Boeken / Fictie

Kaspar en de draak

recensie: Annemarie Estor & Lies Van Gasse - Het boek Hauser

.

Kaspar Hauser is een historisch persoon. Een intrigerende jongeling, die maar een paar zinnen Duits sprak toen men hem in 1828 te Neurenberg vond, zoals ‘ik wil een ruiter zijn, zoals mijn vader was’.

Een raadsel van zijn tijd
De stad ontfermde zich over hem, men speculeerde over de adellijke achtergrond van de tienjarige jongen. Een goed deel van zijn kindertijd zou hij in een cel met twee kleine raampjes hebben doorgebracht, wat zijn mentale achterstand verklaarde. Zijn mentale staat intrigeerde de geleerden, die hem onderzochten en leerden spreken. Heel Europa trok naar Neurenberg om hem te zien. Hij stierf een onnatuurlijke dood, nooit is zijn verhaal opgehelderd. In het Latijn staat het mysterie van Hauser bondig op zijn grafsteen:

Hier ligt
Kaspar Hauser,
Een raadsel van zijn tijd,
zijn geboorte onbekend,
zijn dood duister.
1833

Het boek Hauser
Het boek Hauser is een beeldrijke, dichterlijke schaduwboksdans rondom Kaspar Hauser, al zijn de gedichten en afbeeldingen losgezongen van de historische context. ‘Luister! De auto’s, de snelweg: ze braken geluiden / die oren verscheuren. Ze vormen een vluchtweg uit het bekende.’ Verderop vind je een tekening van de aartsengel Michaël, die gemodelleerd lijkt naar de Antwerpse dichter en literair organisator Michaël Vandebril, die ook als vertaler van een van de verfilmde gedichten bij het project betrokken is.

De vlucht voor het bekende, evenals de strijd die tegen de daaruit voortkomende bedreiging, zijn belangrijke thema’s in Het boek Hauser. De recursief gebruikte metaforen zijn die van Joris en (dat zal niet verbazen) aartsengel Michaël en hun draken. Zo is Hauser in een koortsdroom bij hun strijd aanwezig en wordt hij ternauwernood door de aartsengel gered, en natuurlijk wordt Kaspar Hauser door een eigen duivel bedreigd.

Vader
In het eerste van de vier delen is die nog onbekend. Vanuit het perspectief van Kaspar leer je van zijn vlucht en dat hij ernstig ziek wordt. In het tweede deel blijkt hij opgenomen te zijn in een hospitaal, de verteller zuster Ans zorgt voor hem. Hij geneest langzaam en ontvangt de eerste paar brieven van zijn vader. Hauser is dodelijk verschrikt en samen met een van hem bevangen Ans vlucht slaat hij op de vlucht. Ans wil niets liever, als een Moeder Theresa heeft zij zich over hem ontfermd. ‘Ik moet zeggen dat zijn spel mij wat bevreemdt. / Waar is hij die ik verzorgen kon?’ Niet alleen is ze een naïef vogeltje, maar ook weerloos voor zijn grillen:

En waar verscheen de wilde ten tonele

die de grond gaat scheiden met zijn handen
die zijn paard de dood in draait
en die mij scheurt en schaakt […]

in het felste van de nacht neemt hij mijn benen vast,
hij spreidt ze en zet zijn benen in. Meteen bezwijk ik,
nee, voor deze wilde ben ik geen partij

Wint Hauser van de draak?
Ans is dan ook niet meer een voertuig voor Hauser om de tijd goed door te komen, als bezwering van de angst voor zijn naderende vader, die waar ze ook naartoe vluchten, hen met brieven weet te benaderen. Na in Italië in de bergen te hebben geschuild, nemen Ans en Hauser de wijk naar Lissabon, waar het in het derde deel tot een duel tussen Hauser en zijn vader komt. Hauser sterft, belandt in het laatste deel in het hiernamaals, waar hij opnieuw de strijd met zijn vader aan moet – wie een probleem niet aanpakt, wordt erdoor verslonden.

In het rijkelijk met beeldend werk voorziene Het boek Hauser mag u zelf ontdekken of Hauser zijn draak verslaat. Het lezen ervan is een plezier, voor wie zich niet aan een paar makken stoort. Het ouderwetse vrouwbeeld is daar een van, maar evengoed de simplistische of ontbrekende uitleg die gegeven wordt voor onverklaarbare zaken: hoe de brieven steeds hun geadresseerde vinden, blijft onopgehelderd. Ook kan een enkele sleetse zin (zoals ‘voor deze wilde ben ik geen partij’) u van uw positieve gemoed werpen, net als het metrum, dat soms een gesel is voor de zinsbouw. Het ligt er wellicht aan wat uw draken zijn.