Film / Achtergrond
special: Nic Balthazar over Ben X

‘De research kwam naar me toe’

.

“Filmfans, filmfanaten, gegroet.” Welke filmliefhebber kent hem niet? Die kale Belg die tien jaar lang op uiterst enthousiaste en humoristische wijze films aankondigde op de woensdagavond bij de Vlaamse zender Canvas. De man die je zelfs naar matige films reikhalzend deed uitkijken, zoals Erwin Kroll je met plezier door regen en wind stuurt omdat het lagedrukgebied er vanuit de satelliet zo prachtig uitziet. Nic Balthazar is de naam, en hij heeft nu ook zelf een film gemaakt, gebaseerd op zijn eigen boek én toneelstuk. Of Ben X de toets der kritiek kan doorstaan leest u komende donderdag in de recensie, hoe het project tot stand kwam vroeg 8WEEKLY hem tijdens het Nederlands Film Festival.

Het is woensdagavond, vijf voor negen, zo direct komt Ben X op televisie. U mag hem nu zelf aankondigen.

~

“Filmfans, filmfanaten, vandaag een weergaloos meesterwerk. Nooit op de Vlaamse televisie is een film als deze vertoond…” Ja, zoiets hè, hahaha. Ik moet mezelf in mijn enthousiasme toch nog eens overtreffen. Ik ben ongelofelijk blij dat er in Nederland zo’n heel trouwe schare echte filmfans was, die me altijd heel welwillend mailtjes stuurde. Het leek semi-suïcidaal om twee à drie minuten voor een camera te gaan zitten in een tijdperk waarin twintig seconden toch al aan de lange kant begint te worden. Het was altijd een poging om een film te kaderen. Ik denk dat ik over Ben X zou zeggen: “Het is misschien niet de film die jullie verwachten, omdat het geen zware auteursfilm wil zijn. Het zijn ook geen gemakkelijke thema’s. Het gaat over autisme, pesten op school, zelfmoord bij jongeren, je alleen voelen, vluchten in videogames. Toch hebben we geprobeerd om een spannend en ontroerend verhaal te vertellen, dat zelfs geschoeid is op Amerikaanse leest, vreemd genoeg.”

Ik heb begrepen dat uw film en boek op waargebeurde feiten zijn geïnspireerd. Welke feiten waren dat precies?
Alles is begonnen met de opdracht om een boekje te schrijven dat aansluiting vindt bij de leefwereld van jongeren, dat zo zou weglezen, zonder pretentie. Toen ik net die handschoen had opgeraapt, las ik in de krant een fait divers over een jongen van 17 die zelfmoord pleegde door in Gent, waar ik woon, van een kasteel te springen. Het bleek dat die jongen doodgepest werd, het niet meer aankon. Ook bleek dat hij autismespectrum had, ook wel een lichte vorm van autisme genoemd. Hij ging weliswaar naar een gewone school, maar dat is voor ‘licht autisten’ vaak de hel, omdat ze niet meekunnen met de sociale codes. Verder gamede die jongen heel veel en had hij een internetvriendinnetje. Van die elementen heb ik een ander verhaal gemaakt. Zijn moeder had in een kranteninterview gezegd dat er niets was wat haar ooit zou kunnen troosten. Ik hoop dat mijn verhaal dan misschien geen troost biedt, maar wel begrip voor wat die jongen heeft doorgemaakt.

Wist u tijdens het schrijven van het boek al dat u dit ook zou verwerken tot een toneelstuk en een film, of is dat telkens geleidelijk ontstaan?
Nee, natuurlijk niet. Wel was het zo dat ik die jongeren soms wel begrijp als ze weinig lezen. Ze gaan wel allemaal graag naar de bioscoop. Toen bedacht ik dat ik het misschien zou moeten opvatten als een film. Daar heb ik toch als filmjournalist hele dagen in gezeten. Het boek was al de blueprint van het scenario, ik had wel eens boekjes als How to write a screenplay gelezen. In klassieke Amerikaanse films kun je een horloge gelijkzetten op de drie-akten-structuur, en dat is bij Ben X, ongewild en gewild misschien, helemaal volgens die regels van het ambacht gegaan.

Ik vond het inderdaad een vrij Amerikaanse film.
Ja, dat is het absoluut. Maar in Vlaanderen mag je zoiets natuurlijk niet doen. Je moet je diepste zielenroerselen neerleggen in films die natúúrlijk floppen maar waarin je hebt geprobeerd de film her uit te vinden. Welnu, Ben X is enerzijds een heel klassiek verhaal, maar – hopen we dan wel – op een heel onklassieke manier gefilmd. Met games en docudrama, televisie, allemaal dingen waar jongeren veel mee bezig zijn, vaak ook tegelijkertijd.

Door welke films of regisseurs bent u zelf vooral geïnspireerd?
Ik heb als journalist natuurlijk het godgegeven geluk gehad om les te krijgen van de groten. Ik heb met Kieslowski en Greenaway mogen praten, maar ook met Brian De Palma of Bertolucci. En ik heb altijd met de oren heel wijd open gezeten. Ken Loach is een van mijn helden, maar David Fincher is dat ook, snap je? Vandaar misschien dat mijn film ook tussen twee filmculturen in zit. Van Mike Leigh heb ik bijvoorbeeld het improviseren geleerd. Als je een scène hebt in een bus, dan ga je ook repeteren in een bus. Bijvoorbeeld de scène waarin Ben ervan wordt weerhouden op de bus te stappen. Ik stond met mijn cameraatje verdekt opgesteld, maar bij die bushalte nam niemand aanstoot aan de pesterijen, de chauffeur reed rustig door. Op het moment dat je uiteindelijk gaat filmen staat alles redelijk vast, maar het komt voort uit echte improvisaties.

