Boeken / Non-fictie

De welbekende verschijnselen van de massa

recensie: Elias Canetti - Massa en macht
veel mensen bij de Eiffeltoren - uitgelichte afbeelding bij recensie over 'Massa en macht' van Elias Canetti

De Nobelprijs die Elias Canetti in 1981 kreeg, werd voor een belangrijk deel toegekend vanwege Massa en macht. Dit werk laat zien wat de combinatie van literair en sociologisch talent oplevert: een ijzersterke studie.

Massa en macht, oorspronkelijk gepubliceerd in 1960, al eerder vertaald en nu in Athenaeums ‘Grote Bellettrie’-serie verschenen, is een moeilijk te classificeren boek. Canetti bestudeert zijn onderwerp vanuit sociologisch, psychologisch en filosofisch perspectief, maar draagt ook allerlei antropologische voorbeelden aan om dieper tot de omgang tussen mens, massa en macht te komen. Tegelijkertijd spreekt uit dit boek historisch besef en literair inzicht. Hierdoor ontstijgt Massa en macht de gebruikelijke wetenschappelijke ordening, en heeft het boek een publiek ver buiten de academie gevonden.

Beweeglijkheid

De Joodse Canetti, die verder onder andere de roman Het Martyrium en Het boek tegen de dood schreef, werd geboren in Bulgarije en groeide op in Engeland, Oostenrijk, Duitsland en Zwitserland. Vanaf 1939 woonde hij in Londen, tot hij in 1972 naar Zürich terugkeerde, waar hij tot zijn dood in 1994 zou wonen. Het is verleidelijk parallellen te trekken tussen deze fysieke beweeglijkheid en zijn veelzijdige oeuvre, in het bijzonder Massa en macht.

In dit boek buigt Canetti zich over het fenomeen van de massa, dat hij uitgebreid typeert: er zijn dichte massa’s, open massa’s, hetzemassa’s, dubbelmassa’s, meutes, symbolen (over de Hollanders: ‘De massa der mannen vereenzelvigt zich met de dijk’, aangezien die ‘begin en eind van zijn nationale leven’ is) en zo verder. Canetti schrijft over geweld en bevelen, over de macht die uit staan of zitten spreekt en de relatie tussen macht en tijd. En over meer.

Inzichten

Ondanks die veelzijdigheid is Massa en macht geen richtingloos boek, geen studie die in elke richting uitwaaiert en nergens aan land komt. Daar komt Canetti’s literaire kant in het spel, die alle informatie ordent en op begrijpelijke wijze presenteert. Bovendien lijkt op elke pagina minstens één mooi inzicht of goede formulering te staan, dikwijls provocatief aangezet en zo de lezer uit zijn of haar vaste plek halend:

Zodra de epidemie zich heeft gevestigd, kan ze in niets anders meer uitlopen dan in de ene, gemeenschappelijke dood van allen.

Waarna Canetti verdergaat over ‘welbekende verschijnselen, waarvan het eindpunt uit lijkenstapels bestaat’.

Niet iedereen houdt van massa’s, maar Elias Canetti is er duidelijk door gefascineerd. Wat dat betreft is het jammer dat uitgeverij Athenaeum geen voor- of nawoord heeft opgenomen, waarin meer over dit vreemde, schitterende hybride werk verklaard kan worden. Wie weet wat dat voor macht op zou leveren.