Film / Achtergrond
special: De controverse rondom Intouchables

Racisme? Het gaat om verbondenheid

.

~

Driss (Omar Sy) steelt al in zijn eerste scène een gouden ei uit het huis van de rijke, tot aan zijn nek verlamde, Philippe (François Cluzet). Hij weet het verschil niet tussen shampoo en voetencrème, houdt van soulmuziek en kan er als enige goed op dansen. Hebben we alle clichés over zwarte mannen gehad? Ja. Schrijft Variety. Racisme. Van het ergste soort.

Is dat werkelijk racisme? Is het niet een stereotype? Zoals gehandicapte mannen in films altijd zo zuur en verbitterd zijn (denk aan Al Pacino in Scent of a Woman). En rijke aristocraten van klassiek houden en kunst verzamelen (bijvoorbeeld in Ripley’s Game)?

Is Amerika niet juist het land waar de zwarte acteur altijd als eerste moet sterven in films? En is de geldende moraal niet dat zwarten alleen voor zichzelf kunnen opkomen als ze hulp krijgen van blanken, zoals in The Help (2011)?

Stereotypen als wapen


Misschien focussen de Amerikanen te veel op de verschillen. Juist in het simpele verhaal van Intouchables worden deze stereotypen ingezet om de achtergrond te verklaren van de hoofdpersonages. Het verhaal gaat over de rijke maar eenzame Philippe, die na het verlies van zijn vrouw gewoon weer het leven wil ervaren. En juist Driss, die uit een achterstandsbuurt van Parijs komt en net een gevangenisstraf heeft uitgezeten, geeft hem dat gevoel weer terug. Door samen een joint te roken, in een dure sportwagen te rijden, of Philippe te helpen een afspraak te krijgen met een vrouw.

Je hoeft geen filmwetenschappen te hebben gestudeerd om te zien dat Driss en Phillip in alles twee uitersten zijn. Phillip is rijk en verlamd, Driss arm maar sterk en atletisch. Daar in het midden vinden ze elkaar in vriendschap en humor, in empathie en broederschap. Vertederend. Oppervlakkig is het verhaal zeker, maar het werkt treffend en op je lachspieren. Omar Sy steelt de show, François Cluzet’s lach is niet te negeren.

Universele boodschap


~

Het is de boodschap die we al op de basisschool ingeprent kregen: geel, groen of zwart, iedereen is gelijk. Juist Frankrijk, waar 20 miljoen mensen deze film bezochten, heeft blijkbaar dit universele verhaal nodig na de rellen in de banlieues in 2005. Misschien heeft heel Europa deze boodschap van verbondenheid, vriendschap en harmonie wel nodig.

Het cynisme op televisie over de Europese Unie, de Nederlandse bezuinigingen en de hebzucht van banken laat alleen maar de duistere kant zien van de mensheid. Het enige dat Hollywood ons sinds 11 september voorschotelt, zijn comicverfilmingen over conflicten tussen goed en kwaad.

En dan is daar opeens die feel-goodfilm Intouchables. Een verademing. Een film die niet racistisch is maar een beeld schetst van een minderheid die boven zichzelf uitstijgt en overwint. Het gaat over vriendschap en gelijkheid en het laat zien dat in een land als Frankrijk de Fransen niet meer zonder de buitenlanders kunnen. Ze zijn de handen, voeten en benen geworden van de gewone Franse man. Ze gaan niet meer weg. Ze zijn vervlochten met elkaar. Zoals ook webmagazine Slate zegt. 

Intouchables gaat over tolerantie in een multiculturele samenleving. Dat is naïef. Maar ook hartverwarmend. Zoals de New York Times schrijft in haar recensie: de film roept cynisme op maar is ook warm, vertederend en niet te negeren. 

Sinds eind september 2012 is Intouchables op dvd verkrijgbaar.