Tag Archief van: 8WEEKLY

Boeken / Fictie

Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes

recensie: Naomi Alderman - De macht

In De macht presenteert Alderman een alternatieve geschiedenis. De machtsverhouding tussen man en vrouw wordt op een extreme manier omgedraaid. Een interessant experiment dat je niet zomaar loslaat.

Op de ‘Dag van de Meisjes’ ontdekken vijftienjarige meisjes overal ter wereld dat ze een zogenaamde ‘wrong’ bezitten. Met deze klier op hun sleutelbeen kunnen ze elektrische schokken uit hun hand opwekken. Als ze oudere vrouwen een schok geven, kunnen ze de kracht ook bij hen activeren.

In eerste instantie pakt dit heel goed uit voor vrouwen. Als ze op straat door een man worden aangevallen, dan slaan ze meteen terug. Vrouwen hoeven niet meer bang te zijn voor mannen – ze doen nu fysiek niet langer voor hen onder. Overal ter wereld worden mensen bang voor de meisjes. Ouders willen niet dat hun zoon ’s avonds alleen over straat loopt. Jongens verkleden zich als meisje om stoerder over te komen. Kortom: er vindt een omkering plaats in de hiërarchie tussen man en vrouw.

Niet iedereen is een vriendelijke machthebber

In De macht volgen we vijf mensen in deze nieuwe wereld. Het Amerikaanse meisje Allie – slachtoffer van sadistische pleegouders – vermoordt haar pleegvader en komt in een klooster terecht. Hier ontpopt ze zich tot geestelijk leider Moeder Eva, die een vrouwelijke lezing van de Bijbel propageert. In deze religieuze beweging is de Britse Roxy, die een extreem sterke vorm heeft van de kracht, haar rechterhand. Tunde (de enige mannelijke protagonist) is in Afrika een van de eersten die de kracht als journalist vastlegt. In Amerika volgen we ook Margot en haar dochter Jocelyn. Margot is burgemeester maar weet zich dankzij de kracht op te werken tot senator.

In het begin lijkt de kracht een leuke gimmick. Als (vrouwelijke) lezer denk je dan ook: ‘Ha, eindelijk gerechtigheid.’ In het begin worden de meisjes enorm onderschat. ‘Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes’, is de teneur. Maar naarmate het boek vordert, wordt de wereld steeds grimmiger. Het boek druist hiermee in tegen het idee dat vrouwen aan de macht gelijkstaat aan meer vriendelijkheid, meer mededogen en empathie. Niet iedereen gaat goed om met macht, ongeacht of je man of vrouw bent. In de roman ontwikkelen sommige vrouwen een voorkeur voor het misbruiken van mannen, en de bewegingsvrijheid van mannen wordt steeds meer beperkt. Conclusie: ook een vrouw in een machtspositie kan een psychopaat zijn.

Een alternatieve werkelijkheid

Op de titelpagina staat een anagram van de auteur: Neil Adam Armon. Het boek begint en eindigt met een briefwisseling tussen Naomi en haar alter ego Neil, waarin ze discussiëren over dit boek. Het verhaal wordt op diezelfde titelpagina getypeerd als een historische roman – hiermee samenhangend staan er archeologische vondsten over het ontstaan van de mysterieuze kracht verspreid door de roman. Door te kiezen voor een pseudoniem en door het boek als non-fictie te presenteren, creëert Alderman een alternatieve werkelijkheid. Dit geeft het verhaal een heel krachtige en stellige vibe, wat extra wordt ondersteund door het actieve taalgebruik in de roman.

Dit boek dwingt je om kritisch naar onze maatschappij te kijken. Precies dit is wat het boek zo opwindend maakt. Als er bijvoorbeeld weer een discussie oplaait over een vrouwenquotum in de bedrijfstop, dan helpt dit boek ons te realiseren dat een vrouw aan de macht niet per se beter is dan een man. Het is goed om de macht te verdelen over de seksen, maar we moeten af van het idee dat de een beter is dan de ander.

Feministische traditie

De macht wordt vaak vergeleken met The handmaid’s tale van Margaret Atwood. Alderman noemt Atwood in haar dankwoord, waarmee ze zichzelf ook in die traditie plaatst. Waar The handmaid’s tale echter een extreme uitvergroting is van het patriarchaat, is De macht een omkering. Een dergelijke omkering werkt in eerste instantie bevreemdend. Vrouwen die mannen misbruiken en de macht grijpen door middel van fysieke overheersing, dat lijkt tegennatuurlijk. Maar is het omgekeerde dan wel natuurlijk? Door dit soort vragen op te roepen draagt Alderman bij aan een feministisch discussie, wat het boek uiterst relevant maakt.

De macht is een geweldig gedachte-experiment en een zeer leesbare roman. Het is geen afgerond verhaal, maar eerder een trein die doordendert en steeds sneller richting de afgrond raast. Het bevat niet de rust en de fantastische schrijfstijl van Atwood, al kan dat ook aan de vertaling liggen. Maar al met al is dit een echte must-read voor elke vrouw én man.

Boeken / Fictie

Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes

recensie: Naomi Alderman - De macht

In De macht presenteert Alderman een alternatieve geschiedenis. De machtsverhouding tussen man en vrouw wordt op een extreme manier omgedraaid. Een interessant experiment dat je niet zomaar loslaat.

Op de ‘Dag van de Meisjes’ ontdekken vijftienjarige meisjes overal ter wereld dat ze een zogenaamde ‘wrong’ bezitten. Met deze klier op hun sleutelbeen kunnen ze elektrische schokken uit hun hand opwekken. Als ze oudere vrouwen een schok geven, kunnen ze de kracht ook bij hen activeren.

In eerste instantie pakt dit heel goed uit voor vrouwen. Als ze op straat door een man worden aangevallen, dan slaan ze meteen terug. Vrouwen hoeven niet meer bang te zijn voor mannen – ze doen nu fysiek niet langer voor hen onder. Overal ter wereld worden mensen bang voor de meisjes. Ouders willen niet dat hun zoon ’s avonds alleen over straat loopt. Jongens verkleden zich als meisje om stoerder over te komen. Kortom: er vindt een omkering plaats in de hiërarchie tussen man en vrouw.

Niet iedereen is een vriendelijke machthebber

In De macht volgen we vijf mensen in deze nieuwe wereld. Het Amerikaanse meisje Allie – slachtoffer van sadistische pleegouders – vermoordt haar pleegvader en komt in een klooster terecht. Hier ontpopt ze zich tot geestelijk leider Moeder Eva, die een vrouwelijke lezing van de Bijbel propageert. In deze religieuze beweging is de Britse Roxy, die een extreem sterke vorm heeft van de kracht, haar rechterhand. Tunde (de enige mannelijke protagonist) is in Afrika een van de eersten die de kracht als journalist vastlegt. In Amerika volgen we ook Margot en haar dochter Jocelyn. Margot is burgemeester maar weet zich dankzij de kracht op te werken tot senator.

In het begin lijkt de kracht een leuke gimmick. Als (vrouwelijke) lezer denk je dan ook: ‘Ha, eindelijk gerechtigheid.’ In het begin worden de meisjes enorm onderschat. ‘Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes’, is de teneur. Maar naarmate het boek vordert, wordt de wereld steeds grimmiger. Het boek druist hiermee in tegen het idee dat vrouwen aan de macht gelijkstaat aan meer vriendelijkheid, meer mededogen en empathie. Niet iedereen gaat goed om met macht, ongeacht of je man of vrouw bent. In de roman ontwikkelen sommige vrouwen een voorkeur voor het misbruiken van mannen, en de bewegingsvrijheid van mannen wordt steeds meer beperkt. Conclusie: ook een vrouw in een machtspositie kan een psychopaat zijn.

