Een verfrissende les in kunst kijken
.
In het historisch museum Het Prinsenhof in Delft en twee nabijgelegen musea, Museum Nusantara en Museum Lambert van Meerten, zijn tot en met 13 mei kunstwerken van maar liefst honderdenelf bekende Nederlandse kunstenaars te zien. Hedendaagse kunstwerken hebben in deze musea een plekje gekregen naast zestiende- en zeventiende-eeuwse werken die overeenkomen in stijl of inhoud. Het gaat de tentoonstellingmakers om de raakvlakken tussen oude en hedendaagse kunst en daarmee om de tijdloosheid – of continuïteit – van de toegepaste thema’s. Ze hebben zich daarbij niet laten remmen door kunsthistorische dogma’s; de omvangrijke expositie Contour / Continuïteit, Heden en Verleden is nadrukkelijk gericht op het grote publiek.
Ronald Ophuis, Birkenau II, 2003, olieverf op doek, 210 x 270 cm, courtesy Galerie de Praktijk, Amsterdam, fotograaf Claude Crommelin |
Een kleine greep uit de groep deelnemende kunstenaars: Co Westerik, Atelier Van Lieshout, Maria Roosen, Aernout
Mik, Reinier Lucassen, Frank van der Salm, Marlene Dumas en Desiree Dolron laat zien dat het hier om – vaak zeer succesvolle – Nederlandse kunstenaars gaat van verschillende generaties en van verschillende disciplines. Alle kunstenaars stemden enthousiast toe toen gastconservatoren Jaap van den Ende en Jan Hein Sassen ze vroegen mee te doen. Sommigen maakten voor de gelegenheid nieuw werk, zoals Krijn de Koning die een grote installatie maakte voor de zaal met het thema ‘ruimte’. De expositie is een vervolg op de reeks exposities die tot 1987 in Het Prinsenhof onder de noemer Contour een dwarsdoorsnede van de actuele kunst in Nederland gaf. Het museum vond het echter niet meer verantwoord de kwetsbare stukken te verwijderen uit de zalen voor de expositie, waarop Van den Ende en Sassen van de nood een deugd maakten. Ze besloten aanknopingspunten te zoeken in de vaste collectie waarmee moderne kunstwerken een dialoog kunnen aangaan. Zo kreeg De Bewening van Christus van Maarten van Heemskerck uit 1566 gezelschap van Birkenau II van Ronald Ophuis uit 2003. En kijken de pubermeisjes op een foto van Rineke Dijkstra uit 2006 verlegen naar de jonge Dirk van der Dussen op een portret uit 1596. Het concept is ook toegepast in de nabijgelegen musea Nusantara en Lambert van Meerten. In Nusantara, een ethnografisch museum met objecten uit Indonesië en West-Papoea, zijn werken van moderne kunstenaars die zich met andere culturen bezighouden ondergebracht. De stijlkamers van Lambert van Meerten werden verrijkt met hedendaagse objecten, zoals ceramiek van Marien Schouten. De verbinding met deze twee locaties is versterkt met drie buitenkunstwerken, waaronder een boomtent van Dré Wapenaar.
