Waar blijft die Best Of?
Vroeger had je singles. Albums, als die er überhaupt al kwamen waren vooral een verzameling van singles. Dit veranderde ergens in de jaren zestig toen bands als Pink Floyd besloten om (concept)albums te maken vol met nummers die de ideale single lengte van drie minuten en een beetje ruimschoots overschreden. Singles werden langzamerhand meer voorafjes, die de interesse voor het aankomende album moesten wekken.
Wat heeft dit alles nu met de nieuwe cd van Phoenix te maken, zul je je misschien afvragen. Het antwoord is eigenlijk heel eenvoudig. Phoenix is een singlesband. Op de vorige twee cd’s van de vier Parijzenaren stond een aantal prachtsingles die zich bewogen op het snijvlak van laid-back dancetracks en vrolijke popmelodiën. Het bleek beide keren moeilijk om dit niveau een album lang vast te houden.
Waarschijnlijk voel je hem al aankomen, maar ik kop mijn eigen voorzet toch even in. Op It’s never Been like That is het weer niet gelukt. Ook hier zijn een aantal prima singles te vinden, maar een goede plaat hebben de Fransen weer niet afgeleverd. Daarvoor zijn de nummers op deze cd te éénvormig en veel te inwisselbaar. Slechts een enkeling overstijgt de middelmaat.Refrein
Met dit derde album lijk de groep daarnaast een kleine koersverandering te hebben ingezet. Weg is de zonnige cluppop. Hier horen we alleen nog onvervalste gitaarpop. Als die goed wordt uitgevoerd is daar uiteraard niets mis mee. Het is echter lastig om niet uit te glijden op de glad gepolijste paden van het genre – dat bewijst Phoenix. De ijzeren wetten van het genre vragen bovendien om sterke refreinen. Van die refreinen die zich naar één keer luisteren al behaaglijk thuisvoelen in je hoofd, om er na de tweede keer niet meer weg te gaan. Op It’s never Been like That voldoen alleen Consolation Prizes en Long Distance Call aan dit gebod.
Best Of?
Ooit zal Phoenix een prachtig album afleveren. Een klassieke popplaat vol tijdloze, gemeen catchy poptunes die zich voor eeuwig in het collectieve geheugen van de popmuziekliefhebbers hebben genesteld. Een titel voor die plaat is snel gevonden: The Best of Phoenix. Voor het zover is, moeten de Fransen nog even wachten. Op dit album staan maar één of twee nummers die het verdienen op een Best Of van Phoenix terecht te komen. En als de totale lengte van dit album de 35 minuten dan ook nog eens nauwelijks overstijgt, wordt het pas echt problematisch. Als dit het beste materiaal is dat de heren opgenomen hebben, stemt dat op zijn minst niet hoopvol over het vervolg van hun carrière. Sterker nog, de trieste conclusie naar aanleiding van dit album moet zijn dat als Phoenix de dalende lijn voortzet, die Best Of er niet eens gaat komen.