Een alternatieve werkelijkheid

Op de titelpagina staat een anagram van de auteur: Neil Adam Armon. Het boek begint en eindigt met een briefwisseling tussen Naomi en haar alter ego Neil, waarin ze discussiëren over dit boek. Het verhaal wordt op diezelfde titelpagina getypeerd als een historische roman – hiermee samenhangend staan er archeologische vondsten over het ontstaan van de mysterieuze kracht verspreid door de roman. Door te kiezen voor een pseudoniem en door het boek als non-fictie te presenteren, creëert Alderman een alternatieve werkelijkheid. Dit geeft het verhaal een heel krachtige en stellige vibe, wat extra wordt ondersteund door het actieve taalgebruik in de roman.

Dit boek dwingt je om kritisch naar onze maatschappij te kijken. Precies dit is wat het boek zo opwindend maakt. Als er bijvoorbeeld weer een discussie oplaait over een vrouwenquotum in de bedrijfstop, dan helpt dit boek ons te realiseren dat een vrouw aan de macht niet per se beter is dan een man. Het is goed om de macht te verdelen over de seksen, maar we moeten af van het idee dat de een beter is dan de ander.

Feministische traditie

De macht wordt vaak vergeleken met The handmaid’s tale van Margaret Atwood. Alderman noemt Atwood in haar dankwoord, waarmee ze zichzelf ook in die traditie plaatst. Waar The handmaid’s tale echter een extreme uitvergroting is van het patriarchaat, is De macht een omkering. Een dergelijke omkering werkt in eerste instantie bevreemdend. Vrouwen die mannen misbruiken en de macht grijpen door middel van fysieke overheersing, dat lijkt tegennatuurlijk. Maar is het omgekeerde dan wel natuurlijk? Door dit soort vragen op te roepen draagt Alderman bij aan een feministisch discussie, wat het boek uiterst relevant maakt.

De macht is een geweldig gedachte-experiment en een zeer leesbare roman. Het is geen afgerond verhaal, maar eerder een trein die doordendert en steeds sneller richting de afgrond raast. Het bevat niet de rust en de fantastische schrijfstijl van Atwood, al kan dat ook aan de vertaling liggen. Maar al met al is dit een echte must-read voor elke vrouw én man.

8WEEKLY

Vacature Chef Boeken

Artikel:

Chef Boeken (vrijwillig)


8WEEKLY is een van de grootste digitale cultuurmagazines met gemiddeld 15.000 bezoekers per maand. Een team van enthousiaste redacteuren schrijft artikelen en recensies over muziek, kunst, boeken, film en theater. Wij zijn op zoek naar een Chef Boeken! Heb jij een passie voor taal en boeken? Ben jij een verbinder? En wil je mensen graag begeleiden in hun ontwikkeling als redacteur? Dan zoeken we jou!

Wat ga je doen?

  • Als Chef Boeken ben je verantwoordelijk voor het aansturen van je redactie. Je ontvangt van je redacteuren recensies en artikelen die geredigeerd moeten worden en die verdeel je over je team.
  • Je onderhoudt contact met uitgeverijen en doet boekaanvragen
  • Je post de recensies van de boekenredactie op Instagram en Facebook
  • Je denkt na over nieuwe initiatieven om 8WEEKLY onder de aandacht te brengen van een breed publiek, bijvoorbeeld door in samenwerking met je redactie interviews af te nemen met auteurs.
  • Je redigeert eventueel ook zelf en let daarbij op taal, spelling, structuur en zinsopbouw en dat artikelen goed leesbaar zijn voor een algemeen publiek.
  • Vind je het zelf ook leuk om te schrijven? Dan is het natuurlijk mogelijk om zelf recensies en artikelen te schrijven over boeken. De boeken die je recenseert voor 8WEEKLY worden gratis naar jouw huis opgestuurd.

Wat vragen we?

  • Je hebt een goede beheersing van de Nederlandse taal
  • Een achtergrond in literatuurwetenschappen, cultuurwetenschappen, journalistiek of Nederlandse taal en cultuur is een pre
  • Je hebt oog voor detail en kan goed structuur aanbrengen in teksten
  • Je bent initiatiefrijk is en vindt het leuk om te werken in een team
  • Je bent leergierig en vindt het leuk om anderen te helpen met het ontwikkelen van redactionele vaardigheden

Wat bieden we?

8WEEKLY werkt uitsluitend met vrijwilligers, dus er is geen vergoeding verbonden aan de werkzaamheden. Iedereen, ook het bestuur, werkt vrijwillig. Redacteuren schrijven en redigeren voor 8WEEKLY om hun passie voor cultuur te delen. We bieden je een platform om op te publiceren met redactionele begeleiding en je krijgt boeken die je recenseert voor 8WEEKLY gratis thuisgestuurd. Het is dus de ideale plek om je schrijfvaardigheden en redactionele kwaliteiten te ontwikkelen! Daarnaast leg je contacten binnen de culturele sector en werk je in een enthousiast team van redacteuren. Er is binnen 8WEEKLY ook veel ruimte voor eigen inbreng en initiatief, dus je krijgt alle vrijheid om jezelf te ontwikkelen op de punten waarop je wil groeien.

Hebben we je interesse gewekt?

Stuur dan je cv en (korte) motivatie naar redactie@8weekly.nl ter attentie van de hoofdredactie, met vermelding van ‘Vacature Chef Boeken’.

Theater / Reportage
special: Tweetakt 2018

Tweetakt: de enige goede reden om niet op een terrasje te zitten.

Na maanden Hollandse kou is de lente eindelijk begonnen. De terrasjes zitten vol, de zomerse jurkjes en shirtjes zijn terug, er wordt weer wat meer gelachen op straat. ‘Hè fijn, dit had ik even nodig,’ hoor ik een dame tegen haar vriendin zeggen. Je zou wel gek zijn als je met dit mooie weer een weekend lang het theater induikt, en toch zat ook de schouwburg vol. Tweetakt is in de stad, en is het enige excuus om niet in de zon te zitten. Twee dagen en een flinke portie jeugdtheater later bekroop me hetzelfde gevoel: fijn, dit had ik even nodig.

Theater Artemis – De onzichtbare man (4+)

Foto: Kurt Van der Elst

Want wat een eigenzinnige voorstellingen waren daar te zien, in het eerste Tweetakt-weekend. En wat een opluchting om weer eens in een zaal te zitten met kinderen die voluit reageren op een toneelstuk. De onzichtbare man, de nieuwste productie van Theater Artemis en regisseur Jetse Batelaan, speelt met de illusie van theater, en het geloven in die illusie. De titel zegt eigenlijk al genoeg: we maken kennis met theatertechnicus Johan (René van ’t Hof) en Rob, een acteur die door Johan wel gezien wordt, maar door ons niet. Om het allemaal nog ingewikkelder te maken, ziet Rob het publiek wel, maar Johan en acteurs Nimüe en Marijn blijven een lege zaal zien. Rob – ‘zittend’ bij de piano, aangegeven door een volgspot – vertelt ons wat we moeten doen om weer zichtbaar te worden. Er ontstaat een steeds complexer wordend spel tussen zichtbaar zijn en onzichtbaar zijn, waarin alles en iedereen wel ergens de dupe wordt: Johan, Nimüe, Marijn, een aantal spoken die het toneel betreden, en zelfs een zakje chips waar we alleen het gekraak van horen. Dat zakje wordt gehaald door een jongetje uit het publiek, die op verzoek van Rob schuchter het podium opkomt en de coulisse in wordt gestuurd. Ergens weten hij en de andere kinderen dat het allemaal nep is, en toch wordt er enthousiast gekletst met Johan en Rob. En dan betrap ik mezelf er ook op: ik zie geen volgspot bij de piano, maar stel me er een personage bij voor. De magie van theater in een notendop.

