De magie van de werkelijkheid
Theater maken van het vuistdikke boek honderd jaar eenzaamheid van Gabriel Garcia Márquez. Een magisch-realistisch werk dat vier generaties beschrijft waarin het merendeel van de personages José Arcadio Buendia heet. Enkel om het te kunnen lezen houd je als lezer een stamboom bij de hand. Daar theater van maken lijkt gekkenwerk, een onmogelijke missie. Karlijn Kistemaker doet het nu al drie jaar in Missie Márquez.
Karlijn Kistemaker erfde op haar vierde de rechten van het boek Honderd jaar eenzaamheid. Haar oudoom Kees van den Broek vertaalde het boek Honderd jaar eenzaamheid, Ze las het boek pas op haar 23e, na het lezen besloot ze, naar eigen zeggen in een moment van ‘ongekende melancholie’, er theater van te maken. Inmiddels zijn we drie jaar verder en in deel 7, 8 en 9 beland, maar met de jaren wordt Kistemakers missie niet gemakkelijker.
The struggle is real
Meerdere keren loopt Kompagnie Kistemaker de subsidie mis en als slot op de som raakt Kistemaker de royalty’s van het boek kwijt door een nieuwe vertaling. Gelukkig is de kracht van Kistemaker iedere tegenslag naar zich toe te trekken en van de werkelijkheid fictie maken. Zo voelt in Missie Márquez alsof elke speling van het lot een geplande wending is. Elke tegenslag wordt een komisch intermezzo.
Samen met haar vertrouwde kompanen, acteurs Simon Heijmans, Sophie Höppener en bandleider Chris Koopman, duikt ze net als in de eerste delen het boek in en verslindt Kistemaker trouw 54 pagina’s per deel. Voor de delen 7, 8 en 9 wordt ze bijgestaan door een nieuw gezicht: Freek den Hartogh. Hij is een aanwinst voor de groep, een sterk en muzikaal acteur die zelfs bij een valse gitaar nog zuiver weet te zingen.
Kistemaker vertelt poëtisch en creëert een wonderlijke wereld. Het publiek waarvan het merendeel noch het boek noch eerdere delen kent, hangt drie uur geboeid aan haar lippen. Ondanks haar welbespraaktheid behoudt ze een onbevangenheid waarmee ze het publiek inpakt. De delen zijn net als de voorgaande een combinatie van fragmenten uit het boek van Márquez en Kistemakers zoektocht hoe die verhalen op toneel te brengen. Missie Márquez wordt daardoor meer dan een vertaling van het boek: het geeft een komisch inzicht in de mechanismen van de theaterwereld.
Op een groot filmdoek worden beelden van de reis die de Kompagnie in Colombia maakten getoond. De filmbeelden zijn echt, maar voelen in de kleurrijke zelfgecreëerde wereld van Kistemaker juist kunstmatig. Ze bereiken een hoogtepunt als Heijmans in de rol van Cameraman de beelden zelf op de hak neemt: ‘Lange lens! Lange lens! Drone shot!’
Een parodie
Kompagnie Kistemaker parodieert in Missie Márquez de werkelijkheid en zet hem zo naar eigen hand. Zo verschijnt de nieuw vertaler van het boek Marja Aparte (wiens naam verdacht veel lijkt op nieuwe vertaalster Mariolein Sabarte) steeds als schurk met een boel donder en bliksem op het toneel. De sketches zijn op het kluchtige af, in slechte pruiken imiteren de spelers mensen die ze in hun zoektocht ontmoeten. Gelukkig laten ze zichzelf daarbij nooit buiten schot. Het plezier is van de gezichten af te lezen. Bij een idiote sketch met Chris Koopman als boze punker, kunnen de acteurs hun lach niet inhouden. Het publiek evenmin.
In de voorstelling lijken Kistemakers strubbelingen onlosmakelijk verbonden met die van de personages in Márquez’ boek. Kistemaker vereenzelvigd zich met de stugge kolonel Buendia en ook haar andere kompanen beginnen op magisch realistische wijze met andere personages te versmelten. Kistemaker trekt creatieve paralellen tussen haar werkelijkheid en het boek. Ze doen ongeforceerd aan, alsof de zoektocht van de acteurs en Márquez’ personages organisch in elkaar verweven. Vaak zegt Kistemaker vol ongeloof: “Dit is dus echt gebeurd” en in Missie Márquez blijkt de werkelijkheid vaak net zo magisch als de fictie.