Theater / Voorstelling

God wikt maar de mens beschikt?

recensie: TgECHO - Tussentijd

.

Wat maakt de mens tot mens? TgECHO onderzoekt het rare wezen dat de schepping heeft voortgebracht. Of anders gezegd: wat voor soort wezen heeft het in de evolutie ‘gewonnen’ van de andere diersoorten?

De evolutie in vogelvlucht

~

De aluminiumfabriek heeft het decor gesponsord en dat is maar goed ook, want er gaan vele tientallen vierkante meters doorheen – elke voorstelling opnieuw. De schepping van het wezen dat we ‘mens’ noemen, vormt het startsein van de voorstelling Tussentijd. Zoals een kuikenjong zich een weg vreet door de eierschaal, zo zoeken twee wezens een weg naar buiten. In hun witte pakken en dichtgesnoerde capuchons doen zij enerzijds denken aan de medewerkers van de Fukushima kernreactor in Japan en anderzijds lijken zij op de spermatozoïden uit Woody Allens film Everything You Always Wanted to Know About Sex. Als zij uit hun ‘eierschalen’ zijn gekropen door het ‘wegbranden’ van het metalen omhulsel van aluminiumfolie, ontvouwt zich een amorfe metaalkleurige wereld waarin slechts een reistas blijkt te staan met spullen voor onderweg.

Met reuzensprongen nemen de speelsters het publiek mee door de ontstaansgeschiedenis van de mensheid: van de jagende holbewoner via de verlichte denker uit de Renaissance en van de Darwinist tot aan het ontstaan van de homo economicus. De mens is inmiddels veranderd in een zelfdenkend, egocentrisch wezen dat zijn eigen afwegingen maakt op rationele gronden. Winstmaximalisatie lijkt het enige doel te zijn met of zonder de ander. De omgeving moet zich schikken naar de mens en niet andersom.

Taal: de ultieme uitvinding

TgECHO, bestaande uit de actrices Anna Schoen en Lotte Dunselman, maakte al eerder voorstellingen bij Generale Oost. De locatievoorstelling Eindland was ook te zien op het Over het IJ Festival in Amsterdam. Met Tussentijd willen de makers, naar eigen zeggen, de menselijkheid onderzoeken met als hoofdvraag: wat maakt de mens tot mens? Spelenderwijs zoeken beiden naar oplossingen.

~

Één ding is zeker. De uitvinding van taal was een briljante ontdekking. Taal als middel om te communiceren met anderen, om mee te verwijzen of om betekenis te geven aan wereldlijke en niet-wereldlijke zaken. De cruciale vraag blijft echter: waartoe brengt het hen als biologische driften nog steeds de boventoon voeren? Primaire behoeftes als eten, drinken, aanraking, territoriumdrift, seks lijken we in goede banen te kunnen leiden, maar is dat wel zo?

In de zandbak

De spelers bedelven het publiek onder een constante woordenstroom waarbij de taal te vaak het onderspit delft. Als de twee bewoners hun aluminiumfoliewereld aan het vormen en vervormen zijn, raken de woorden in de vergetelheid. Het aluminiumfolie is wel een kneedbaar materiaal. Schoen en Dunselman laten steeds weer nieuwe vormen ontstaan. Het is prikkelend, kinderlijk naïef vaak, maar tegelijkertijd ook aandoenlijk.

Het is al snel duidelijk dat we de wereld naar onze hand willen zetten, maar of we die ‘strijd’ ooit zullen winnen, is de vraag. De actrices hanteren een lichte speelstijl. De stortvloed van woorden, opgetekend door Jibbe Willems, is soms grappig en lichtvoetig met leuke associatieve zijwegen, maar het verzandt helaas net iets te vaak in een pseudo-filosofisch gebrabbel. De speeldrift is bij vlagen energiek en lachwekkend, maar de concentratie blijft niet tot het eind toe, waardoor de noodzaak om het tot op het bot uit te zoeken voor het publiek niet invoelbaar is. Misschien is het kleine speeloppervlak van de kleine zaal van Theater Kikker dan toch te veel een kleuterzandbak en zijn de grote gebaren daardoor onmogelijk.