Film / Achtergrond
special: Mary Pickford in het Filmmuseum

America’s sweetheart

Ze was America’s sweetheart, de lieveling van het publiek in het tijdperk van de stomme film. Mary Pickford werd als Gladys Louise Smith in 1892 in Canada geboren. Als klein meisje staat ze al geregeld op het podium naast haar moeder.

~

Daar leert ze de fijne kneepjes van het vak waardoor ze later zo beroemd zou worden. In 1909 wordt ze ontdekt door D.W. Griffith, de regisseur die vooral bekend is door zijn beruchte The Birth of a Nation. Haar natuurlijke uitstraling, haar blonde krullen en haar kleine postuur maken haar ideaal voor het spelen van ongelukkige meisjes die de Amerikaanse droom beleven. Dit handelsmerk wordt haar kracht en, later in haar carrière, ook haar zwakheid. Door haar ervaring in het theater weet ze hoe ze in het tijdperk van de stomme film haar mimiek moet gebruiken om het gebrek aan taal te compenseren. Het publiek omarmt haar en Mary Pickford groeit binnen een paar jaar uit tot de grootste vrouwelijke filmster van Amerika.

In een onmenselijk werktempo maakt ze de ene film na de andere. Dat levert haar niet alleen een goed salaris op, ze raakt ook steeds meer betrokken bij het proces van films maken. Daardoor weet ze de kwaliteit ervan aanzienlijk te verhogen. Net zoals haar collega’s Charlie Chaplin en Douglas Fairbanks experimenteert ze met nieuwe filmtechnieken. In 1916 heeft ze definitief de top bereikt met een salaris van $10.000 per week en de mogelijkheid om zelf haar scripts, crew en regisseur te selecteren. Pickford blijkt een harde zakenvrouw die niet van plan is met zich te laten sollen door de toenmalige filmindustrie. In haar streven naar onafhankelijkheid richt ze in 1920 samen met Chaplin en Fairbanks het eigen productiebedrijf United Artists Pictures op, dat haar vrijwel volledig onafhankelijk maakte in de hermetische wereld van Hollywood.

Kwantiteit

~

Al met al staat de rol die ze op het witte doek speelt in contrast met haar eigen leven. Op het doek is Pickford het eeuwige kindvrouwtje. Het publiek wil haar alleen maar zien als een soort Assepoester (zoals in Cinderella (1914)). Maar in werkelijkheid is ze inmiddels al lang een volwassen vrouw geworden. Exemplarisch is Pollyanna (1920) waarin ze een meisje van twaalf speelt terwijl ze al 28 is. Deze rol vervult ze voor het publiek dat niets meer en niets minder van haar verlangt. Het gevolg is dat haar films zich over het algemeen niet kenmerken door diepgang. Een paar uitzonderingen daargelaten zijn haar films voornamelijk een ode aan het geïdealiseerde platteland. Terugkijkend kenmerkt haar oeuvre zich jammergenoeg dan ook voornamelijk door kwantiteit.

Het typecasting begon al tijdens haar leven op haar te drukken. Ze is weliswaar succesvol, maar als actrice heeft ze weinig bewegingsvrijheid. Experimentele uitstapjes worden door het publiek niet gewaardeerd. Artistieke erkenning kwam in 1929, toen ze haar eerste Oscar kreeg voor haar rol in Coquette. Dat jaar was ook het hoogtepunt van haar carrière. De rol die ze in Coquette gespeeld had, week af van de rollen die ze normaal speelde en het was haar bedoeling om zich meer te richten op het serieuzere acteerwerk. Dat is echter niet gelukt, iets wat ze nooit heeft kunnen accepteren.

Frivoliteit

~

Op 43-jarige leeftijd stopte ze met acteren. De algemene aanname is dat ze de overstap naar de geluidsfilm, net zoals andere acteurs in die tijd, niet kon maken. Dat beeld moet worden bijgesteld want het klopt slechts ten dele. De komst van de geluidsfilm heeft weliswaar voor problemen gezorgd maar het was een combinatie van factoren waardoor ze de nieuwe koers die film had genomen niet kon volgen.

Pickford werd al tijdens haar leven een anachronisme. Film evolueerde tot een steeds omvangrijker, glamoureuzer medium. Ironisch genoeg kon Pickford de ontwikkelingen in de filmindustrie, die ze zelf op gang had gebracht, niet meer bijbenen. De roaring twenties lieten voor het eerst frivoliteit toe, langzamerhand was er geen plaats meer voor het onschuldige meisje. Little Mary met de gouden lokken kon met geen mogelijkheid concurreren met femmes fatales zoals Greta Garbo, Mae West en Marlene Dietrich. Bovendien was ze inmiddels ook echt te oud om jonge meisjes te spelen. Het lukte haar niet om een overstap te maken. Daarnaast werd ze geplaagd door persoonlijke problemen zoals het verlies van enkele familieleden en het slechte huwelijk met Douglas Fairbanks. Achter de schermen bleef ze nog enkele jaren actief maar ze keerde na 1933 nooit meer terug op het witte doek.

Schrijnend

Na haar afscheid van de film raakte ze langzamerhand in een isolement. Slechts één keer nog stond ze in de publieke belangstelling. Dat was in 1976 toen ze haar tweede Oscar kreeg in de vorm van een lifetime achievement award. Die nam ze middels een videoboodschap in ontvangst. De reden daarvoor was even schrijnend als ontnuchterend. Mary Pickford was na jaren van alcoholisme veranderd in een nauwelijks verstaanbare uitgemergelde vrouw, waarin men slechts met moeite nog America’s sweetheart kon herkennen.

Het is jammer dat Pickfords werk nu voornamelijk een tijdsdocument is geworden. De reden waarom ze destijds beroemd werd, is tegelijkertijd de reden waarom ze nu grotendeels vergeten is. En ofschoon ze in meer dan tweehonderd films speelde, moet ze nu in de schaduw staan van Charles Chaplin, Fritz Lang en W.D. Griffith.

Het Filmmuseum in Amsterdam vertoont tot en met 23 februari een zestal van Pickfords films. Bezoek voor meer informatie en het programma de website van het Filmmuseum.