Muziek / Album

Verwachtingen ingelost

recensie: Whitney – Light upon the Lake
Whitney

SXSW, Austin Texas, dikwijls de plek waar gewild dan wel ongewild nieuwe hypes worden gecreëerd. Een band die op deze plek door publiek en pers omarmd wordt, wacht doorgaans een ‘enerverend’ jaar.

Tijdens de meest recente editie viel deze eer te beurt aan Whitney. Zonder dat er nog iets op plaat was vastgelegd, werd hier al een buzz gecreëerd. Een recensie schrijven over een debuutalbum van een band die door alles en iedereen, en niet in de laatste plaats, de serieuze en professionele muziekpers al de hemel in is geprezen, vormt daarmee op zijn zachtst gezegd een uitdaging.

Een veiling

Whitney bestaat in de basis uit Max Kakacek (gitaar) en Julien Ehrlich (drums). Beide heren speelden eerder in Unknown Mortal Orchestra en Max Kahacek heeft daarnaast ook een geschiedenis bij Smith Westerns. Helemaal nieuw in de branche zijn ze dus niet. Op de bovengenoemde show op South by Southwest (SXSW) eerder dit jaar speelden beide heren een soort van try-out. Volgens eigen zeggen begonnen hier, na pas twee nummers gespeeld te hebben, diverse personen in de zaal naarstig te bellen en te appen, alsof het een soort van veiling was met allerlei biedende partijen aan de andere kant van de lijn. Winnende partij: Secretly Canadian, Bloomington Indiana. Ofwel Whitney: twee jonge gastjes (24 en 25) met een blanco discografie en tal van labels die om hun gunst vechten.

Dat schept op zijn minst verwachtingen. De muziek die vervolgens ingespeeld werd kwam desondanks op uiterst ongedwongen wijze tot stand. West Coast loomheid zullen we maar zeggen. In het appartement dat beide vrienden in Chicago samen deelden, was het een zoete inval waarbij de meest frequente bezoekers automatisch werden toegevoegd aan de band. Op deze wijze werd de band uitgebreid met Malcolm Brown (keyboards) en Will Miller (trompet). Naast slaapplek was het appartement ook de plek waar naar hartenlust drugs werden geconsumeerd ter inspiratie voor nieuwe nummers.

Verslavend

De muziek van Whitney kan gekenschetst worden aan de hand van twee hoofdingrediënten: de weemoedige falsetstem van Ehrlich en de trompet van Miller. Het eindresultaat is folkachtige indiemuziek, of indie-achtige folkmuziek, zoals u wilt: luie ritmes gelardeerd met blazers en laid back orgels, overgoten met een duidelijk jaren zeventig sausje. Direct verslavend waardoor het een plaat is geworden die het in zich heeft om direct onder je huid te kruipen.

Met Light Upon The Lake wordt de zomer bijna als vanzelf in huis gehaald, hoewel de nummers wel vaak op een gevaarlijke kantelpunt balanceren: aan de ene kant lichtvoetige en kleine liedjes met een te laag tempo en een al te weemoedige, gammele klaagzang over mislukte liefdes, en aan de andere kant meeslepende, prettig in het oor liggende indiepopliedjes die na een keer luisteren direct hun verslavende werking uitoefenen. Whitney balanceert zeer vakkundig op dit koord zonder te struikelen. Jammer dat we op deze plaat hier slechts een half uur van kunnen genieten. Zeer aangenaam debuut.