Muziek / Album

Verrassingen in de blues

recensie: Bluesupdate volume 14: Cuby + Blizzards, Danny Bryant, Cedric Burnside
Pexels: https://www.pexels.com/photo/wood-people-music-musician-9401772/

Zelfs in een oergenre als de bluesmuziek kunnen we verrast worden. De ene keer omdat een album niet meer verwacht werd, zoals het live-album van Cuby + Blizzards, een andere keer door de kwaliteit, zoals die van Danny Bryant of doordat de kleinzoon van een bekend artiest op zijn manier hoge ogen gooit, zoals Cedric Burnside.

Dat er nog een album te verwachten was van Cuby + Blizzards is voor de fans een grote verrassing. De zonen van oudgedienden in de blues verrassen met kwaliteitsalbums. Danny Bryant speelde lang samen met zijn vader. Cedric Burnside komt uit een rijke bluesfamilie.

Cuby + Blizzards
Het is inmiddels tien jaar geleden dat Harry Muskee, de zanger van Cuby + Blizzards, overleed. Met dit album Grolloo Blues wordt volgens de hoes een laatste toegift gegeven op het rijke oeuvre van de band. Het oeuvre werd ooit in de cd-box Alles uit Grolloo samengebracht op 28 cd’s en één dvd. Geluidstechnicus Ed Roose dook voor deze toegift in de archieven en stelde uit een aantal concertopnames dit prachtige album samen. We horen opnames die gemaakt werden tussen 2000 en 2011. Roose heeft al deze concertopnames uit de archieven samengevoegd tot één geheel, waardoor deze toegift voelt als een geweldig concert. Op twee cd’s worden we in vierentwintig composities getrakteerd, iets waar we alleen maar over konden dromen bij Cuby + Blizzards. Natuurlijk is het voor de fan en liefhebber allemaal bekend werk van deze legendarische band. Toch klinkt het fris en vooral als hele eigentijdse muziek. Het poetswerk aan de live-opnames en de productie van het geluid door Roose is natuurlijk tot in de puntjes verzorgd.

Het zou vreemd zijn als we zouden hopen op nog veel meer van dit soort puntgave live-opnames zo lang na het verscheiden van Muskee ‘Cuby’ zelf. Publiekslieveling ‘Window Of My Eyes’, dat Muskee in samenwerking met Eelco Gelling en Herman Brood schreef, prijkt natuurlijk op dit sluitstuk, dat een waardige toegift genoemd mag worden.

 

Danny Bryant
Voorheen opereerde Danny Bryant als Danny Bryant’s Red Eye Band; die toevoeging is nu verdwenen. Met The Rage To Survive verrast Bryant ons met een heel innemend en soms zelfs intiem klinkend blues-album, waar vooral stevig met de snaren van de gitaar wordt geroerd en de stembanden van Bryant als vanouds klinken. Opnieuw is de kwaliteit van het album hoog, zoals we van Bryant en de zijnen gewend zijn. Het rustpunt van het album, ‘Invisible Me’, heeft het intieme karakter dat we van een blues ballad mogen verwachten en geeft het album zijn extra stempel dat zo fijn is. Dat Bryant net als vele muzikanten het live circuit heeft gemist tracht hij met redelijk succes op The Rage To Survive te compenseren door het geluid van de live optredens te benaderen. De sound is mede tot stand gekomen met medewerking van Grammy Award winnaar Ian Dowling, die samen met de muzikant zelf aan de knoppen heeft gestaan. Ze hebben als het ware de nieuwe songs live in de studio gespeeld en dat vastgelegd op dit nieuwe album. Het resultaat klinkt in ieder geval als een welkome lekkernij in de oren.

De innemende energieke sfeer spat werkelijk uit de luidsprekers. Dat de teksten gaan over de periode van de nog steeds woedende pandemie zal niemand verbazen. De eerder genoemde ballad verhaalt bijvoorbeeld over worstelingen met de geestelijke gezondheid en het isolement gedurende de lockdown, die ook deze muzikant voelde. ‘Rescue me’ is misschien wel het logische vervolg op de hartenkreten van ‘Invisible Me’. De albumafsluiter ‘Westport’ is opnieuw uit het ballad-hout gesneden en sluit zo waardig misschien wel een van de beste albums van Danny Bryant af.

Cedric Burnside
Wie al veel langer in de blues meeloopt denkt bij de naam van Cedric Burnside onmiddellijk aan grootheid R.L. Burnside. Cedric is de kleinzoon van deze charismatische icoon uit de rauwe blues die in 2005 overleed. De muziek van Cedric is uit een sensitievere snaar gesneden, maar is wel in de blues-traditie vormgegeven. We horen in voornamelijk akoestische en kleine setting de blues gespeeld en gezongen worden.

Een van de songs van zijn grootvader, ‘Bird Without A Feather’, wordt in dit album op een eervolle manier bewerkt door Cedric Burnside. Elf van de dertien tracks zijn overigens van zijn eigen hand. Misschien is de bijdrage van de klanken van een cello, gespeeld door Caleb Elliott, wel een van meest opvallende stijlelementen van het album I Been Trying. Dit soort details geeft het album in ieder geval een effect dat je doet opkijken terwijl je luistert. Dat is toch prachtige toevoeging aan het oergenre van moderne muziek en dat mag genoemd worden.

Het album is overigens wel een album met verschillende lagen, wat resulteert in het prijsgeven van steeds meer schoonheid als de frequentie van beluistering is toegenomen. Zo’n langzame opening van de diepste lagen heeft geen negatieve invloed op de eerste luisterbeurten. Het album klinkt vanaf de eerste kennismaking zeer aangenaam. In het lof dat reeds is uitgestort over dit album wordt hier en daar gesproken over een Grammy-nominatie. De tijd zal leren of dat ook zo zal zijn. Het album is in ieder geval een aanrader voor de blues liefhebbers.