Ultima Vez & Seppe Baeyens – INVITED (10+)

Foto: Danny Willems

Seppe Baeyens doet met zijn voorstelling INVITED in principe hetzelfde als wat Jetse Batelaan met De Onzichtbare Man (en later met Voorstelling waarin hopelijk niets gebeurt) doet. Beide regisseurs grijpen terug naar de kern van wat theater kan betekenen. De Onzichtbare Man gaat over de ‘suspension of disbelief’ waar we in een voorstelling voor vallen. INVITED gaat nadrukkelijk over het publiek, en hoe dat publiek zich door theater even met elkaar verbonden kan voelen. We bevinden ons op het podium van de Douwe Egberts Zaal, en worden uitgenodigd om op een grote slang te zitten. De doorgewinterde theaterbezoeker voelt de bui al hangen: met die slang gaat iets gebeuren. Maar niet voordat de zaal donker wordt, en er een koorzang wordt ingezet. ‘Zijn mijn buren oprecht aan het meezingen, of horen ze bij de voorstelling?’ vraag ik me af. ‘En als ze zelf meezingen, mag ik dan ook?’ De koorzang laat het publiek voorzichtig deelnemen aan een groepsactiviteit, zonder dat ze door anderen gezien worden. Dan gaat het licht aan, en tillen we samen de slang op. Als we eenmaal de slang neerleggen, staan we in een kring en zien we hoe de performers – een groep met verschillende genders en etnische achtergronden, jong en minder jong, met of zonder verstandelijke beperking – één voor één mensen bij de hand nemen. Om ze te verplaatsen, maar uiteindelijk ook om met ze te dansen, te knuffelen of te rennen.

Ook ik ontsnap niet aan de dans en voor ik het weet ren ik fanatiek rondjes rond de zaal. Het duurt even voor ik doorkrijg dat INVITED net iets verder gaat dan gecontroleerde publieksparticipatie: uiteindelijk kunnen we ook zelf bepalen wat we in de cirkel doen. Dat vereist een strakke dramaturgie en performers die ondanks alle vrijheid de touwtjes in handen kunnen houden. En dat kan deze groep: met niet meer dan wat kleine handgebaren houden ze de performance op de rails. Een indrukwekkende prestatie van deze groep en van Baeyens, die het theater effectief aanwenden om een gevoel van saamhorigheid te smeden. INVITED is zo’n voorstelling waar je jezelf na afloop weer even op de aarde voor moet zetten. Je hebt iets beleefd dat je alleen in een theaterzaal kan beleven, en weer vervlogen is als je de zaal uitloopt.

Theater Artemis – Voorstelling waarin hopelijk niets gebeurt (8+)

Foto: Joep Lennarts

De zondag begint opnieuw met een voorstelling van Batelaan. Voorstelling waarin hopelijk niets gebeurt is een bekende titel – het origineel dateert uit 2005 – en richt zich op een andere basispremisse van theater: er moet iets zijn om naar te kijken. Net als De onzichtbare man zien we hier een fictief toneelstuk dat op het punt staat te beginnen, maar nooit begint. De acteur (René Geerlings) wordt namelijk van het podium geweerd door een beveiliger (Martin Hofstra), en moet verschillende trucjes verzinnen om toch zijn voorstelling aan te vangen. Eenmaal op het podium blijkt er een probleem te zijn met het ‘volgende moment’ (gespeeld door Hofstra): alleen het ‘vorige moment’ is beschikbaar, en zonder volgend moment geen voorstelling. Voor het jonge publiek om mij heen is deze voorstelling waarin niets en toch heel veel gebeurt, geen onverdeeld succes. Het jongetje achter mij kan niet wachten tot het voorbij is, terwijl de kinderen naast mij gefascineerd zitten te kijken. Best knap, hoe Batelaan een redelijk abstract en absurdistisch gegeven zo kan vertalen, dat het werkt als jeugdtheatervoorstelling. De voorstelling waarin niks gebeurt is natuurlijk een voorstelling waarin uiteindelijk heel veel gebeurt: van een schildpad aan een touwtje die maar niet op lijkt te komen, tot een herhalende speurtocht naar ‘het volgende moment’, tot een heuse processie van ‘momenten’ over het podium.

Abattoir Fermé & herpaleis – Bangerik (6+)

Foto: Kurt Van der Elst

Abattoir Fermé is met haar rauwe, groezelige esthetiek niet het meest voor de hand liggende gezelschap om een jeugdtheatervoorstelling te maken. Door horror als uitgangspunt te nemen, is er desondanks een interessante voorstelling ontstaan die trouw blijft aan de signatuur van het gezelschap. In Bangerik zien we hoe het gelijknamige hoofdpersonage omgaat met zijn angst voor de buitenwereld. Die buitenwereld is een grote horrorshow met griezelige varianten van volwassen figuren: een langbenige reuzenvader, twee hekserige tantes, een ‘rioolmeermin’ die zo uit het badputje getrokken wordt, en drie popachtige horrornonnen. En dan is er Annabellee, de love interest die er niet griezelig uitziet, maar toch het engst van allemaal is. De showsteler is Chiel van Berkel, die in de rol van Nonkel Vlees een muzikale waslijst van verschillende, onuitspreekbare, fobieën opsomt. Bangerik blijft vooral visueel een indrukwekkende voorstelling, maar wil niet echt landen. Een lange tijd bleef het me onduidelijk waar de voorstelling precies heen beweegt, waar de uitvergrote personages voor staan, en wat nu precies het grotere verhaal is dat verteld wordt. Zo blijft Bangerik meer een ritje door een spannend spookhuis, dan een helder verhaal.

Studio Orka – Inuk (7+)

