Het nieuwe oog
De man met de camera wordt gezien als de film waarmee cinema de moderne tijd werd ingeluid. Beweging is een terugkerend element in deze film waar cineast en theoreticus Dziga Vertov bevangen is door de energie en de vitaliteit van de filmcamera en de Sovjet-Unie.
1929 was het jaar dat Stalin definitief zijn macht benadrukte in de Sovjet-Unie. Dmitri Sjostakovitsj had net de opera De neus opgevoerd en werd door rechtlijnige critici gezien als een decadente componist die zich te veel in liet met decadente westerse invloeden. Het was ook het jaar dat de leidingevende volkscommissaris op het gebied van cultuur, Anatoli Loenatsjarski, zijn vooruitstrevende idealen over kunst en cultuur moest bijstellen en zijn positie moest opgeven.
Tegen deze achtergrond maakte filmmaker Dziga Vertov zijn experimentele De man met de camera. Een modern onderzoek naar de mogelijkheden van film als registratiemiddel van een dynamische werkelijkheid. Vertovs film kwam twee jaar na Walter Rutmans ode aan een bruisend Berlijn – Berlin, Die Sinfonie der Grosstadt – en in hetzelfde jaar als Luis Buñuels schandaalsucces Un chien andalou. De nieuwe technieken van de cinema werden in het interbellum zo op de proef gesteld door avant-gardisten, kunstenaars en revolutionairen.
Modernisme
Vertovs film is vanuit het heden bekeken een lichtelijk naïef modernistisch meesterwerk. Het modernisme wilde onderzoeken wat de mogelijkheden en beperkingen zijn van een specifiek medium. Het was een beweging die zich erg bewust was van zijn vorm en inhoud en hoe die wordt overgebracht op de kijker, lezer en luisteraar. Een ander modernistisch trekje van de film is Vertovs liefde en geloof in de nieuwe kracht van machines en de vitaliteit van de grote stad. Dit zie je in shots van fabrieksmachines die aan het werk zijn en mensenmassa’s die zich door een stad bewegen waar auto’s en trams mede het straatbeeld bepalen. Vertov zag de camera als een verlengstuk van de beperkte perceptie van de mens en als een vervanger van een conservatieve kortzichtigheid. Voor Vertov was de kunstmatigheid van de fictiefilm al verouderd tegenover de nieuwe filmtechnieken. De camera werd zo het nieuwe oog om naar de moderne tijd te kijken.
Dit geloof in de bijna utopische mogelijkheden van moderne technieken, gecombineerd met revolutionaire communistische idealen, is nog het meest door de tijd aangetast, vooral omdat de Sovjet-Unie geen ruimte meer zou bieden voor progressieve denkbeelden. Vertovs enthousiasme levert echter wel boeiende beelden op die nog steeds vragen oproepen over het nut en de werking van cinema. De film verloopt non-linear op zijn eigen ritme en begint in een als moderne tempel getoonde bioscoop. De projector wordt klaargemaakt en de film gaat lopen. Vervolgens ontvouwt zich een verzameling beelden. De ochtend en het waken van de stad, als in Rutmans Berlin. De snelheid van treinen, trams en auto’s illustreert de snelheid van perceptie. In bepaalde scènes wordt er juist vertraagd, zoals beelden van sporters die doen denken aan Leni Riefenstahls Olympia.Realistisch en surrealistisch
Vertov heeft ook oog voor realisme door zijn camera te focussen op bedelaars in de stad, een vrouw die bevalt en mensen die werken of genieten in hun vrije tijd. Toch is De man met de camera niet helemaal ontdaan van kunstmatigheid. Een vrouw die zich aankleedt speelt duidelijk een rol, en zo zijn andere beelden duidelijk in scène gezet. Surrealistisch zijn ook de passages waarin de camera de straten opgaat en ongehinderd registreert, en ook de bijna overlappende beelden die als abstracte kubistische composities ogen.
Door middel van een snelle en voor zijn tijd zeer vernieuwende montage wordt de complexiteit van perceptie opgeroepen. Het nieuwe oog van de camera registreert, zoomt en gaat van wazig naar scherp. Soms zijn er fragmenten van een persoon afgewisseld met shots van een menigte op afstand. Ook zijn de camera en de cameraman personages in de film. Vertovs montagetechnieken passen in de nieuwe traditie van Sergei Eisenstein en Lev Kuleshov, die montage zagen als de techniek die film het meest onderscheidt van andere kunstvormen.Wat De man met de camera nog zo energiek maakt is hoe beweging in de film terugkomt, zoals de scène waarin een camera op een auto een rijtuig volgt. Beweging is misschien het woord wat Vertovs film het best typeert. Vertov had zijn nieuwe naam gekozen als vervanging van zijn Joodse naam Denis Kaufman, en is afgeleid van het Russische woord ‘verchenye’, dat rotaties betekent.
De dvd
De dvd-uitgave bevat drie verschillende geluidsbanden met muziek. De muziek van Michael Nyman, die vooral bekend is door zijn composities voor Peter Greenaway, vullen de beelden energiek aan. Daarnaast hebben componist en geluidskunstenaar Werner Cee en het ensemble In the Nursery ook nieuwe soundtracks voor de film samengesteld. Wat de uitgave verder interessant maakt zijn een boekje met goede achtergrondinformatie over de film en zijn maker, en een indrukwekkende documentaire over Vertov gemaakt door Thomas Tode en Ale Muñoz. Deze filmmakers maken een tocht door het moderne Rusland in de voetsporen van de experimentele cineast en tonen hoe zijn revolutionaire esthetische idealen nog steeds gebruikt kunnen worden in het vastleggen van de werkelijkheid.
De biënnale van Eye (Nederlands Filmmuseum) wordt op 7 april in het Muziekgebouw aan het IJ geopend met de vertoning van de film, met live begeleiding van The Michael Nyman Band.