De liefde vieren, ondanks alle verschillen
Na zijn eerdere solovoorstellingen Oumi en DAD toert de Marokkaans-Nederlandse acteur Nasrdin Dchar dit keer langs de theaters met JA! Ook nu staan de culturele verschillen centraal en weet Dchar wederom zijn persoonlijke ervaring te veralgemeniseren naar een universeel verhaal. Maar hij haalt niet altijd het niveau van zijn eerdere werk.
Was eerst zijn moeder, en vervolgens zijn vader het uitgangspunt voor zijn voorstellingen, dit keer heeft Dchar voor een bredere thematiek gekozen: de liefde. Niet toevallig is Dchar met JA! 14 februari, de dag van de liefde, in première gegaan. Dat een geëngageerd acteur een avondvullende theatervoorstelling over de liefde maakt, is even wennen. Het is dan ook de vraag hoe dit specifieke liefdesverhaal zich verhoudt tot andere toneelstukken, films, opera’s, liedjes en gedichten over dit thema. Het komt vooral door Dchar zelf dat het stuk overeind blijft staan, onder meer door zijn schat aan toneelervaring en innemende persoonlijkheid. Toch kleeft aan de uitwerking iets mierzoets en sentimenteels, wellicht door de enigszins voorspelbare afloop.
Uit het keurslijf
Dchar vertelt zijn liefdesverhaal, dat tot ver in de vorige eeuw teruggaat, aan de hand van zijn Marokkaanse familiegeschiedenis, die hij samen laat vloeien met die van de Nederlandse Amy, het meisje dat hij op 20-jarige leeftijd in de Steenbergse Marina Bar leert kennen. Amy is op haar beurt de dochter van een Indonesisch-Nederlands huwelijk, maar is, anders dan Dchar, vooral westers opgevoed. Dat betekent: ze rookt en drinkt, en ze mag naar zoenende mensen kijken op tv. Zoiets zou ondenkbaar zijn in huize Dchar; waar zijn vader dagelijks op de bank zit om Marokkaanse soaps te kijken en haast onverschillig reageert als zijn zoon met grootse moeite bekent eindelijk de ware te hebben ontmoet. Die onverschilligheid verdwijnt wanneer Dchar toevoegt dat ze niet Marokkaans, maar Nederlands is. Het blijkt het begin te zijn van een liefdesavontuur dat knelt aan alle kanten. Hoe sceptisch zijn omgeving ook is, Dchar wil zich losbreken uit het keurslijf. Hij worstelt met de voorgeschreven regels en wetmatigheden die er vanuit zijn geloof worden opgelegd – is er boos, woedend en verdrietig om – maar wil tegelijkertijd ook trouw blijven aan zijn familie en principes. Die interne strijd weet Dchar goed neer te zetten, door het publiek deelgenoot te maken van zijn intiemste gedachten en gevoelens. Op die manier weet hij zijn twijfels, onzekerheden en overtuigingen de gehele voorstelling lang goed invoelbaar te maken, tot de schitterende finale aan toe.
Een ander potje
Maar hoe lastig, complex, weerbarstig en wrang de realiteit ook geschetst wordt, ergens blijft JA! aan de oppervlakte drijven. Wellicht heeft het te maken met de typetjes die hij ten tonele voert, zoals zijn beste vriend Mike de Brabander, of diens vader Harry. De imitaties zijn lekker vet aangezet om het contrast groter te laten lijken en het voegt ook zeker humor toe, maar gezien zijn eerdere voorstelling DAD lijkt het een trucje te zijn geworden. Ook kent het verhaal een redelijk voorspelbare lijn, met facetten die inherent zijn aan een onmogelijke liefde: de pijn, het onvermogen, de behoefte om ‘in een ander potje te roeren’. En alle gevolgen van dien. Het maakt het verhaal mierzoet en wat sentimenteel. Na het einde bekruipt dan ook het gevoel dat Dchar weliswaar zijn ziel volledig heeft blootgelegd, maar dat de voorstelling zelf een goedmakertje is naar zijn Amy. Ze heeft immers heel wat te verstouwen gehad van haar ‘Nas’.