Foto: Phile Deprez

Voor de laatste voorstelling van mijn Tweetaktavontuur verlaat ik de Stadsschouwburg en reis ik af naar Plan Einstein, een asielzoekerscentrum waar asielzoekers samenwonen- en werken met uit huis geplaatste jongeren. Studio Orka maakte hier de voorstelling Inuk, wat in de taal van de Inuits ‘echte mens’ betekent. We betreden een vervallen hotellobby, waar Carl, de eigenaar van het hotel, zit te schilderen en klusjesman Ivan met zijn charme en grapjes het publiek opwarmt. Even denk ik een nogal flauwe voorstelling te gaan zien, met karikaturale personages die weinig te maken hebben met de harde realiteit waar de kinderen van Plan Einstein mee te maken hebben. Al snel blijkt dat Inuk veel complexer en gelaagder is dan ik in de eerste minuten vermoedde. Carl en Ivan krijgen twee bezoekers te gast die beiden schuilen voor de storm. Het hotel is, net als het asielzoekerscentrum, een tijdelijke schuilplek. Als blijkt hoezeer de vier personages ontheemd zijn en verlangen naar een thuis, begint de voorstelling te schuren. Het pubermeisje Nina vertelt hoe ze van instituut naar instituut gaat, en niet meer bij haar moeder kan wonen. Als blijkt dat ook de hoteleigenaar haar niet wil hebben, en in de stromende regen buiten wil zetten, zet ze een dans in die zowel woede als hopeloosheid uitstraalt. Het komt binnen bij het publiek, die voor een deel uit de bewoners van het centrum bestaat. Naast me zitten twee jongetjes in een mij vreemde taal druk met elkaar te lachen en te gebaren over wat ze voor zich zagen gebeuren. Achter mij zie ik een groep meisjes gefascineerd kijken en filmpjes maken van de voorstelling. Echt ‘not done’, aldus een groep verontwaardigde theaterstudenten op weg naar huis. Het maakte me duidelijk dat er twee soorten toeschouwers in de zaal zat: de geoefende kijker die de ongeschreven regels van het theater kent, en kinderen voor wie theater nog een nieuwe ervaring is. De kinderen deden me denken aan de jongens en meisjes die de vorige dag nog met de onzichtbare man aan het kletsen waren. Leuker publiek kun je je eigenlijk niet wensen.

Boeken / Fictie

De wereld in scherven

recensie: Robert Musil - De man zonder eigenschappen

Een hoogtepunt in de wereldliteratuur: Robert Musils De man zonder eigenschappen, een vuistdik verslag van de ondergang van een keizerrijk en een vooroorlogse wereld. Nu opnieuw uitgegeven bij Meulenhoff.

Robert Musil had zijn tijd nodig: de laatste twintig jaar van zijn leven werkte hij aan De man zonder eigenschappen, schreef hij ruim dertienhonderd pagina’s vol en nog was de roman niet klaar. Tegen de tijd van zijn overlijden, in 1942, leefde Musil in armoede en was hij relatief onbekend. Wat een verschil met tegenwoordig: nu staat hij bekend als de auteur van misschien wel de beste roman over de ondergang van het Oostenrijks-Hongaarse rijk tijdens de Eerste Wereldoorlog.

Monomane schrijver

Musil heeft stevige concurrentie voor die titel, van onder meer Joseph Roths Radetzkymars, Stefan Zweigs De wereld van gisteren vanuit het Duitstalige deel van het oude keizerrijk, en Sándor Márais Gloed en Miklós Bánffy’s Transsylvanische trilogie vanuit het Hongaarse smaldeel. Musil is van deze auteurs ongetwijfeld de meest monomane. Zowel uit het schrijfproces als uit de roman zelf blijkt hij zich helemaal in de materie te hebben vastgebeten en dan vooral in de ideeën en de leefwereld van intellectuele mannen in de keizerlijke hoofdstad Wenen.

In de zomer van 1913 besluit Ulrich, de man zonder eigenschappen, zijn leven om te gooien. Hij neemt zitting in het comité dat het zeventigjarige jubileum van keizer Frans Jozef, in 1918, moet voorbereiden – een jubileum dat de keizer ook zonder de Eerste Wereldoorlog niet zou bereiken: hij overleed in 1916. Om Ulrich heen heeft Musil een grote verzameling aan opvallende personages geschapen, bijvoorbeeld de steenrijke en excentrieke magnaat Paul Arnheim. Daarnaast komt ook een keur aan echte figuren voorbij, zoals denkers, wetenschappers en filosofen.

Simpele vraag, ingewikkeld antwoord

Toch doet de plot er niet zozeer toe in De man zonder eigenschappen. Het is voornamelijk een roman vol ideeën, een filosofische roman. Hoewel er personages in voorkomen uit alle lagen van de bevolking, die het verhaal levendigheid geven, gaat het vooral om de discussies, de theorieën, de gesprekken. Wat is het leven? Dat is in feite de vraag waarop alles is terug te voeren.

Een simpele vraag, maar een ongelooflijk ingewikkeld antwoord. Of misschien is er niet eens een antwoord mogelijk. Musil kon zijn roman niet afmaken, en ergens klopt dat: Ulrich wikt en weegt, is niet het soort man dat snel een knoop doorhakt. Ook de modernistische inslag van de roman, die zich uit in dat fragmentarische, het onaffe, de scherpe randen, sluit mooi aan bij het onvoltooide karakter van de roman. Misschien is dat een erfenis van de Eerste Wereldoorlog: Europa lag in scherven, de literatuur volgde. Daarmee geeft De man zonder eigenschappen een prachtige blik op een verloren tijd.

Theater / Theater / Theater / Voorstelling
recensie: De Theatertroep – Zonder Toestemming

Een ouderwets avondje goed vermaak

In Zonder Toestemming wordt er met taarten gesmeten, met messen geworpen en het servies klettert op de grond. De Theatertroep maakt er een feestelijke puinhoop van.

Zonder Toestemming is een ouderwets avondje goed vermaak. In de stijl van het vaudeville theater volgen verschillende sketches elkaar willekeurig op die vervolgens worden afgesloten met een kort toneelstuk. Het publiek wordt op het hart gedrukt de drang tot enige logica los te laten. Toch is er wel degelijk structuur: ‘In het eerste deel doen wij veel en zeggen wij niets, in het tweede deel zeggen wij veel en doen wij niets.’

Het publiek moet vooral niet de ‘waarom’ vraag stellen. De Theatertroep maakt het ons makkelijk: In traditie van Maatschappij Discordia wordt er drank uitgedeeld. Daarin ligt een gedeelde verantwoordelijkheid bij het publiek. ‘We gaan door tot de tap leeg is.’ De sfeer zit er dan in Nijmegen ook onmiddellijk goed in.

Een vol toneel

De Theatertroep is een collectief van tien performers uit allerhande disciplines. Met de aanwezigheid van negen daarvan op het toneel, ligt het gevaar van rommeligheid op de loer. Het is dan ook knap hoe De Theatertroep de focus van het publiek weet te houden. Nummers volgen elkaar in strak geregisseerde chaos op. Hoogtepunt is een steeds terugkerende scène, waarin performer Kyrian Esser met precisie een tafel kapot servies opdekt. De gebroken scherven van een kom worden nog net bij elkaar gehouden door het gewicht van de deksel, daar wordt voorzichtig het knopje boven opgelegd. Ik moet mijn hoofd haast afwenden als Esser met grof kabaal keer op keer het tafelkleed met servies en al van de tafel trekt.

De sketches zijn op het flauwe af: Jantje zag voor eens niet de pruimen hangen en Giuseppe Verdi wordt in het Theatertroepiaans ‘Jozef Groen’. De Theatertroep neemt zichzelf niet te serieus en zoekt graag de flauwte op. Hun Monty Python-achtige droogheid werkt echter aanstekelijk – en vooruit: het biertje helpt ook mee.

Gastvrouw Rosa Asbreuk bezit een natuurlijk gespeelde naïviteit en krijgt al snel de lachers op de hand. Zij vormt een goede match met Patrick Duijtshoff die haar brommerig tegenkleurt. Niet elke speler is even sterk, de gevatte teksten vallen daardoor soms net niet. Maar het plezier dat constant door het spel heen straalt, doet je ze dat vergeven.

Het deel na de pauze vormt een totaal contrast met het eerste deel. De acteurs spelen Magne van den Berg’s hilarische Mijn slappe komedie voor vier mensen, een handjevol personeel en een tafel die niet vrijkomt. De acteurs staan op een rij, er is vrijwel geen mise en scène. Weer kiest de Theatertroep voor een duidelijke focus. Daar klinkt de kracht van de tekst van Magne van den Berg’s slappe komedie, want de aandacht verslapt geen moment.

