Benauwend samenzijn
We kijken in een groenbruine huiskamer; een tafel recht voor ons, een bank daarnaast, boven twee bedden, links en rechts. Het decor is rond en vult het toneel geheel. Aan tafel zit een vrouw met rood haar en een lang gezicht. Op de bank zien we een man – een grijs, glurend vogeltje. Vanaf dat moment hebben we te luisteren, heel veel dialogen te beluisteren. Een bruid in de morgen is een tragikomedie over het gezin Pattini, waarvan de leden zich zo ongezond op elkaar richten dat het wel noodlottig met hen moet aflopen. Alsof de Pattini’s in een dikke, groene drab aan de kamervloer vastzitten en elkaar daar steeds dieper in meetrekken.
Verdwenen heftigheid
Met Een bruid in de morgen debuteerde Hugo Claus in 1953 als toneelschrijver. Het stuk mocht in België niet worden vertoond vanwege de incestscènes, hoe discreet die ook werden vertoond. Vandaag maakt Een bruid in de morgen echter weinig emoties meer los, en niet alleen omdat we niet meer schrikken van zulke beelden. Pauline Greidanus en Vincent Linthorst als zus Andrea en broer Thomas beschikken (nog) niet over het juiste inlevings- en uitdrukkingsvermogen. Linthorst presteert het om bij vlagen zijn dialect te laten doorschemeren, en Greidanus spreekt haar tekst snel en niet genoeg ingeleefd. Een woord als “zwijg” klinkt daardoor eerder vreemd dan kort en venijnig. Zo zien wij niet hoe de jonge, wilde Andrea lijdt, en is het niet in te voelen dat het met haar slecht afloopt.
Regie
Enkele regie-ingrepen ondersteunen het spel solide. Zo is er nooit iemand alleen in huis; altijd ligt, staat of zit er wel een ander gezinslid ergens in de buurt. Niet dat ze iets doen, iets lezen of iets te eten maken. Ze hangen rond, en geven daarmee de benauwde sfeer in het huis sterk weer. Alleen nicht Hilda is soms bezig. Die trakteert op flessen wijn om haar komst te vieren, zet als enige koffie en smeert af en toe een boterham. Als ze de radio aanzet die ze als cadeau voor Thomas meebrengt, horen we Radiohead. Interessant, want de muziek verplaatst onze focus en de gedragspatronen van de Pattini’s naar het heden. Alsof dit gedrag boven de tijd staat.Taal
Claus’ taal is heerlijk, vooral uit de mond van de moeder. Aangezet door haat horen we de meest beledigende, laaghartige opmerkingen. De moeder spreekt over haar zuster als iemand die “bloedarmoedig aan stukken valt” en vergelijkt haar gezinsleden met lage beesten die “uit het slijm wegkruipen”. Maar beesten kunnen ook lief zijn. Thomas noemt Andrea “een aapje met van die zwarte kraaloogjes”, Andrea Thomas “een razend hert”. Niets dierlijks is ons vreemd, lijkt Claus hiermee te zeggen.
Verwerpelijk
Een bruid in de morgen laat overtuigend zien dat mensen elkaar tegelijk kunnen liefhebben en haten. Voor drie van de Pattini’ s is dit kennelijk een toestand waarmee te leven valt. Als in deze opvoering de jongelingen, en dan vooral Andrea, sterker waren geweest, hadden we echter ook het verwerpelijke van zo’ n levenshouding kunnen zien. Nu dooft het stuk als een kaars, en dat heeft de sterke tekst niet verdiend.
Een bruid in de morgen is nog tot en met 14 januari 2006 te zien. Een uitgebreide speellijst vind je hier.