de uitbarsting’, ‘2 uur na de uitbarsting’. En telkens wordt dan haarfijn uitgelegd wat er op die noodlottige momenten gebeurde. Dat is heel wat, en het wordt adembenemend beschreven. Zo leren we hoe de beboste top van de Vesuvius erbij lag net voor de uitbarsting:
‘De jager heeft de indruk dat hij door een betoverd bos loopt. Hij hoort alleen het geluid van zijn eigen stappen en langzaam maar zeker nadert hij het midden van de oude caldera van de vulkaan. De geur van zwavel en rotte eieren wordt steeds sterker (…) Er klinkt ook een vreemd geluid, een voortdurend krachtig gesis.’
Gloeiendheet gas
We komen heel veel te weten over die noodlottige uitbarsting. Bijvoorbeeld dat de rookkolom na de uitbarsting een hoogte van maar liefst 24 kilometer bereikte. Of dat de lavastromen gevolgd werden door een door een wolk van gloeiendheet gas (500 graden), dat geluidloos iedereen op zijn pad ter plekke tot as herleidde. Onder meer een groep mensen die beschutting gezocht had in grotten bij het strand en er van uitging dat ze veilig was. Daarnaast komen we ook heel wat leuke zaken te weten over het dagelijks leven in Pompeii. Bijvoorbeeld dat mensen in die tijd hun bedprestaties trots op de muren schreven. Of dat er toen ook al cafés bestonden, of beter: ruimtes met grote tonnen vol drank en voedsel, waar iedereen het zijne kon uithalen.
Historische sensatie?
Is De laatste drie dagen van Pompeii een onversneden meesterwerk? Nee, het boek heeft twee minpunten. Ten eerste is het op sommige momenten wat langdradig (de auteur geeft bijvoorbeeld niet een paar voorbeelden van de dingen die bewoners destijds op de muren kalkten, hij geeft er meteen tientallen). Ten tweede past Angela een nogal belegen kunstgreep toe om de sfeer levendiger voor te stellen. Hij probeert namelijk de sfeer in Pompeii te schetsen en ons medeleven met de bewoners te vergroten door ‘echte’ personen op te voeren: een bakker die een bestelling wegbrengt, een loodgieter die een disfunctionerend aquaduct bestudeert. Dit is het soort belegen geschiedschrijving die bij de lezer de zogenaamde ‘historische sensatie’ moet opwekken (het gevoel er zelf bij te zijn), maar eigenlijk gewoon potsierlijk overkomt omdat het pure willekeur is.
Maar dat is muggenzifterij. En daarbij komt dat die fragmenten wel helpen om het verhaal te verlevendigen. Maar het had niet gehoeven, omdat de uitbarsting zelf, de aanloop er naartoe en de nasleep lezen als een echte thriller, waarbij dergelijke kunstgrepen niet nodig zijn. Dus laat dat zeker de ‘pret’ niet drukken.