De indrukwekkende memoires van een niet klein te krijgen vrouw
Nog maar twee jaar oud is Sonja, wanneer David Barend, haar vader, door ‘twee keurige Nederlandse heren’ in 1942 wordt meegenomen. Ze zal hem nooit meer terug zien. Eigen herinneringen aan hem heeft ze niet, maar familie en kennissen vullen – hetzij spaarzaam – de foto’s en fantasieën aan met waargebeurde verhalen en anekdotes.
Een goudeerlijk inkijkje in een roerig leven
Sonja Barend, een van de bekendste talkshowpresentatoren van Nederland, geeft met Je ziet mij nooit meer terug goudeerlijk en zonder gêne een inkijkje in haar persoonlijke en professionele leven. Hoe ze voor de Nederlandse televisie aan de slag ging, haar relatie met haar eerste en tweede man, haar gezondheid en de band met haar moeder; alle mooie maar ook pijnlijke gebeurtenissen bespreekt ze zonder melodramatisch te worden. Voor iemand die zo veel Nederlanders voor de tv heeft geïnterviewd en ondervraagd, moet het ontzettend knagen om niet te weten wat voor man haar vader was, waarom die Nederlandse mannen hem hebben meegenomen en wat er precies die dag is gebeurd. En waarom kon of wilde haar moeder in die tijd niet voor haar zorgen? Een moeder die ze, zegt ze zelf, ‘in de jaren dat ik bij mijn grootouders woonde, niet of nauwelijks (heb) gemist’.
De vanzelfsprekendheid van een persoonlijk gesprek
Op vlotte wijze wordt de lezer meegevoerd van de kinderjaren die vol in het teken stonden van de Tweede Wereldoorlog naar het heden. Ook over de liefde is Barend bijzonder openhartig. Zo zegt ze over de eerste ontmoeting met haar huidige man: ‘Ik was verbaasd en onder de indruk van de vanzelfsprekendheid van een persoonlijk gesprek met iemand die ik niet kende. Mij werden bijna nooit vragen gesteld buiten de voor de hand liggende over televisieprogramma’s en de daaraan verbonden bekendheid. Iedereen was er blijkbaar door die programma’s aan gewend dat ik de vragen stelde en naar de antwoorden luisterde. Ik had mij ongemerkt in die rol geschikt, ook buiten de televisie.’
Pot erten
In de oorlogsjaren woont Sonja een aantal jaar bij haar grootouders, waar ze met strakke maar liefdevolle hand wordt opgevoed. Een grappige anekdote die nadien nog ettelijke malen in de familie ter tafel zal komen, is de volgende: ‘Op de planken langs de muur stonden glazen potten met ingemaakte groenten en vruchten, bonen en erwten. Niet de pot erten waar ik naar zocht. Ik wist zeker dat die er moest zijn. Oma was heel precies en ze zou mij nooit om een boodschap sturen als die niet klopte. Ik moest gewoon niet zenuwachtig worden en te snel langs de etiketten gaan om dan net die ene pot erten over het hoofd te zien.’
Een dochter om trots op te zijn
Wat je bijblijft na het lezen van dit boek, is de enorme veerkracht die mevrouw Barend steeds maar weer laat zien nadat ze met tegenslagen om heeft moeten gaan. Haar gevoel voor humor, zelfspot, bescheidenheid en relativeringsvermogen maar zeker ook haar inlevingsvermogen zorgen ervoor dat ze door blijft gaan, het mooie in de kleine dingen blijft zien en haar medemens met open blik tegemoet blijft treden. Iemand op wie haar vader ongetwijfeld trots zou zijn geweest.