Een lekker tussendoortje
Het valt niet mee om uit de schaduw van je oudere broer te stappen. Zeker niet als die broer de charismatische frontman is van één van de grootste en vernieuwende rockbands van het afgelopen decennium.
één van de grootste en vernieuwende rockbands van het afgelopen decennium.
Will Butler lijkt in veel opzichten op zijn twee jaar oudere broer Win: diezelfde kenmerkende stem, muzikant in Arcade Fire, de voornaam op twee letters na hetzelfde – zelfs het kapsel is identiek. Maar wie hoopt op een voortzetting van succesalbum Reflektor komt van een koude kermis thuis. Op zijn eerste soloplaat Policy houdt Butler het simpel. Rammelende popsongs met schreeuwende vocalen en een vrijwel kale orkestratie. In nog geen half uur tijd passeren acht liedjes de revue, die voor het merendeel volgens het vertrouwde couplet-refrein-principe zijn geschreven. Geen dubbelzinnige of wereldverbeterende teksten voor Butler, hij zingt over wat hij ziet. In ‘What I Want’, dat in de verte doet denken aan ‘Month of May’, komt dat het beste uit de verf.
Hoewel Butler muzikaal niet onderdoet voor zijn broer – samen met Owen Pallet schreef hij de soundtrack van de film Her – is Policy niet het gedroomde debuut voor de Canadees. Het is een vrolijk rechttoe-rechtaan album, maar daarin schuilt ook gelijk de zwakte. Op ‘Anna’ daargelaten, waar Butler zich als een ware David Byrne manifesteert, beklijft het niet. Maar toch een lekker tussendoortje om de honger naar een volgende album van Arcade Fire te stillen.