De Theatertroep doet je in Zonder Toestemming voor even geen waarom vragen en laat je ouderwets genieten. En dat alles met een biertje in je hand. Heerlijk.

 

Theater / Voorstelling

Show yourself, baby!

recensie: NB Projects/Dox Theater – Role Model (12+)

Role Model is een swingend dance concert, waarin zes jonge vrouwen met dans, zang en (zelfgeschreven) teksten vieren wie ze zijn. Niet alleen meisjes, ook jongens (en misschien volwassen mannen en vrouwen) van alle soorten, kleuren en maten zien hoe mooi het is om trots te zijn op jezelf en je uniciteit. Al zijn er vermoedelijk kinderen die ook in deze diverse groep meiden geen herkenning vinden.

Voordat de voorstelling in De Krakeling begint wordt er in de foyer een hoop plezier gemaakt. De aanwezige kinderen en tieners hebben een formulier ingevuld met vragen als: denk je dat mensen kunnen zien waar je geboren bent? Van welk gedeelte van jezelf houd je? Durf je andere mensen een compliment te geven? Daarna worden ze door een enthousiaste host aangemoedigd zichzelf op een catwalk te tonen. Niet alleen wat heen en weer lopen, maar zo extreem mogelijk laten zien wat ze allemaal in huis hebben. Het is erg leuk om de deelnemers zo uit hun dak te zien gaan, jammer genoeg zijn er een paar kinderen die uit schaamte of verlegenheid niet durven.

Martial arts

Als we in de zaal zitten en het dance concert begint is dat in eerste instantie, zeker in vergelijking met de eerdere uitgelatenheid, nogal tam. De zes vrouwen bewegen synchroon en maken strakke martial arts moves. Ze zijn sterk en dragen mooie kleren, weliswaar verschillend van snit maar allemaal lichtgrijs van kleur.  Uiterlijke vorm en eenheid zijn het belangrijkst en als één van de vrouwen door de microfoon iets zegt als: ‘you and me, we are the same’ denk ik: wat? Hoe zit het dan met die eigenheid?

Gelukkig stopt het uniforme na enige tijd: er komt plaats voor rap en hiphop, er wordt prachtig gezongen, iemand beatboxt en langzamerhand laat iedereen het masker vallen en komt de individuele persoonlijkheid boven. Iedereen vertelt wat ze aan eigen uiterlijk niet mooi vinden, al vind je als publiek alle meiden, ieder op hun eigen manier, prachtig. Een paar zijn lang en superdun, sommigen hebben kleur, eentje is kaalgeschoren. Iemand heeft, naar eigen zeggen, dijen zo groot als Afrika en een kont die gemaakt is om mee te strippen. Een paar hebben Aziatische roots en een zwart meisje zegt: ‘ik zie mezelf als bruin’ en yes, ze heeft gelijk. Haar haar is zwart maar haar huid is bruin.

Kleurrijk

Nadat er een stapel kleurige kleding naar beneden is komen vallen krijgen we les in modieuze vindingrijkheid. T-shirts worden als broek gebruikt en rokken als hoofdbedekking. Het dunne verlegen meisje is met vooruitstekend bekken een ware mannequin, een paar anderen veranderen in jongens en het meisje met de forse dijen is een curvy topmodel. De grijze uniformiteit is weg, de vrouwen laten zien hoe veel verschillende gezichten ze hebben.  Als tot slot zowel kinderen als volwassenen worden uitgenodigd het podium op te komen en mee te dansen, is het feest compleet.

In een nagesprek wordt gevraagd wie de dansers zelf als hun rolmodel zien, iets wat ik mezelf ook heb gevraagd. Bij deze vrouwen hoeft een rolmodel niet per se een andere vrouw te zijn of zelfs een mens – Bruce Lee vond dat we ons moeten spiegelen aan water – het kan van dag tot dag verschillen.

Role Model is een verschrikkelijk leuke voorstelling waar ik enthousiast en opgeladen uitkom. In de hoop dat ook de kinderen die zich vandaag liever terugtrokken de nodige inspiratie en kracht hebben opgedaan voor de toekomst.

Theater / Voorstelling

Aquarium is niet Vechts beste stuk

recensie: Hummelinck Stuurman – Aquarium

Het bericht dat er een nieuw stuk van Nathan Vecht komt waarin Pierre Bokma speelt, samen met onder anderen Guy Clemens, maakt dat je je verheugt op iets moois. Aquarium valt echter, ondanks een aantal geestige en interessante momenten, behoorlijk tegen.

Het begin is veelbelovend: op een met houten dozen volgepakt toneel zijn Birgit (Jacqueline Blom) en Walter (Clemens, Vechts vaste acteur) bezig zich in hun nieuwe huis te installeren. Dan krijgen ze onverwacht bezoek van buren Rudi en Doris, die koffie komen drinken en onmiddellijk nogal overheersend zijn. Rudi wordt gespeeld door Bokma die hier aanvankelijk enigszins aan Dustin Hoffman uit Rain Man doet denken, alleen ouder en iets minder neurotisch. Hij is constant weetjes en adviezen rond aan het strooien en helpt Walter, zeer tegen diens zin, een probleem met het aquarium op te lossen.

Inlichtingendienst

Birgit is een televisie-presentatrice die haar beste tijd heeft gehad en gevleid raakt omdat Doris (Annick Boer) zo van haar onder de indruk is. Als dan blijkt dat Rudi iets geheimzinnigs doet bij de inlichtingendienst, raakt zij op haar beurt geïntrigeerd. Als Doris zich laat ontvallen dat er bij die dienst een dossier over Walter bestaat, schrikt Birgit aanvankelijk en wordt vervolgens kwaad. Over Walter, haar jongere vriend, die iets saais doet bij een uitgeverij bestaat een dossier en over haar met haar interessante leven en kennissenkring niet? Dat kan niet kloppen!

Aquarium is absurdistisch, kluchtig en thrillerachtig met af en toe momenten, zoals bovenstaande, die doen denken: worden hier nou belangrijke statements gemaakt over ons verlies aan privacy en hoe we daar mee omgaan? De tekst is vaak geestig maar vooral in het begin is het tempo te traag, waardoor grappen niet aankomen. Bokma is natuurlijk erg goed – een éénregelige welkomstspeech die hij ten beste geeft is briljant – maar ook hij is afhankelijk van regie en materiaal.

Ondervragingsscène

De verhouding tussen Doris en Rudi roept vragen op: wie is er eigenlijk de baas? Een spannende ondervragingsscène toont Bokma op zijn best, maar duurt te kort om echt te beklijven.

Van alle personages is Walter het meest uitgewerkt. De andere drie zijn meer eendimensionaal. Het gegeven dat alles wat Rudi doet geheim is, is aanvankelijk intrigerend, maar als Doris steeds dezelfde antwoorden blijft geven op de vragen van Birgit en Walter wordt het wel erg flauw. Birgit is zo doorzichtig als glas, wat gezien de plot noodzakelijk is en wat Blom heel goed doet, maar ze is ook erg voorspelbaar en irritant.

Helemaal aan het, uiteindelijk toch verrassende, einde snap je dat het stuk qua tekst best knap in elkaar zit, maar dat komt tijdens de voorstelling niet over. Het tempo is te laag, het toneelbeeld is te benauwend en te saai en de personages zijn te weinig interessant.

