Boeken, beats en een bal
Op het midden van het podium staat een DJ. Links een predikstoel. Rechts een woonkameropstelling, inclusief sofa en kamerplant. Dit is de setting voor de Jonge Schrijversavond 2014.
Als de gordijnen van de Stadsschouwburg Amsterdam opengaan is het beeld veelbelovend. De DJ, het fluweel rode pak van presentator Maurice Seleky en het bier op het podium ontnemen elke angst dat hier ‘slechts’ uit boeken voorgelezen gaat worden. Zes jonge Nederlandse schrijvers krijgen hier deze avond letterlijk een podium om hun werk aan het publiek te laten horen.
Toch is de opzet van de avond redelijk simpel. De schrijver komt op onder begeleiding van een muziekje van de DJ, klimt op de predikstoel om voor te lezen en loopt vervolgens naar de sofa voor een kort interview. Op deze wijze passeren schrijvers Jamal Ouariachi, Anne-Marieke Samson, Yuki Kempees, Shira Keller, Mano Bouzamour en Renee Kelder de revue.
Ambtenaar in sneakers
Ook een simpel concept kan soms echter een beetje mis gaan. Tot tweemaal toe leest de schrijver uit een ander werk voor dan waar de presentator vragen over had voorbereid. Gelukkig vonden Ouariachi en Kempees het geen probleem om over te schakelen. Kempees had zelfs speciaal voor deze avond een nieuw verhaal geschreven. Gedurende de avond vegen de jongeren enige illusie dat schrijvers saaie, stoffige mensen zouden zijn zonder pardon van het podium. Samson is een ambtenaar die sneakers onder haar jurk draagt, Kempees een van de vijftig meest begeerde mannen van Nederland en Renee Kelder vertelt over haar verleden als drugsverslaafde.
Het is alweer de zesde editie van deze avond opgezet om jonge schrijvers met hun publiek in contact te brengen en zoals elk jaar zijn de onderwerpen van de romans zeer uiteenlopend. Maar de schrijvers lezen geanimeerd voor en weten stuk voor stuk het publiek met zich mee te krijgen. Het enthousiasme in de zaal vertaalt zich later dan ook in een goede verkoop van de voorgelezen boeken in de foyer. Tijdens het interview dat volgt op de voordracht zijn de schrijvers allen openhartig en mondig. De schrijvers zijn gewend op te treden. Kempees las ook al voor op een technofestival in Duitsland, Kelder stond op Lowlands.
Ook bij Seleky vertellen ze ontspannen over het leven als moderne schrijver. Keller won in 2013 de Academica Literatuurprijs, die haar onder andere tienduizend euro opleverde, maar ‘de bodem is in zicht, dus baantjes zijn welkom’ grapt ze. Samson werkt behalve als schrijver ook voor het Ministerie voor Veiligheid en Justitie. Kelder is nu vier jaar clean en anderhalf jaar gelukkig. Bouzamaour komt deze avond tot de ontdekking dat een vertegenwoordiger in de zaal zit van een uitgever die hem ooit vertelde dat ‘zijn boek niet voor publicatie geschikt was’. Dat meldt hij doodleuk op het podium en zegt ‘dat wilde ik haar nu even betaald zetten’. De hele zaal lacht.
Struikelend enthousiasme
Iets minder soepel liep soms het contact tussen de schrijvers en presentator en tevens initiatiefnemer van de avond, Seleky. Dat hij de boeken goed had gelezen en daarbuiten over een zeer uitgebreide literatuurkennis beschikt staat buiten twijfel. Soms lijkt het echter of hij deze kennis juist te graag naar voren wil brengen. Dit leidt tot vragen die een opsomming zijn van informatie, gevolgd door een ‘klopt dat?’. Op die manier neigen sommige van de toch al korte interviews soms vast te lopen.
Op een enkel moment is het zelfs een beetje ongemakkelijk. Zoals wanneer hij Samson vraagt of haar achtergrond als taalkundige invloed op haar boek heeft gehad. ‘Nou, ik heb wel veel taal in dit boek gebruikt, ja,’ luidt haar kurkdroge antwoord. Pas tegen het eind van de avond lijkt Seleky losser te worden en de interviews na de pauze lopen dan ook een stuk gemakkelijker. Het helpt dat de schrijvers zelf ontspannen en ad rem zijn, waardoor de stuntelige trekjes van Seleky de avond soms juist ook luchtig en grappig maken. Het is voor iedereen duidelijk dat het slechts zijn oprechte enthousiasme is waar hij soms over struikelt.
Remco Campert wint Gouden Schrijfmachine
Dit jaar werd ook voor het eerst De Gouden Schrijfmachine uitgereikt, een ereprijs voor een persoon of organisatie die zich inzet voor ‘nieuwe literatuur’ van jonge schrijvers. De prijs is door de organisatie van de avond zelf in het leven geroepen en werd uitgereikt aan de 85-jarige schrijver Remco Campert. Hij ontving deze omdat hij ‘vanwege zijn bijzondere schrijverschap en prachtige oeuvre inspirationeel is geweest voor vele generaties schrijvers, dichters en lezers.’
De daaropvolgende ontroerende ode aan Campert van schrijver en cabaretier Johan Fretz doet niet onder voor alles wat daarvoor te horen was. Hij bewondert Campert om zijn bescheidenheid en observerende houding in het leven. ‘Wie wil er niet zo verdwijnen als Campert?’ zegt Fretz. Campert zelf had ook nog nuchter advies voor toekomstige jonge schrijvers klaarliggen: ‘als het schrijven niet lukt, dan moet je gewoon maar even aan iets anders denken.’
Na dit gedoe ga ik naar huis
De prijsuitreiking sloot het officiële gedeelte van de avond af. Maar beneden ging het evenement over in het Jonge Schrijversbal. Muziek, live geschreven gedichten over de bezoekers op een scherm en natuurlijk bier. Op de vraag of Campert ook nog even komt kijken beneden: ‘Het bal? Nee mijn botten zijn te stijf om nog te dansen. Na dit gedoe ga ik gewoon weer naar huis.’