Boeken / Non-fictie

Rusland in het klein

recensie: Anne Nivat - Een wolkenkrabber in Moskou: Russen van nu

Als Groninger werd ik altijd een beetje pissig als ik weer ergens een Amerikaan, Ozzie of Canadees tegenkwam die er voetstoots vanuit ging dat ik rondliep met een kilo wiet omdat ik uit Nederland kwam. Nederland stond gelijk aan Amsterdam, en Amsterdam ogenschijnlijk aan onschuldige sukkels die rondliepen met een kilo wiet. Maar waar ik het de doorsnee tiener nog wel vergeef dat hij sinds zijn kleutertijd geen onsje savoir-vivre heeft aangeleerd, is het moeilijker te snappen hoe ook gerenommeerde gidsen als de Rough Guide en de Lonely Planet bij het beschrijven van Nederland nauwelijks verder komen dan station Duivendrecht. Met dat in het achterhoofd ga je ook wel twijfelen aan wat die gidsen dan over andere landen te zeggen hebben.

~

Want de werkelijkheid is anders, natuurlijk. Amsterdam is niet representatief voor Nederland; integendeel. Net zomin als Londen dat is voor Engeland of Berlijn voor Duitsland. Grote metropolen (laten we Amsterdam hier het voordeel van de twijfel geven) zijn naties op zich, die meestal meer overeenkomsten vertonen met elkaar dan met het land waarin ze toevallig liggen.

Rusland in het klein

Dat geldt dus ook voor Moskou en daarom deugt de basis van dit boek niet. Daarmee hebben we, kort door de bocht, de conclusie wel gehad. Zeker, de Franse journaliste Anne Nivat weet een verhaal neer te zetten en doorspekt dat met inzichten, observaties en anekdotes op een buitengewoon nuttige en intelligente manier. Maar de uitgangspunt van het boek is dat de Vysotka (wolkenkrabber) waarin ze woont in het klein de problemen laat zien waarmee Moskou en Rusland worden geconfronteerd. Hoe voor de hand liggend die parallel ook lijkt, bij nadere beschouwing blijkt er weinig van te kloppen.

All-in-one

De wolkenkrabber in kwestie is één van de zeven die Stalin in de jaren dertig en veertig in Moskou liet neerzetten en die tot op de dag van vandaag de skyline bepalen. De architectuur wordt wel omschreven als ‘suikerbakkerstijl’: een merkwaardig samenraapsel van trends en stijlen die de laatste handvol eeuwen op gebouwen zijn losgelaten met een stevige scheut Kremlintoren. Maar zoals bij de meeste totalitaire architectuur is het meer de schaal dan de stijl die er toe doet en dat zie je aan de Moskouse wolkenkrabbers ook af. Ze zijn enorm. Nivats gebouw telt 3500 bewoners, met inpandige voorzieningen als een sporthal, een supermarkt en winkels.

Rococo

Grootse gebouwen moesten natuurlijk gevuld worden met grootse mensen. Stalins getrouwen zochten meest loyale Russen bij elkaar en gooiden ze in de nieuwe appartementen. Niet altijd met onverdeeld succes, overigens: de hoogte van de gebouwen bood nieuwe mogelijkheden aan levensmoeie Moskovieten en niet zelden waren dat de nieuwe bewoners, die ondanks ideologische gehardheid vaak maar moeilijk konden aarden in deze anonieme kolossen. Sommige appartementen worden nog steeds bevolkt door Stalins getrouwen; andere door hun nazaten en een paar door de biznizmenni, de nieuwe Russische überyuppen met geld als water en alle gevoel voor goede smaak van Donald Trump. Denk ivoren kranen met gouden knoppen en een platina pleebril. In Rococo-stijl. Met een biesje.

Leven in het verleden

Als je de pretentieuzigheid vergeet, blijft er echter een buitengewoon genietbaar boek over. De ouwe getrouwen worden uiteraard geïnterviewd, zoals Felix Dzerzjinski, een afstammeling van de Tsjeka(voorloper van de KGB)-oprichter Felix Dzerzjinski die het moderne Rusland een gruwel is. Maar ook meer dwarse types zoals de ex van de beroemde Russische dichter Jevgeni Jevtoesjenko. Maar eigenlijk leven al deze mensen in het verleden. Wat hun oordeel over de Sovjet-Unie ook geweest mag zijn, hun leven heeft zich er grotendeels binnen afgespeeld en dus gaan de verhalen daar ook over.

Datsja

Anders is dat met de yuppen. Die lijken, geheel in lijn met de als een maniak om zich heen slopende burgemeester Loezjkov, elk gevoel voor het verleden overboord te hebben gezet en Jan-des-Bouvrieën er naar hartelust op los in hun paleizen. En met een verleden als dat van de Sovjet-Unie kun je ze dat niet eens helemaal kwalijk nemen. Want ook de financieel meer zelfstandige oude garde besteedt, ondanks alle nostalgieverhalen, meer tijd in de datsja en het buitenland dan in de Moskouse suikertaart.

Hoogtepunt

Over Tsetsjenië zegt dit wolkenkrabberverhaal dus niets. Of over Petersburg. Of over Moskou als geheel. Maar wel over het gebouw aan de Moskouse Ketellapperskade zelf. Dat verhaal is het vertellen meer dan waard en Nivat vertelt het bovendien op een goede manier, bewust van de diversiteit en overeenkomst van de bewoners van de flat. Je hart gaat daarbij nog het meest uit naar de mensen die echt weinig anders hebben dan die flat, en voor wie de dag dat ze er in trokken zo ongeveer het hoogtepunt van hun leven moet zijn geweest.

Ontsierd

O ja, de volgende keer kan de Arbeiderspers misschien de moeite nemen om de omslagfoto door een echte fotograaf te laten maken – de afdruk die het kaft nu ontsiert ziet eruit alsof-ie in een verloren moment bij elkaar is gegoogled. Dat, en de buitengewoon ongeïnspireerde vertaling van de titel La Maison haute zouden op zich goede redenen zijn om het ding op de plank te laten staan. Toch maar niet doen, misschien.