Heeft u nog research gepleegd over autisme of het syndroom van Asperger? In hoeverre klopt het met de werkelijke stoornis of heeft u zich nog dichterlijke vrijheden veroorloofd?

Scène uit <i>Ben X</i>
Scène uit Ben X

Gelukkig is er niet één soort autisme, net zoals dat er niet één soort niet-autisme is. Maar het syndroom van Asperger heeft wel een aantal vaste kenmerken, zoals het niet begrijpen van sociale codes en het niet kunnen ontcijferen van een glimlach. En zeker niet van de 37 verschillende glimlachen die wij kennen, een ironische, een echte, een hartelijke. Het goede bij mijn theaterstuk is ook geweest dat de research zelfs naar me toe kwam zonder dat ik het moest gaan zoeken. Zóveel ouders, zóveel mensen met autisme. Ik ben echt heel fier op de vele reacties van mensen die zeggen dat het precies zo is als zij voelen. Ik wilde absoluut het verhaal vanuit hun standpunt vertellen. Een schoolplein waar iedereen maar blijft bewegen, de angst die dat voor mensen met autisme betekent. Als wij dat kunnen herkennen, dan kunnen we mensen helpen. Blinden zijn duidelijk herkenbaar, die helpen we. Zelfs de grootste pester gaat geen blinde pesten. Maar mensen met autisme wél, dat zijn gewoon die jongens die wat vreemd staan te doen op de speelplaats. Het topje is Rain Man, dat kennen we nu. Maar gelukkig komt die ijsberg meer en meer bloot.

Wat me ook opviel, maar ik weet niet zo veel van autisme, is dat de voice-over heel rationeel analyseert.
Ja, maar mensen met autisme zijn helemaal rationeel, ze kunnen heel helder praten en denken. We zien enkel die vreemde halvegaren die in zichzelf lopen te praten, maar aan de binnenkant zit helemáál geen halvegare maar een perfect redenerend en invoelend persoon.

Iets anders: had u ook ervaring of affiniteit met die wereld van de computergames, of was dat helemaal nieuw voor u?
Helemáál nieuw niet, maar mensen van boven de 35 jaar hebben natuurlijk iets van whaa! Ik heb een behoorlijk probleem met de gewelddadigheid van die spellen, maar het is wel een heel fascinerende wereld, waar net zoveel mogelijkheden en nieuwe dimensies in zitten als er gevaren zijn. Zoals de totale vereenzaming, het verloochenen van je echte sociale leven. Maar wij zijn ons er nauwelijks van bewust hoe belangrijk dat nieuwe sociale leven zou kunnen worden in de toekomst.

In de film zien we een bestaande game waarin acteurs rollen spelen vanachter de computer.

~

Dat is wel de gouden greep geweest die ons armoedige filmmakers uit de Lage Landen Bij De Zee de production value heeft gegeven die er mag zijn. Amerikaanse filmproducenten schatten de film drie of vier keer zo duur in als hij eigenlijk is geweest. En dat door één goed idee! Het was een win-win-situatie: het is een Koreaans spel dat hier in de Benelux nog niet zo bekend is, en wij waren op zoek naar precies dat soort spellen. Ik heb zelf de avatar Ben X samengesteld naar de gelijkenis van de acteur, Greg Timmermans. Het is wonderlijk hoe dicht we daarbij zijn geraakt, dat is puur geluk. En dan denkt men natuurlijk dat we de acteurs hebben gebodyscand!

Hoe heeft u die hoofdrolspeler gevonden?
De grote tragedie was dat de acteur die het vijftig keer heeft gespeeld in het theater, Roel Vanderstukken (bekend van de tv-serie Flikken), nu als 30-jarige moeilijk nog een fragiele teenager kon spelen. Toen zijn we op zoek gegaan naar een andere acteur. Een vriend van mij had een kortfilm met Greg Timmermans gemaakt, die net uit de toneelschool kwam. Ik zag die film en daar was hij. Hij maakte zich klein en onzichtbaar, wat niet meevalt als je 1.93 meter bent met, zoals ik het in mijn boek noem, “ravenzwart haar en vel zo bleek dat een blad papier ervan zou blozen.” Ik zei direct: “We hoeven niet verder te zoeken!”

En Laura Verlinden, die zijn internetvriendinnetje Scarlite speelt?
Bij haar was het net omgekeerd: ik bleef maar zoeken en zoeken, heel veel fantastische actrices gezien, zelfs uit Nederland. Bij de laatste auditie kwam Laura Verlinden binnengewandeld, ook zij zat nog op de toneelschool. Je moest echt stront in de ogen hebben om niet te weten dat zij het moest zijn. De overige acteurs zijn grotendeels dezelfde gebleven als in de filmpjes die in het toneelstuk al waren te zien. Marijke Pinoy bijvoorbeeld, die beide keren de moeder speelt, vroeg me: “Maar hoe wist je dat?”. “Wist ik wát?”. “Dat ik zelf ook een zoon heb met autisme”. Maar dat wist ik niet!