Sociologie, humor en compassie
In alweer de vijfde editie van Straalstroom heeft één van de twee projectleiders, Lieke Wouters, de taak van curator op zich genomen. Wouters is geïnteresseerd in de verbanden, of juist de contrasten tussen de sociologie en de beeldende kunst. Bij binnenkomst word je geconfronteerd met eigentijdse sociologische slogans zoals: “De happy single bestaat niet”, maar ook fragmenten van Pierre Bourdieu en Norbert Elias komen voorbij. Deze trachten allemaal structuren bloot te leggen om het handelen van mensen in de samenleving te begrijpen en categoriseren. Wouters onderzoekt hoe en in hoeverre kunstenaars zich bezighouden met deze vraag. Ze heeft voor de tentoonstelling vier kunstenaars uitgenodigd die ‘het dagelijks leven’ als onderwerp gebruiken in hun werk.
Zhana Ivanova, Borrowed Splendour, 2008 |
Zhana Ivanova (Bulgarije, 1977) onderzoekt in haar werk de structuren en systemen die schuilgaan achter het dagelijks leven. Ogenschijnlijk onschuldige situaties, zoals een cafébezoek, rafelt ze helemaal uit elkaar om de essentie van de situatie te vangen. Ze lijkt op zoek naar een categorisering van ons handelen. In Borrowed Splendour, een videoregistratie van een performance, zien we drie mensen die gesproken opdrachten van Ivanova uitvoeren. De ruimte stelt een café voor, maar is volledig gestript: de muren en vloer zijn wit, met tape worden scheidingswanden aangegeven en een tafel en drie stoelen vormen het enige decor. De drie mensen, een vrouw en twee mannen, zijn geen professionele acteurs, maar zijn spontaan uit het publiek geplukt. Ze voeren de orders van Ivanova uit die variëren van zaken als “ga op de rechterstoel zitten”, of “steek een sigaret op”, tot het verbeelden van emoties: “denk aan iets gewelddadigs” etcetera. In de loop van de performance wordt duidelijk dat het om de strijd om (de aandacht van) de vrouw gaat, waarbij de mannen echte haantjes zijn.
Sociaal experiment
Door telkens te kiezen voor nieuwe acteurs, die bovendien onvoorbereid het decor ingaan, blijft iedere performance een uniek gegeven. Door de herhaling in de uitvoering, benadert de kunstenaar in feite het werk van de (sociaal) wetenschapper, die data verzamelt voor analyses en vergelijkingen. De performance is zo een experiment of studiemateriaal voor Ivanova. Waar is zij nou precies naar op zoek? Ze laat onvoorbereide mensen telkens precies hetzelfde doen in een gelijksoortige omgeving. Bestudeert zij de reacties van de acteurs en het publiek, vooral in de situaties waarin haar orders niet rechtlijnig zijn, maar vragen om inbeeldingsvermogen? Of toont Ivanova het publiek de blootgelegde structuren van ons handelen? De nagespeelde situaties zijn voor iedereen herkenbaar, maar bevreemden vanwege de kale ruimte en de acteurs die als robots opdrachten uitvoeren. Door dezelfde situatie, onder dezelfde omstandigheden te herhalen, geeft ze het de status van een experiment en verzamelt zo haar “bewijsmateriaal”.
Jaap Scheeren, Oma en haar boom |
Jaap Scheeren (Nijmegen, 1979) houdt zich op een heel andere wijze bezig met het dagelijks leven of ‘de realiteit’. Toen hij als kind met zijn ouders naar Vlissingen verhuisde, is zijn oma Toos hen briefjes gaan schrijven. Eerst over het wel en wee van Nijmeegse voetbalclubs, maar al gauw begon ze meer over haar eigen leven te vertellen. Scheeren geeft een fotografische visie op haar briefjes. Alle foto’s die Scheeren van zijn oma heeft gemaakt zijn in scène gezet. Zo zien we haar verkleed als inbreker met schroevendraaier bij een briefje waarin ze vertelt hoe vaak ze nog met angst terugdenkt aan die keer dat er bij haar is ingebroken. Of we zien haar in een innige omhelzing met een boom, in afwachting van het weerzien met haar kleinkinderen. Ze vraagt zich af hoeveel ze in lengte en breedte gegroeid zullen zijn.
Humor en compassie
Oma Toos heeft humor, vindt zelf dat ze volzit met kletskoek en kletst lekker verder. Het is ontroerend hoeveel ze van zichzelf blootgeeft in haar korte krabbels. Scheeren laat in zijn foto’s vele kanten van zijn oma zien, zoals gezegd altijd geënsceneerd, maar nooit gekunsteld of krampachtig. Het is hierdoor een werk geworden waar je steeds weer even naar terug wilt kijken, en waarin je telkens iets nieuws ontdekt. Scheeren heeft ook een boekje gemaakt van de foto’s en briefjes, dat Oma Toos tijdens de opening van Straalstroom#5 in levenden lijve signeerde.
Verder is een serie foto’s van Karine Versluis (Staphorst, 1980) te zien en een videowerk van Wannes Wouters. Versluis toont een serie foto’s van oude vrouwen uit Barceloneta, uit families die sinds generaties in die wijk van Barcelona wonen. Zij zullen echter de laatste zijn. De wijk is ontdekt door de toeristische sector en de oorspronkelijke bevolking is vertrokken. Wouters (broer van de curator) laat een videowerk zien van een soort interventie in de openbare ruimte. Er loopt een man in reflectorpak door een winkelstraat. In de montage is een kleine vertraging ingebouwd, zodat de reacties van mensen langer kunnen worden gevolgd.
Weinig samenhang
De curator wil met het werk van de vier kunstenaars verschillende manieren tonen waarop in de kunst het dagelijks leven wordt bestudeerd. De link met de sociale wetenschappen is met betrekking tot het werk van Ivanova duidelijk aanwezig. Ook Versluis toont in haar documentaire fotografie een visie op een sociaal proces. Bij de anderen komt deze link geforceerd over. Het werk van Scheeren is erg persoonlijk en gaat niet over het dagelijks leven, maar over zijn oma. Voor het persoonlijke verhaal is in de sociale wetenschappen over het algemeen weinig interesse. Wouters beïnvloedt met zijn reflectorman tijdelijk de openbare ruimte en registreert deze interventie. De performance gaat echter niet genoeg de diepte in om aan sociale structuren te raken. De samenhang tussen de getoonde werken is niet zo duidelijk. Het dagelijks leven komt terug als thema, maar dat is een erg globale aanduiding. De relatie met de sociale wetenschappen, waarbij dus gezocht wordt naar structuren en verklaringen, die het thema wat meer inhoud geven, is niet bij alle kunstenaars aanwezig.