Kunst / Achtergrond
special: Een interview met Anneke Oele

Nog één keer knallen

Tijdens Art Amsterdam 2009 sprak 8WEEKLY met Anneke Oele over zaken die Nederland en de kunstbeurs op dit moment bezighouden. Hoe gaat het in tijden van economische recessie met de verkoop, wat vinden de galeriehouders van honderdtwintig solo-exposities, wat gebeurt er na Anneke’s laatste jaar bij de beurs? Een interview.

Anneke Oele met koningin Beatrix, OTTI fotografie 2009

Anneke Oele met koningin Beatrix, OTTI fotografie 2009

Na zeven jaar stopt Anneke Oele als directeur van kunstbeurs Art Amsterdam, vroeger de Kunstrai. Haar moeilijke taak was om de beurs in deze periode uit het slop te trekken, opnieuw op de kaart te zetten. Moeilijk ook omdat ze zelf uit de galeriewereld afkomstig was. Ze bracht onder andere het aanbod aan galeries drastisch omlaag, van 180 naar 120: ze wilde kwaliteit, niet kwantiteit. Niet bepaald gemakkelijk als het gaat om bevriende galeriehouders. Bovendien wilde ze niet alleen het beste uit Amsterdam, maar van de hele wereld. Een kwart van de galeries is inmiddels afkomstig uit het buitenland. Haar formule heeft gewerkt, want Art Amsterdam is een succes dat ieder jaar gemiddeld 15.000 bezoekers trekt. De eerste jaren moest ze zich echter nog bewijzen, en dat was niet gemakkelijk. Ze heeft velen moeten overtuigen dat haar ideeën de beste waren voor de beurs, en ze is dan ook heel blij dat ze uiteindelijk zoveel bereikt heeft.

Ontzettend blij is ze ook met de gratis rondleidingen die georganiseerd worden. Net wat meer informatie over een kunstenaar of een bepaald werk kan die ene koper over de streep trekken. Inderdaad lopen groepen geïnteresseerden braaf achter hun gids van de Mondriaan stichting aan. Ook de stand van de kunstkoop regeling vindt ze een waardevolle toevoeging. Ik koop al mijn kunst via de kunstkoop regeling, roept ze enthousiast! Dit is een manier om een kunstwerk te kopen en in delen af te betalen, een mooie oplossing voor iedereen die aarzelt om zo’n groot bedrag ineens te moeten besteden.

Paul Schwer, Painting Hannover, 2009, Galerie Ebbers

Paul Schwer, Painting Hannover, 2009, Galerie Ebbers

Kwaliteit
Hoe ging het eigenlijk met de verkoop? Gewoon hartstikke goed. Van tevoren was iedereen natuurlijk wel heel zenuwachtig hoor, dat geeft ze toe. Iedereen weet tenslotte dat mensen misschien wat voorzichtiger met hun geld omgaan dan vorige jaren. Maar er is absoluut geen reden tot klagen, want het zijn niet alleen de bezoekersaantallen die tot tevredenheid stemmen. Er zijn altijd toppers bij zo’n beurs en zaken die wat minder goed lopen, het kan niet voor iedereen feest zijn. Maar over de hele linie is het beeld zeker positief.

Hoe dat komt? Kwaliteit. En dat is iets wat je volgens Anneke kunt zien in die solo exposities. Niet voor niets introduceerde ze dit nieuwe fenomeen op de beurs, volgens haar voegt dit een kwaliteit toe waar ook buitenlandse galeries van onder de indruk waren. Er kwamen zelfs deelnemers speciaal op Art Amsterdam af vanwege dit nieuwe concept. Ze heeft in de afgelopen jaren ook zeer kritisch gekeken naar de galeries op de beurs en flink gesnoeid in het aanbod, om het niveau omhoog te krijgen. Het is toch wel haar ‘zevenjarige strijd’ geweest om die kwaliteit te bereiken, en daar is ze trots op.

Noriko Ito, The mandala of females, 2008, olie op doek, Willem Kerseboom galle

Noriko Ito, The mandala of females, 2008, olie op doek, Willem Kerseboom galle

120 solo’s

Elke galerie moest vijfentwintig vierkante meter inrichten met werk van een enkele kunstenaar. Daarbij moesten ze dus voor een groot deel van hun aanbod wedden op één paard. Vonden alle galeries dat wel zo’n goed idee, om een hele ruimte in te vullen met werk van één kunstenaar? Nou, lacht Anneke, er is misschien best wel wat gemopperd onderling. Maar niet tegen mij! Nee, er is zeker wel wat commentaar geweest maar aan de andere kant wilde iedereen het, juist door de crisis, wel proberen. Het is in deze tijd belangrijk om onderscheid te maken, daardoor val je extra op en dat is gelukt. Kijk maar naar de interesse van buitenlandse deelnemers. Uiteindelijk is het ook belangrijk om verzamelaars van over de grens aan te trekken.

De toekomst van de beurs

Een toekomstdroom? Zeker. Nederland heeft wel een verzamelaarcircuit, maar Nederland is klein en het zou dan ook heel mooi zijn als er nog meer aandacht uit het buitenland komt. Internationaler worden is zeker een streven maar dat heeft alleen maar zin als er een bepaalde kwaliteit is bereikt, het is een ‘kip en ei ding’. Je moet wat te bieden hebben en op dat punt is Art Amsterdam nu aangekomen. De kunstwereld in ons land is ook heel internationaal, Amsterdamse galeries verkopen al werk van kunstenaars uit de hele wereld. Maar uiteindelijk gaat het puur om de kwaliteit, niet om waar het vandaan komt.

En Anneke’s eigen toekomstdroom? Dit is eigenlijk mijn droombaan, lacht ze. Om directeur van deze beurs te zijn en zoveel te bereiken in de afgelopen jaren is een kroon op haar carrière. Maar ze zou nog wel eens naar het buitenland willen, een paar jaar Parijs, New York, of Berlijn… eerst maar eens uitrusten van dit avontuur. Daar is ze na zeven haar hard werken wel aan toe. En dan nog één keer knallen!