Wuivende ingewanden en natuurvrouwen met vliegjes
In TENT. Rotterdam is nu de groepstentoonstelling Enigma te zien, met zes Rotterdamse kunstenaars die elk op een totaal andere manier te werk gaan. Raadselachtigheid en het onbekende staan centraal. De al dan niet aanwezige samenhang tussen de werken roept vragen op bij de toeschouwer, en dat is ook de bedoeling.
Wat meteen opvalt bij binnenkomst is de vage zweem van een kruidige geur die in de hele ruimte aanwezig is. Deze geur is afkomstig van de installatie van Martina Florians. Een trapvormige stellage met uitgezaagde letters die zijn gevuld zijn met bergjes kruidenmengsel vertellen het verhaal van een Slowaakse worstmaker die op sluwe wijze de Europese regelgeving wist te ontwijken door zijn worst te verkopen als hondenvoer. Zijn klanten wisten uiteraard wel beter. De sterke geur prikkelt de zintuigen en is bijna zo bedwelmend dat je als toeschouwer de neiging krijgt je uit de voeten te maken.
Organen en vuilniszakken
De transparante zacht rode kluwen die het werk vormt van Joris Kuipers doet denken aan organen. De vormen krullen naar beneden van de muur als wandreliëfs en doen kwetsbaar aan, als zeewier dat zachtjes wuift. In de naastgelegen ruimte toont Lorenzo Casali zijn video-installatie. Zonlicht en schaduwen glijden versneld over de wanden met afbladderend behang van leegstaande huizen in de Rotterdamse wijk Crooswijk. Het licht dat komt en verdwijnt gaat over verloedering en vergankelijkheid, een verdwijnend verleden.
Met alledaagse voorwerpen maakt Lieke Snellen moderne, architectonische vormen. Ze gaat uit van de menselijke maat. Haar sculpturen vormen een soort plein, een omgeving zonder verwijzingen naar een andere realiteit. De zwervers die Marcha van den Hurk tot onderwerp heeft gemaakt in haar werk bewegen zich voort in een zelfde soort stedelijke omgeving. Vuilniszakken als trossen kleurige ballonnen vullen de ruimte en markeren de plekken die de zwervers zich hebben toegeëigend als leefruimte. In haar foto’s en sculpturen geeft Van den Hurk een beeld van het anonieme leven van de zwerver, als mensen die eigenlijk buiten de wereld staan. De verfijnde potloodtekeningen van Juul Kraijer tonen vervreemdende vrouwen als natuurwezens, bezaaid met vliegjes of angstvallig naakt in elkaar gedoken.
Kunst om naar te kijken
Een samenhang tussen de zo verschillende werken van de zes kunstenaars is niet makkelijk te vinden. Wat wil curator Willie Stehouwer hier mee zeggen? Wil ze hier überhaupt iets mee zeggen? ‘Mijn doel was om zes totaal verschillende werelden te creëren’, vertelt ze. ‘Nu eens geen tentoonstelling waarbij alle werken mooi in elkaar overlopen, of met een sterke theoretische of politieke strekking. Deze tentoonstelling gaat om de kunst zelf’. Want dat is wat de curator haar publiek wil laten zien: kunst om de kunst. Geen achtergrondverhaal, geen leidraad, geen vaste volgorde. De toeschouwer mag er zelf een verhaal bij bedenken, zelf invullen of ze de kunstwerken mooi of lelijk vinden. ‘Als je van het ene naar het andere werk loopt hoef je als toeschouwer niet een link te leggen met het werk dat je daarvoor hebt gezien, het gaat er vooral om dat de toeschouwer de kunst echt beleeft’ zegt Stehouwer.
Wat de werken van de verschillende kunstenaars bindt, is dat ze een onbekende wereld onderzoeken. Een wereld ontoegankelijk voor het menselijk oog of voorstellingsvermogen. Kraij gaat hierbij uit van een ongemakkelijk gevoel dat haar werk bij de toeschouwer oproept, terwijl het werk van Casali meer poëtisch is en dat van Florians eerder humoristisch. De moderne stad waar Snellen van uit gaat is toch een compleet andere wereld dan die waar Van den Hurk haar zwervers in laat zien en de organische vormen van Kuipers zijn geïnspireerd op MRI-scans. ‘Alle werken hebben hun eigen zeggingskracht en dat kan soms botsen, maar die tegenstellingen kun je als toeschouwer accepteren’ volgens Stehouwer. Het doel was om zes totaal verschillende werelden neer te zetten, en dat is ook gelukt. De samenhang tussen deze werelden ligt dus niet aan de oppervlakte, maar er is wel de raadselachtigheid, het ondoorgrondelijke en het ontbreken van logica als gemeenschappelijke onderstroom.