Maurice van Tellingen, School 2005, MDF, plastic, verf, mp3-speler (geluid van spelende kinderen), 34 x 22 x 34 cm, courtesy RONMANDOS Gallery, fotograaf René Gerritsen |
Vastgenaaide nagels
Het Prinsenhof is bekend vanwege de kogelgaten in ‘de Moordhal’ die getuigen van de moord op Willem van Oranje. In de hal staan nu kisten met vastgeklonken zwaarden van Cornelius Rogge als commentaar op het thema ‘geweld’. De combinaties van kunstwerken zijn ondergebracht in tientallen thema’s. De eerste zaal die de bezoeker binnenstapt biedt meteen een confronterende ervaring. Gegroepeerd onder het thema ‘lijden’ werken de zojuist genoemde kunstwerken van Van Heemskerck en Ophuis, maar ook een indringende video-installatie van Aernout Mik en foto’s van vastgenaaide nagels van Yael Davids behoorlijk beklemmend. De route langs groepjes kunstwerken in de verschillende zalen levert soms verrassende, soms vervreemdende maar telkens spannende visuele momenten op. Een verlicht flatgebouw van de Delftse fotograaf Frank van der Salm bij een Gezicht op Delft uit 1615 is misschien een voor de hand liggende combinatie, maar toch nooit vertoond. Jan Hein Sassen benadrukt vooraf dat het hier draait om het ‘kijken’. De expositie leent zich goed voor aandachtig kijken en het vergelijken tussen kunstwerken geeft daarbij houvast, stellen de makers in de catalogus. Dit werkt inderdaad: het geheel blijkt meer dan de som der delen. Zet werk van een moderne kunstenaar die iets te vertellen heeft naast een object van een oude meester die met hetzelfde thema bezig was en ze versterken elkaar in betekenis. De korte zaalteksten, zonder kunsthistorische informatie, dragen hier ook aan bij. Het zijn bijna poëtische mijmeringen, geschreven door Hendrik van Leeuwen, een vriend van Jaap van den Ende. Deze laatste is overigens ook met zijn schilderijen vertegenwoordigd in deze tentoonstelling.
Onbekommerd
De raakvlakken en verschillen tussen de werken in Contour / Continuïteit, Heden en Verleden zijn treffend gekozen. De schuttersstukken uit de tijd dat de edelen de macht hadden krijgen commentaar van Mark Bijl. Zijn installatie A Search into the Nature of Society laat hedendaagse iconen (hollywoodsterren) en machthebbers (multinationals) zien. Een ander voorbeeld is de groep rond het thema ‘dood’. Staande tussen de oude schilderijen met anatomische lessen kijk je tegen het licht in naar het gebroken kleilichaam van de Anatomische les van Guido Geelen, waar vrolijke tulpen in buisjes uitsteken. De bloemrijke Schedel van Marc Mulders en het opgebaarde jongetje van Desiree Dolron geven extra lading aan de twee gezichten van de dood: ‘het lichaam blijft na voor rouw en schouwspel’ is hier de suggestie van de zaaltekst.
Desiree Dolron, Xteriors VIII, 2004, kodak endura print op perspex, dibond en hout, 115 x 174 x 5 cm, Rabobank Kunstcollectie |
Bij de buren Nusantara en Lambert van Meerten zijn de combinaties van de objecten minder uitgesproken waardoor de eigen sfeer van de musea meer behouden blijft. De toegevoegde moderne kunst is in elk geval een goed excuus om deze bijzondere musea ook eens te bekijken – voor wie genoeg energie heeft om de veelomvattende expositie in haar geheel te zien.
Contour / Continuïteit, Heden en Verleden is een publiekstentoonstelling, bedoeld voor iedereen die van kunst houdt en daarom houden de samenstellers zich verre van kunsthistorische theorieën en kaders, zo stellen ze. Dat geeft hen de vrijheid om ombekommerd heel verschillende kunstenaars aan elkaar te koppelen, hoewel dit het risico inhoudt dat kunstkenners hun wenkbrauwen zullen fronsen. Henk van Os, hoogleraar en voormalig directeur van het Rijksmuseum, kan deze moed erg waarderen, zo schrijft hij in de inleiding van de catalogus. En met hem waarschijnlijk heel wat bezoekers. Continuïteit in betekenis is in deze expositie op visueel aantrekkelijke wijze heel aannemelijk gemaakt. Je krijgt het gevoel dat moderne kunstenaars, hoe gevierd ook, toch gewoon op de schouders van hun voorgangers staan. Een nadeel is dat er weinig abstract werk is gekozen doordat deze moeilijker te koppelen zijn aan de vaste collecties. Desondanks zijn er vele kunstdisciplines vertegenwoordigd zoals schilderwerken, foto’s, video’s, installaties en sculpturen van vele hedendaagse kunstenaars van jong tot oud. Wat hen bindt zijn menselijke en tijdloze thema’s. De expositie geeft een verfrissende les in het waarnemen hiervan. Het is te hopen dat deze achtiende editie van Contour de start is van een hernieuwde traditie. En dat de volgende versie wat langer duurt dan deze, die half mei, vóór het toeristenseizoen start, alweer sluit.