Het kan je niets schelen wat er met ze gebeurt. Dat is, als je met zulke goede acteurs werkt en een belangrijk actueel onderwerp te pakken hebt, erg jammer.

Boeken / Fictie

Een klein ogenblik in een groots oeuvre

recensie: Hella S. Haasse - Ogenblikken in Valois

In Ogenblikken in Valois, heruitgegeven ter ere van Hella S. Haasses honderdste geboortedag, schrijft de auteur over het Franse dorp waar ze bijna een decennium gewoond heeft. Het is een mooi, kleiner werk in haar imposante oeuvre.

In januari 1979 bezochten Haasse en haar man Jan van Lelyveld voor het eerst het huisje waar ze tweeënhalf jaar later permanent gingen wonen, tot ze zich in augustus 1990 weer in Nederland vestigden. Al vrij snel nadat ze naar Valois verhuisden, in 1982, verscheen Ogenblikken in Valois, een serie met hoofdzakelijk historische schetsen van het gebied dat Haasse zo goed kende: haar eerste grote roman Het woud der verwachting (1949) speelt zich deels ook in deze streek af.

De verpietering verbeelden

Valois, net boven Parijs gelegen, is in de twintigste eeuw een arm, wat verpieterd gebied: het kreeg een flinke tik tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het is een lange tijd geleden dat Senlis, de belangrijkste stad in het gebied, haar hoogtijdagen kende. Haasse woont er in een saai prefabhuis. Haasse-biograaf Aleid Truijens schrijft in haar nawoord over de teleurstelling die haar overviel toen ze voor het huis stond: ‘Wat had ik dan verwacht? Toch een iets romantischer, sfeervoller behuizing. […] Dit standaardhuis paste niet bij haar.’

Haasses huis mocht dan niet passen bij haar oeuvre, dat zo vol van geheimen en verleden is, de streek Valois past er wel perfect bij. ‘Laat het maar aan Haasse over om een half verlaten en verarmde Franse streek met haar verbeelding opnieuw te bezielen,’ beweert Truijens. Daar slaagt de schrijfster inderdaad in. Vanaf de eerste pagina’s bevinden we ons in Haasse-gebied: mysterieus, eeuwenoud, met ondergrondse gewelven, oude kastelen en markante personages.

Miniatuur-Haasse

Ogenblikken in Valois is niet alleen qua thematiek een miniatuurversie van de typische Haasse-roman. Ook wat betreft stijl blijft dit boekje dicht bij de rest van haar werk: de beschrijvingen zijn geraffineerd, de taal verzorgd, het verhaal leerzaam. De Middeleeuwen staan centraal en ook voor de achttiende eeuw heeft Haasse veel aandacht. Opvallend genoeg blijft de twintigste eeuw, zeker de jaren na de Tweede Wereldoorlog en haar eigen heden, grotendeels buiten beeld, alsof de stad Senlis en de streek eromheen vastzitten in een vergaan verleden.

Hierdoor kennen de schetsen minder een spanningsboog, wat jammer is. Er is geen duidelijke tocht door de geschiedenis noch wordt er thematisch een helder pad gebaand. Het boekje gaat uiteindelijk niet echt ergens heen. Dat maakt van Ogenblikken in Valois een mooi, maar uiteindelijk ook klein werk in het zo indrukwekkende oeuvre van een van de grootste schrijvers van de moderne Nederlandse letteren.

Theater / Voorstelling

Liefde met de Franse slag, heerlijk!

recensie: Het Nationale Theater – De hereniging van de twee Korea’s

We zijn van van Eric de Vroedt gewend dat hij (meestal zelf geschreven) toneelstukken regisseert, die gaan over maatschappelijke kwesties. De hereniging van de twee Korea’s klinkt politiek, maar is dat verre van. De Vroedt brengt een stuk van de Franse schrijver en regisseur Joël Pommerat dat gaat over de LIEFDE. l’Amour! Om met Maurice Chevalier te spreken met een Frans accent: ‘Heaven, I’m in heaven’.

Want zowel Frankrijk als Franse muziek spelen een grote rol. Dat begint al in de foyer van de Koninklijke Schouwburg Den Haag waar we beelden van Parijs, de stad van de liefde, zien en flarden van liefdes- en scheidingsscènes uit (niet alleen Franse) films. Want liefde gaat ook over liefdesverdriet. Vooràl over liefdesverdriet.

Lessen in liefde

Het toneelbeeld maakt een zowel Franse als filmische indruk: een trappenhuis met een aantal deuren, een lift en een raam waar mooie lichteffecten mee gecreëerd worden. Er wordt af en toe gezongen en wel op oude Franse hits zoals natuurlijk ‘Je t’aime, moi non plus’, maar ook ‘Non non rien a changé’ van Les Poppys. De kleding is vijftiger/zestigerjaren-achtig en, vooral bij de vrouwen, buitengewoon elegant.

Er zijn twintig scènes over de liefde, volgens De Vroedt zijn dat lessen in liefde want zelf vindt hij wel degelijk overeenkomsten tussen zijn vorige werk en dit liefdesstuk. Want net als in The Nation en Race worden de personages belemmerd door de beelden die ze van de (onbekende) ander hebben.

De negen acteurs dragen ontelbare pruiken, we herkennen constant mensen die we al eerder hebben gezien maar ontdekken ook steeds nieuwe. Terugkerende personages zijn onder anderen een autoverkoper, een hilarische Mark Rietman met een kaalmaakpruik en zijn vrouw Muriël, een even hilarische Betty Schuurman die tot haar schrik, verwarring en verrukking geconfronteerd wordt met liefdes uit haar verleden. Schuurman is in een andere scène ook de zus van alle andere vrouwen die allemaal met dezelfde man hebben gezoend, een op dat moment enigszins creepy Hein van der Heijden.

Het is fijn om Esther Scheldwacht weer terug te zien bij De Vroedt, onder andere met een Amy Winehouse hairdo, maar eigenlijk zijn alle acteurs om van te smullen. Op het begin na dat een beetje stroef en houterig gaat – het is première, misschien is dat de reden? – wordt er door het ensemble gretig en met heel veel plezier gespeeld.

Vindingrijk

Scènes vloeien naadloos en uiterst vindingrijk, soms zelfs in het kleurgebruik, in elkaar over. De lift speelt een belangrijke rol. Eén van de hoogtepunten is een  lied dat de kwade zussen in de deuropening staan te zingen.

Het stuk gaat over hartstochtelijke liefde, onbeantwoorde liefde, voorbije liefde, zinnelijke liefde, betaalde liefde, liefde voor kinderen, tragische liefde en onmogelijke liefde. Erg geestig is een scène waarbij Keja Klaasje Kwestro verlekkerd fantaseert over een verkrachting, zich snel verontschuldigt tegenover de #metoo beweging maar met een kokette zwaai van haar been toch bij haar standpunt blijft.

Eén van Scheldwachts personages is een oudere dame die een woedend betoog tegen de liefde houdt: liefde bestaat niet, het is een illusie, het is een neurofysieke ervaring, op een dag ontdek je dat de man van wie je denkt te houden een klootzak is die stinkt. Een erg geestige scène die op precies de juiste manier eindigt.

De hereniging van de  twee Korea’s is een werkelijk heerlijke voorstelling, waarin je veel herkent, waardoor je geraakt wordt, waarom je moet lachen en die uiteindelijk ook ontroert. En na het applaus wanneer de spelers op liefdevolle wijze van ons afscheid nemen, is onze liefde voor hen en voor de liefde gegroeid.

