Het boek Genesis voor fans van Fokke en Sukke
Prelude is het persoonlijke verslag van Jean-Marc van Tol over de beginjaren van de in Nederland inmiddels wereldberoemde eend en kanarie.
Het eerste deel uit de serie Opkomst en ondergang van Fokke en Sukke is bij uitstek een bladerboek voor wie alles over Fokke en Sukke wil weten. Tegelijkertijd is het ook een mooi document dat de ontwikkeling van een van de meest vooraanstaande striptekenaars van Nederland schetst.
Een start met horten en stoten
Het verhaal voert terug naar de lente van 1991, als de studievrienden Reid, Geleijnse en Van Tol tijdens een borrelavond het idee opvatten om een strip te gaan maken. In eerste instantie is het resultaat een vrij conventionele avonturenstrip in een stijl die doet denken aan Sjors en Sjimmie. Van Tol beschrijft op een grappige manier hoe lastig het was om de productie op gang te houden. De grote ommekeer komt op het moment dat ze de kans krijgen om een strip te publiceren in het kerstnummer van Propria Cures.
Voor dat nummer worden Fokke en Sukke bedacht, direct in de kenmerkende stijl met de titel en de korte dialoog of monoloog. De cartoon wordt niet gepubliceerd, maar de figuurtjes schieten wortel en worden via het informele circuit verspreid. Uiteindelijk komt het dan toch tot publicatie.
De mythe van Propria Cures
De geestelijk vaders hebben zelf lang volgehouden dat Fokke en Sukke in Propria Cures debuteerden, maar Van Tol doet in Prelude het echte verhaal uit de doeken. Hij wisselt dat af met oude, al dan niet complete strips die de ontwikkeling van Van Tol als striptekenaar tonen. Het beschrijft en passant de wereld van Amsterdamse corpsballen in de jaren negentig van de vorige eeuw en de vele creatieve geesten die daar zijn begonnen.
Het einde van het verhaal kondigt het tweede deel Harmonie al aan, dat de periode van na 1994 zal beschrijven, waarin Fokke en Sukke aan hun langzame doorbraak begonnen. Hopelijk met aandacht voor de ‘webstrijd’ die elke maand op de Fokke en Sukke-‘webzijde’ werd gehouden en de opmaat naar het eerste boekje, in 1997. Het is sowieso te hopen dat de reeks nog lang geen aandacht hoeft te besteden aan de ondergang van de leukste vogels van Nederland.