Naar de essentie van het leven via seksbom en filosoof
In Hoofdrol van muziektheatercollectief Kassett bevragen drie verleidelijk geklede actrices de essentie van de mens door de levenskeuzes van seksbom Jayne Mansfield af te zetten tegen Schopenhauers denkbeelden over verlangen en het redelijk verstand. Op de achtergrond klinkt een jazzy soundtrack. Het levert een frisse, prettig filosofische voorstelling op.
Hoofdrol speelt op de skatebaan in de Over het IJ-loods: een uitgestrekte betonnen plaat. Op een derde van de ruimte bevindt zich een kledingrek. Vooraan staat een verrijdbaar podium met de instrumenten van het Blazin’ Quartet. Verder is de baan leeg. De drie actrices Oukje den Hollander, Ellen Goemans en Ayla Satijn hebben alle ruimte om zich te bewegen, en dat doen ze ook – speels, op rolschaatsen.
Scheiding hoofd en lichaam
De Amerikaanse Jayne Mansfield, die in de jaren ’50 en ’60 bekend werd als actrice en sekssymbool met het perfecte zandloperfiguur, de enorme borsten en het platinablonde haar, deed zich onnozel voor. Eigenlijk was ze echter erg intelligent. Waarom wil een vrouw die zo slim is, zich voordoen als simpele bombshell? Waarom die scheiding tussen hoofd en lichaam? Dit intrigeerde Frank Siera, de regisseur en schrijver van Kassett. Om antwoorden te vinden richtte hij zich op de filosofie en hij kwam, gesteund door huisfilosoof Gerko Tempelman, via Hume en Kant uit bij Schopenhauer. Schopenhauer redeneerde eind negentiende eeuw dat de essentie van de mens niet ligt in de ratio, maar in het verlangen.
Soepel geheel
Den Hollander, Goemans en Satijn spelen afwisselend (een gestileerde versie van) zichzelf, Jayne Mansfield, en Schopenhauer. De kittige korte pakjes die ze dragen refereren naar Mansfield, maar doordat de dames haar juist filosofisch – via de ratio – proberen te benaderen, krijgt de sexy kleding een ironische lading. Om de beurt vertellen ze over het vaak tragische leven van Mansfield en over de schijnbare tegenstellingen in haar bestaan. Daarnaast brengen ze in vogelvlucht de relevante denkbeelden van de drie filosofen, waarbij de grootste rol is weggelegd voor Schopenhauer, en koppelen die aan het verhaal. Siera’s teksten zijn prettig ritmisch door de vele alliteraties en spitse taalvondsten. Ondanks het zware onderwerp zijn ze bovendien licht verteerbaar. Op de achtergrond brengt het Blazin’ Quartet regelmatig jazzy intermezzo’s, wat ook bijdraagt aan de soepele toon van de voorstelling.
Transparante benadering
Opvallend en verfrissend aan Hoofdrol is de transparante manier waarop de verschillende facetten van de voorstelling aan elkaar geweven worden. Siera schrikt er niet voor terug om de stappen van het denkproces te laten zien. De drie actrices kunnen hier bovendien uitstekend mee overweg. Het enige gevaar wat op de loer ligt, is dat dingen soms te expliciet worden benoemd of dat ze net te vaak worden herhaald, in plaats van dat ze voor zichzelf mogen spreken. Op die momenten heb je het idee dat je een college bijwoont. Dit voert echter niet de boventoon van de voorstelling, want die is verder vooral slim en levendig.