Theater / Voorstelling

Metropolis #1: een trip in een technocratische nachtmerrie

recensie: Trouble Man & Het Nationale Theater - Metropolis #1

Het was zo’n mooi idee: de iconische tv-serie The Wire als inspiratie voor een theatervierluik. Met Code 010 zou Sadettin Kirmiziyüz de haven, het onderwijs, de media en de politiek van Rotterdam verkennen. Het project dreigde een vroege dood te sterven met Kirmiziyüz’s vertrek bij het RO Theater, maar nu is het –onder de nieuwe naam Metropolis – herrezen in Den Haag. Metropolis #1 duikt in het Haagse onderwijs en laat een heuse technocratische nachtmerrie zien.

Excellentie-utopie

Het Oranjecollege verkeert in slecht weer. De helft van de leerlingen haalt de eindstreep niet, twintig van hen zijn jihadisten geworden. Nieuwe rectrix Erica Kromhout  (Antoinette Jelgersma) gooit radicaal het stuur om. Haar school moet en zal het predicaat “excellent” halen, en daar is een genadeloos beleid voor nodig. Probleemgevallen worden aan hun lot overgelaten, terwijl de uitblinkers op handen worden gedragen. Geslaagde leerlingen zijn immers niet alleen goed voor het imago, maar leveren ook een smak geld op. Herrieschoppers dienen volgens Kromhout “normaal te doen” of kunnen vertrekken. Het doet denken aan een ongelukkige uitspraak van een niet nader te noemen politicus. De racistische ondertoon is ook hier volop aanwezig: want wie is dan precies normaal? Niet Mo, die volgens Kromhout precies in het profiel past van een potentiële moslimterrorist. Dat zijn witte, hoogbegaafde klasgenoot Bram volgens zijn geschiedenisdocent een veel groter probleem is, is aan dovemansoren besteed. In de excellentie-utopie van Erica Kromhout past geen weerwoord: leerlingen en zelfs docenten die tegengas geven, krijgen te maken met een wel erg dubieuze ‘sfeerbewaker’.

Selectieve sympathie

Conciërge Otto Blom (Stefan de Walle) is een Hagenees van de oude stempel en moet niets hebben van Kromhouts regime. Met een goed gesprek en een broodje pindakaas probeert hij door te dringen tot Bram (Kaspar Schellinghout), die na de zelfmoord van zijn vader langzaam dreigt te ontsporen. We lijken hier af te stevenen op een bekend high school filmnarratief, waarin een getroebleerde jongere wordt gered door een leraar die zijn of haar potentie ziet. Zo simpel is het echter niet. Uiteindelijk staat ook Otto machteloos voor de problemen waar Bram mee kampt: het trauma van een verlies, en een schuld van 15.000 euro bij een louche drugsdealer. Bovendien zet de idealistische nieuwkomer Sophia Papastaatlaatopolous (Mariana Aparicio Torres) kanttekeningen bij zijn – en ook onze – sympathie. Is die niet nogal selectief? Zou Otto zich niet ook moeten bekommeren om de leerlingen van kleur die zo gemakkelijk door Kromhout worden weggezet? En worden wij als publiek niet ook gestuurd in onze sympathie? We zien hoe een leerplichtambtenaar bij verschillende leerlingen op bezoek gaat, maar echt dichtbij komen we niet. We voelen toch het meest voor een jongen die door Kromhout als ‘normaal’ wordt gezien. Een bewuste zet, lijkt me: één die ons doet nadenken over wat wijzelf als normatief accepteren.

Archetypes

Wat voor beeld schetst Metropolis #1 nu precies over de Haagse onderwijswereld? We zien een wereld waarin rendement hoogtij viert en scholen zijn verworden tot diploma-producerende bedrijven. In die wereld verdrinken de leerlingen, met name diegenen die niet aan het stereotype van de witte Hollander voldoen. Als bijlesgever stap ik zo nu en dan in deze wereld, en heb alle archetypes waar Kirmiziyüz mee speelt wel voorbij zien komen: de nice-nasty managerdocent, de alom geliefde conciërges, de hippe nieuwkomers die alles anders gaan doen. Heerlijke types om te spelen, natuurlijk, maar het zorgt er hier en daar ook voor dat er een wel erg grimmige schets van het Haagse onderwijs wordt gegeven. Of er echt docenten als Kromhout zijn die zwangere meisjes van havo naar vmbo sturen als ze geen abortus plegen, lijkt me sterk. Het doet tekort aan het oprechte streven van de meeste docenten die ik ben tegengekomen – zelfs de meest verschrikkelijke – om hun leerlingen een beter leven te bieden. Desondanks kaart Metropolis #1 misstanden in het onderwijs aan die wel degelijk spelen: de transformatie van scholen in grote bedrijven, en de ontheemding van leerlingen die zich niet gehoord voelen.

Tag Archief van: 8WEEKLY

Boeken / Fictie

Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes

recensie: Naomi Alderman - De macht

In De macht presenteert Alderman een alternatieve geschiedenis. De machtsverhouding tussen man en vrouw wordt op een extreme manier omgedraaid. Een interessant experiment dat je niet zomaar loslaat.

Op de ‘Dag van de Meisjes’ ontdekken vijftienjarige meisjes overal ter wereld dat ze een zogenaamde ‘wrong’ bezitten. Met deze klier op hun sleutelbeen kunnen ze elektrische schokken uit hun hand opwekken. Als ze oudere vrouwen een schok geven, kunnen ze de kracht ook bij hen activeren.

In eerste instantie pakt dit heel goed uit voor vrouwen. Als ze op straat door een man worden aangevallen, dan slaan ze meteen terug. Vrouwen hoeven niet meer bang te zijn voor mannen – ze doen nu fysiek niet langer voor hen onder. Overal ter wereld worden mensen bang voor de meisjes. Ouders willen niet dat hun zoon ’s avonds alleen over straat loopt. Jongens verkleden zich als meisje om stoerder over te komen. Kortom: er vindt een omkering plaats in de hiërarchie tussen man en vrouw.

Niet iedereen is een vriendelijke machthebber

In De macht volgen we vijf mensen in deze nieuwe wereld. Het Amerikaanse meisje Allie – slachtoffer van sadistische pleegouders – vermoordt haar pleegvader en komt in een klooster terecht. Hier ontpopt ze zich tot geestelijk leider Moeder Eva, die een vrouwelijke lezing van de Bijbel propageert. In deze religieuze beweging is de Britse Roxy, die een extreem sterke vorm heeft van de kracht, haar rechterhand. Tunde (de enige mannelijke protagonist) is in Afrika een van de eersten die de kracht als journalist vastlegt. In Amerika volgen we ook Margot en haar dochter Jocelyn. Margot is burgemeester maar weet zich dankzij de kracht op te werken tot senator.

In het begin lijkt de kracht een leuke gimmick. Als (vrouwelijke) lezer denk je dan ook: ‘Ha, eindelijk gerechtigheid.’ In het begin worden de meisjes enorm onderschat. ‘Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes’, is de teneur. Maar naarmate het boek vordert, wordt de wereld steeds grimmiger. Het boek druist hiermee in tegen het idee dat vrouwen aan de macht gelijkstaat aan meer vriendelijkheid, meer mededogen en empathie. Niet iedereen gaat goed om met macht, ongeacht of je man of vrouw bent. In de roman ontwikkelen sommige vrouwen een voorkeur voor het misbruiken van mannen, en de bewegingsvrijheid van mannen wordt steeds meer beperkt. Conclusie: ook een vrouw in een machtspositie kan een psychopaat zijn.

