Niets is alles wat hij schreef
.
Bartleby & Co., van de Spaanse schrijver Enrique Vila-Matas, behandelt in een unieke blend van feit en fictie een wel heel curieus fenomeen uit de literatuur; een fenomeen waar we tot op heden weinig over te lezen kregen en dat een zekere zwaarte doet vermoeden, hoewel het hier met heerlijk lichte penseelstreken en pennentrekken wordt beschreven: schrijvers, vaak barstend van talent, die opeens en schijnbaar zonder gegronde reden ophouden met schrijven. Beroemde literatoren als Salinger, Melville en Rimbaud vielen aan het fenomeen ten prooi, maar ook minder bekende schrijvers als Joubert, Whoryzek en Cadou. De slim gevonden term ‘Bartleby’, waarmee Vila-Matas de, laten we het maar zo noemen, afwijking omschrijft, komt uit het verhaal Bartleby, the scrivener van Herman Melville. Bartleby is een van enige zin voor initiatief of levensvreugd of dadendrang verstoken klerk, die elke vraag die hem wordt gesteld beantwoordt met steeds dezelfde zin: “Ik zou het liever niet doen”. Net zoals de schrijvers, barstend van talent, van de ene dag op de andere, liever niet meer zouden schrijven. Of hun hele leven lang een wereldroman in zich droegen, die ze echter niet hebben geschreven.
Fenomenen
Omdat het niet Vila-Matas is die vertelt, maar een gebochelde sukkelaar die onder het leven lijdt en zijn anekdotes ziet als een ‘verzameling noten bij een niet geschreven tekst’ – hij beschouwt zichzelf met andere woorden als een Bartleby – wordt ons een van empathie vergeven relaas gedaan van enkele vreemde fenomenen uit de wereldliteratuur, op een bijzonder vermakelijke manier onder woorden gebracht. Geen afstandelijke portretten, maar welgemikte pogingen om de vaak niet te begrijpen redenen om de pen neer te leggen, toch te begrijpen. Dat levert fantastische en zeer trefzekere observaties op, zoals de volgende:
Als voor Plato het leven een vergeten van het idee is, dan was voor Clément Cadou heel zijn leven vergeten dat hij op een dag het idee had om schrijver te willen worden.
Of deze:
Joseph Joubert werd in 1754 geboren te Montignac en stierf zeventig jaar later. Hij schreef nooit een boek. Hij had alleen het plan er een te schrijven en was vastbesloten de omstandigheden te scheppen die hem dat mogelijk maakten. Daarna vergat hij waarom hij dat ook alweer had gedaan.
Het ganse boek wemelt van dergelijke geestig-tragische typeringen, verhalen en anekdotes, waarbij Vila-Matas middels zijn verteller altijd heel precies onder woorden brengt waarom de schrijvers op een bepaald moment (of gedurende hun hele leven, zoals hierboven blijkt) besloten ‘nee’ te zeggen: omdat de oom die de verhalen aanleverde, was gestorven; omdat alles gezegd was; omdat de schrijver tot het besef kwam dat kunst onzinnig is; of, in het geval van Maupassant, omdat de overtuiging onsterfelijk te zijn leidde tot de waanzin.
Zelfmedelijden
Het enige minpunt van het boek is de houding van de verteller: het begrip en de sympathie die hij toont voor zijn vaak getormenteerde, maar evenwel vrolijk en bevrijd door het leven banjerende schrijvers siert hem, maar wanneer hij zich begint te wentelen in zelfmedelijden en zwaarmoedig gepeins, breekt dat de veelal luchtige en prettige vibe van dit bijzonder hartelijk aan te raden en – opgepast, schoolwoord! – leerrijke boek.
Bartleby & Co. is in alle opzichten een aanrader: het boek vertrekt vanuit een originele invalshoek (is niet schrijven ook niet een manier van kunst bedrijven?), is indrukwekkend vlot geschreven en bewijst zich, wegens de opbouw in korte blokjes (86 in totaal) in plaats van hoofdstukken als ideale literatuur voor in de trein, op het toilet of in de rij aan de kassa.
Op het einde geeft Vila-Matas nog het voorbeeld van een ‘antibartleby-schrijver’ [sic], George Simenon, die het ooit presteerde in één jaar tijd maar liefst 41 romans te schrijven. Alleen jammer dat hij de man beschrijft als de ‘productiefste Franse schrijver ooit’, daar Simenon een volbloed Belg was (nationaliteit van ondergetekende speelt in deze verontwaardiging zeker mee). Maar voor de rest: erg fijn boekje.