Fel gekleurd, maar hol snoepje
“De Kroonbasilisk, een hagedis uit Midden-Amerika, rent over het water als hij in het nauw wordt gedreven. Dit geeft hem de bijnaam Jezus Hagedis. Het wonder duurt niet lang. Na een paar seconden verliest de hagedis snelheid en zakt hij in het water…”
De Jezus Hagedis, de tweede roman van Arjan Verhagen (1972), doet in een aantal opzichten denken aan de Kroonbasilisk. Het is een vurige hagedis, de kammen op de kop als symbool voor de stekelige woordkeuze en prikkelende personages. Maar net als de Kroonbasilisk heeft de plot te weinig drijfvermogen. Halverwege het verhaal is de plot tenonder gegaan en zijn alleen nog wat puntjes van de kammen zichtbaar boven het oppervlak.
Draaierig
Vincent ontmoet Odin, een te grote dwerg van Ierse afkomst. Hij heeft gemerkt dat het type vrouw waar hij kans bij maakt en dat niet door zijn uiterlijk afschrikt, juist bij zelfhulpgroepen te vinden is. Het luisterend oor en medeleven dat Odin kan bieden is alles wat er nodig is om hen in bed te krijgen.
Odin en Vincent raken bevriend. De combinatie van de zwartgallige Vincent en de luide, grove Odin levert prachtige situaties en gesprekken op. Verhagen is op zijn best met scherpe zinsneden, rake typeringen en humoristische vergelijkingen. Het lezen van De Jezus Hagedis is af en toe als het binnenlopen van een taalsnoepjeswinkel, waar je bedwelmd raakt door de overdonderende hoeveelheid gekleurde waar. Maar hoe mooi ook, van een hele zaak vol kun je wat draaierig worden. En misselijk.B-film
Gelukkig zit er in het begin genoeg vaart in het verhaal om de boel binnen te houden. Naast Odin en Vincent wordt nog een derde personage aangedragen: Richard de Verschrikkelijke. En dan blijkt dat het talent van Verhagen, schrijven alsof je vlees aan het fileren bent, heel sterk te zijn. Met scherpe halen staat Richard op papier: een slecht man á la Patrick Bateman uit American Psycho, die getrouwd is met de mooie, maar kwebbelzieke Kirsten, wier vader Richards glassserviesonderneming financiert. Nu Kirstens kinderwens zich openbaart, begint Richard te twijfelen aan de waarde van hun goede seks en de financiële ondersteuning.
Richard walgt van het vaderschap, net als dat hij walgt van die dwerg die hij de laatste tijd overal tegenkomt. Odin wordt gedurende het verhaal belaagd door kogelbrieven en bedreigingen, afkomstig van Richard. Als Richards vrouw Kirsten dan ook nog een baby krijgt van Odin, is het gevoel een script van een b-film met cultwaarde te hebben gelezen, te overheersend. De Jezus Hagedis blijft ijzersterk in stijl, maar laat wat de inhoud betreft veel te wensen over.