Als het is gebeurd kan het nogmaals gebeuren
Na in 2010 de Man Booker Prize te winnen met De Finkler Kwestie kwam Howard Jacobson afgelopen jaar wederom op de shortlist van deze prijs met J: een dystopisch en beklemmend holocaustverhaal waarin het woord ‘Jood’ geen enkele keer valt.
Antisemitisme is een leidend thema in het oeuvre van Jacobson, die pas op latere leeftijd de erkenning voor zijn werk heeft gekregen die het verdient. Waar hij voorheen veel satire gebruikte, slaat hij met J een serieuzere toon aan. Jacobsons boodschap is namelijk een beangstigende. In een interview met The Guardian geeft hij te kennen dat de jodenvervolging zo opnieuw kan gebeuren. Zijn boek is dan ook een waarschuwing voor hen die geloven dat zoiets als de Tweede Wereldoorlog niet meer voor zal komen.
Krampachtig vergeten
J speelt zich af in de toekomst, na ‘wat er is gebeurd, als het is gebeurd’. Wát er precies gebeurd zou zijn, staat nergens expliciet beschreven maar het heeft er alle schijn van dat het om een tweede Holocaust gaat. Om de harmonie in de samenleving te bewaken hebben ook de inwoners van Port Reuben, waar het verhaal grotendeels plaatsvindt, slechts een vage notie van hun geschiedenis.
Vergelijkingen met dystopische werken als Orwells 1984 en Huxleys Brave new world zijn hier onontkoombaar. Veel boeken zijn niet verbannen, maar simpelweg niet of lastig te verkrijgen. Ook onderzoek naar stambomen wordt ontmoedigd. Wat natuurlijk ook niet helpt is dat alle inwoners een aantal jaar geleden met de zogenoemde Operatie Ismael verplicht werden tot collectieve naamsverandering waardoor iedereen een Joodse achternaam toegewezen heeft gekregen.
Ontluikende liefde
Temidden van deze bizarre maatschappij die steeds minder houdbaar blijkt leren Kevern Cohen en Aillin Solomons elkaar kennen. Hun prille en fragiele liefde wordt op zeer bewonderenswaardige wijze door Jacobson gevangen en weergegeven vanuit beide partijen alsook vanuit een oudere kennis van Aillin. Daarnaast laat Jacobson ruimte voor diepe levensinzichten: ‘We zijn de schepper van onze eigen gevolgen, zij het niet altijd van onze eigen daden’.
Als lezer krijg je de informatie niet via hapklare brokken. J kent een eclectische structuur waarin de verhaallijn van Aillain en Kevern wordt afgewisseld met fragmenten van dagboeken en brieven uit de tijd van ‘wat er is gebeurd, als het is gebeurd’. Hier maakt Jacobsen veel referenties naar de jodenvervolging; zo doemt de gelijkenis onvermijdelijk op bij de zogeheten ‘Twitternacht’. Maar juist in het weglaten zit de kracht van deze roman: Jacobsons vermogen om te vertellen zonder te vertellen. Het lezen vergt derhalve de nodige inspanning, maar is die meer dan waard.