Een vrouwelijke blik op de filosofie
Frank Meester schreef met Meesters in de filosofie een overzichtswerk met voornamelijk mannelijke filosofen. “Lieve Meester”, schrijft Aline D’Haese in haar openingsbrief in De zijkant van de filosofie. “Waar zijn de vrouwelijke filosofen?”
In een vermakelijke en interessante dialoog beschouwen Frank Meester en Aline D’Haese de geschiedenis van de filosofie door een nieuwe bril. Vanaf de oudheid tot aan de 21e eeuw gaan ze samen op zoek naar de vrouwelijke denkers.
Een nieuwe definitie
Het gesprek gaat er verhit aan toe. “Praat niet steeds door me heen!” klinkt het al op pagina 20. Aanvankelijk vertegenwoordigt Frank de gevestigde orde; de gangbare ideeën over filosofie. Aline presenteert het tegengeluid, wat ze doet door het begrip ‘filosofie’ te verbreden. Ze laat zien dat in de oudheid en middeleeuwen vrouwen opstaan die zich tegen het patriarchaat keren, die heersende opvattingen over vrouwen in twijfel trekken. Het zijn geen filosofen in de klassieke zin van het woord, maar ze laten zien kritische en eigenzinnige denkers te zijn.
Soms zijn het geliefden van mannelijke filosofen – zoals Leontion, geliefde van Epicurus in de oudheid – of vrouwen die in briefwisselingen kritisch zijn op de ideeën van bekende filosofen. In de Verlichting uiten vrouwen zoals Elisabeth van de Palts en Anne Conway zich bijvoorbeeld bescheiden kritisch over het ‘lichaam-geestprobleem’ van Descartes. Hiermee hebben zij invloed gehad op het denken van deze beroemde filosoof.
Steeds meer unieke vrouwelijke denkers
Vanaf de Romantiek vindt een kentering plaats, wat ook gespiegeld wordt in de dialoog tussen Frank en Aline. Frank besluit vanaf hier ‘zijn huiswerk’ te gaan doen en hij gaat zich verdiepen in de materie. Hij openbaart zich zelfs als feminist.
In de 20e eeuw komt het denken over vrouwelijkheid, in termen van gender en sekse, tot een hoogtepunt, met publicaties van onder andere Simone de Beauvoir en Judith Butler. Zij denken na over vrouwelijkheid als cultureel construct. In hoeverre is gender aangeboren of juist aangeleerd?
In het volgende tijdvak laten de vrouwen zichzelf als onderwerp los. Aline:
“Vroeger was het zo vreemd als een vrouw filosoof wilde worden, dat haar eigen denken wel onderwerp móést zijn van haar filosofie. De positie van de (denkende) vrouw en hoe die verbeterd kon worden, was waar zij noodgedwongen over nadacht. Dat er nu al zoveel vrouwen zijn die over andere dingen kunnen nadenken, betekent dat het de goede kant op gaat met de vrouwelijke filosofie.”
Ze doelt op een groep jonge vrouwen in de 21e eeuw, waaronder Eva Meijer en Lieke Marsman, die niet langer de mens centraal stellen maar denken vanuit ‘dingen, dieren, bergen en rivieren’. Aline: “Weg van het humanisme. Weg van de gedachte dat de mens tegenover de natuur staat.” Zo komt het vrouwelijk denken in geheel nieuw vaarwater terecht, met een interessante nieuwe kijk op de wereld.
Met De zijkant van de filosofie laten Aline en Frank zien dat filosofie niet enkel toebehoort aan mannen. Waar de vrouwen in het verleden vaak onzichtbaar bleven doordat ze vaak geen toegang hadden tot onderwijs en wetenschap, komen ze vanaf de Romantiek steeds meer in de openbaarheid. Hoe meer rechten en kansen vrouwen kregen, hoe bekender ze ook werden. Met dit boek bieden Frank en Aline een goede introductie, met ook volop handvatten om je verder in de materie te verdiepen.