Een alternatieve werkelijkheid

Op de titelpagina staat een anagram van de auteur: Neil Adam Armon. Het boek begint en eindigt met een briefwisseling tussen Naomi en haar alter ego Neil, waarin ze discussiëren over dit boek. Het verhaal wordt op diezelfde titelpagina getypeerd als een historische roman – hiermee samenhangend staan er archeologische vondsten over het ontstaan van de mysterieuze kracht verspreid door de roman. Door te kiezen voor een pseudoniem en door het boek als non-fictie te presenteren, creëert Alderman een alternatieve werkelijkheid. Dit geeft het verhaal een heel krachtige en stellige vibe, wat extra wordt ondersteund door het actieve taalgebruik in de roman.

Dit boek dwingt je om kritisch naar onze maatschappij te kijken. Precies dit is wat het boek zo opwindend maakt. Als er bijvoorbeeld weer een discussie oplaait over een vrouwenquotum in de bedrijfstop, dan helpt dit boek ons te realiseren dat een vrouw aan de macht niet per se beter is dan een man. Het is goed om de macht te verdelen over de seksen, maar we moeten af van het idee dat de een beter is dan de ander.

Feministische traditie

De macht wordt vaak vergeleken met The handmaid’s tale van Margaret Atwood. Alderman noemt Atwood in haar dankwoord, waarmee ze zichzelf ook in die traditie plaatst. Waar The handmaid’s tale echter een extreme uitvergroting is van het patriarchaat, is De macht een omkering. Een dergelijke omkering werkt in eerste instantie bevreemdend. Vrouwen die mannen misbruiken en de macht grijpen door middel van fysieke overheersing, dat lijkt tegennatuurlijk. Maar is het omgekeerde dan wel natuurlijk? Door dit soort vragen op te roepen draagt Alderman bij aan een feministisch discussie, wat het boek uiterst relevant maakt.

De macht is een geweldig gedachte-experiment en een zeer leesbare roman. Het is geen afgerond verhaal, maar eerder een trein die doordendert en steeds sneller richting de afgrond raast. Het bevat niet de rust en de fantastische schrijfstijl van Atwood, al kan dat ook aan de vertaling liggen. Maar al met al is dit een echte must-read voor elke vrouw én man.

Boeken / Fictie

Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes

recensie: Naomi Alderman - De macht

In De macht presenteert Alderman een alternatieve geschiedenis. De machtsverhouding tussen man en vrouw wordt op een extreme manier omgedraaid. Een interessant experiment dat je niet zomaar loslaat.

Op de ‘Dag van de Meisjes’ ontdekken vijftienjarige meisjes overal ter wereld dat ze een zogenaamde ‘wrong’ bezitten. Met deze klier op hun sleutelbeen kunnen ze elektrische schokken uit hun hand opwekken. Als ze oudere vrouwen een schok geven, kunnen ze de kracht ook bij hen activeren.

In eerste instantie pakt dit heel goed uit voor vrouwen. Als ze op straat door een man worden aangevallen, dan slaan ze meteen terug. Vrouwen hoeven niet meer bang te zijn voor mannen – ze doen nu fysiek niet langer voor hen onder. Overal ter wereld worden mensen bang voor de meisjes. Ouders willen niet dat hun zoon ’s avonds alleen over straat loopt. Jongens verkleden zich als meisje om stoerder over te komen. Kortom: er vindt een omkering plaats in de hiërarchie tussen man en vrouw.

Niet iedereen is een vriendelijke machthebber

In De macht volgen we vijf mensen in deze nieuwe wereld. Het Amerikaanse meisje Allie – slachtoffer van sadistische pleegouders – vermoordt haar pleegvader en komt in een klooster terecht. Hier ontpopt ze zich tot geestelijk leider Moeder Eva, die een vrouwelijke lezing van de Bijbel propageert. In deze religieuze beweging is de Britse Roxy, die een extreem sterke vorm heeft van de kracht, haar rechterhand. Tunde (de enige mannelijke protagonist) is in Afrika een van de eersten die de kracht als journalist vastlegt. In Amerika volgen we ook Margot en haar dochter Jocelyn. Margot is burgemeester maar weet zich dankzij de kracht op te werken tot senator.

In het begin lijkt de kracht een leuke gimmick. Als (vrouwelijke) lezer denk je dan ook: ‘Ha, eindelijk gerechtigheid.’ In het begin worden de meisjes enorm onderschat. ‘Het zijn geen terroristen, het zijn meisjes’, is de teneur. Maar naarmate het boek vordert, wordt de wereld steeds grimmiger. Het boek druist hiermee in tegen het idee dat vrouwen aan de macht gelijkstaat aan meer vriendelijkheid, meer mededogen en empathie. Niet iedereen gaat goed om met macht, ongeacht of je man of vrouw bent. In de roman ontwikkelen sommige vrouwen een voorkeur voor het misbruiken van mannen, en de bewegingsvrijheid van mannen wordt steeds meer beperkt. Conclusie: ook een vrouw in een machtspositie kan een psychopaat zijn.

Een alternatieve werkelijkheid

Op de titelpagina staat een anagram van de auteur: Neil Adam Armon. Het boek begint en eindigt met een briefwisseling tussen Naomi en haar alter ego Neil, waarin ze discussiëren over dit boek. Het verhaal wordt op diezelfde titelpagina getypeerd als een historische roman – hiermee samenhangend staan er archeologische vondsten over het ontstaan van de mysterieuze kracht verspreid door de roman. Door te kiezen voor een pseudoniem en door het boek als non-fictie te presenteren, creëert Alderman een alternatieve werkelijkheid. Dit geeft het verhaal een heel krachtige en stellige vibe, wat extra wordt ondersteund door het actieve taalgebruik in de roman.

Dit boek dwingt je om kritisch naar onze maatschappij te kijken. Precies dit is wat het boek zo opwindend maakt. Als er bijvoorbeeld weer een discussie oplaait over een vrouwenquotum in de bedrijfstop, dan helpt dit boek ons te realiseren dat een vrouw aan de macht niet per se beter is dan een man. Het is goed om de macht te verdelen over de seksen, maar we moeten af van het idee dat de een beter is dan de ander.

Feministische traditie

De macht wordt vaak vergeleken met The handmaid’s tale van Margaret Atwood. Alderman noemt Atwood in haar dankwoord, waarmee ze zichzelf ook in die traditie plaatst. Waar The handmaid’s tale echter een extreme uitvergroting is van het patriarchaat, is De macht een omkering. Een dergelijke omkering werkt in eerste instantie bevreemdend. Vrouwen die mannen misbruiken en de macht grijpen door middel van fysieke overheersing, dat lijkt tegennatuurlijk. Maar is het omgekeerde dan wel natuurlijk? Door dit soort vragen op te roepen draagt Alderman bij aan een feministisch discussie, wat het boek uiterst relevant maakt.

De macht is een geweldig gedachte-experiment en een zeer leesbare roman. Het is geen afgerond verhaal, maar eerder een trein die doordendert en steeds sneller richting de afgrond raast. Het bevat niet de rust en de fantastische schrijfstijl van Atwood, al kan dat ook aan de vertaling liggen. Maar al met al is dit een echte must-read voor elke vrouw én man.