Yves en Denise, Pour Toujours
Tijdens een zorgeloze zomer worden twee mensen verliefd. Eenmaal terug in de dagelijkse realiteit blijkt de liefde niet tegen de nuchtere werkelijkheid bestand. Een klassieker, zelfs een cliché, maar in Het misverstand wordt het door Némirovsky tot grote hoogtes getild.
Het is de zomer van 1924, de verarmde aristocraat Yves Harteloup is op vakantie in Hendaye in Frans-Baskenland, en hij ontmoet Denise, een jonge, getrouwde vrouw. In eerste instantie gaan de twee alleen vriendschappelijk met elkaar om, maar als de man van Denise voor zaken wordt weggeroepen slaat de vonk over. Vooral Denise, die ‘behoorde tot degenen die de liefde als niet anders dan eeuwig kunnen zien’, is reddeloos verloren. Maar wat tijdens de zomer nog zo’n perfecte match leek, valt al snel uit elkaar als Yves en Denise teruggaan naar Parijs – zij naar haar luxueuze huis, hij naar zijn kleine, sombere flatje.
Diepe kloven
De manier waarop Némirovsky de kloof tussen de rijke Denise (die nooit bij haar rijkdom stilstaat) en de arme Yves (die enorm onder zijn gebrek aan geld gebukt gaat) is, zoals alles in de roman, scherp en trefzeker. Het zit ‘m in de kapotte geiser van Yves’ huisbazin, waardoor hij geen warm bad kan nemen; in de vanzelfsprekendheid waarmee Denise hem vraagt nog een paar dagen langer in Hendaye te blijven, er niet bij nadenkend dat hij op zijn kantoor verwacht wordt.
Hoewel Yves uit een rijke familie komt, is er na de Eerste Wereldoorlog weinig meer van het familiefortuin over. Zijn ervaringen aan het front hebben zijn sporen achtergelaten (‘sindsdien leek het of het heelal geleidelijk aan zijn frisse kleuren was verloren en of die ouwe zon zelf ook doffer geworden was’), en waar hij vooral op zoek naar is, is rust. Denise daarentegen wil passie, intensiteit, echte liefde. Ook deze kloof tussen de twee wordt door Némirovsky – die nergens een oordeel velt – haarfijn ontleed: ze kunnen er geen van beiden iets aan doen, maar hun verschillende verwachtingen maken hun liefde kapot.
Herkenbare emoties
Je ziet het einde natuurlijk al vanaf het begin aankomen, maar dat betekent niet dat Het misverstand een deprimerende roman is. Teveel word je in beslag genomen door alle kleine details van de verhouding tussen Yves en Denise, en de voor praktisch iedereen herkenbare emoties die ze ondergaan.
‘Denise’, mompelde hij wat zachter, ‘ik bel je wel, goed?’ ‘Zoals je wilt,’ antwoordde ze. Ze durfde hem niet aan te kijken: ze was bang in tranen uit te barsten. Hij had haar meer pijn gedaan dan als hij haar geslagen zou hebben. Maar snapte hij dat wel? Hij had haar weggeduwd, verjaagd … Woeste, doffe woede vermengde zich in haar hart met gekwetste liefde. Toen hij zag hoe kalm ze was, dacht hij: ze begrijpt het. Ze reikte hem zwijgend de hand. Die kuste hij, daarna trok hij haar dicht tegen zich aan en omhelsde haar; zij liet hem begaan. (…) Hij zei: ‘Dat is dus afgesproken? Over een paar dagen? Ik bel wel…’ ‘Ja…ja…prima,’ mompelde ze. En ging.
Het misverstand was de eerste roman van Némirovsky, die in 1942 in Auschwitz zou omkomen, en is nu voor het eerst in het Nederlands verschenen (in een fijn lezende vertaling van Pauline Sarkar). Gelukkig voor degenen onder ons die een woordenboek en grammaticawijzer nodig zouden hebben om het origineel te lezen. Een roman die van een bijna banaal gegeven een ontroerende schets van twee verwarde mensen maakt wil je niet missen.