Anonieme slachtoffers worden mensen van vlees en bloed
.
Op het podium zijn ze geen van drieën lijfelijk aanwezig. De moeder, de vader, de tandarts: ze zijn allemaal dood. Zoon Wladyslaw wekt hen tot leven met zijn woorden. Hij schetst in de voorstelling De pianist hoe zijn familie wacht op de trein die hen naar het concentratiekamp zal brengen.
Het verhaal van De pianist werd wereldwijd bekend door de verfilming door regisseur Roman Polanski, met Adrian Brody in de hoofdrol. Het is het waargebeurde verhaal van de Pools-joodse pianist/componist Wladyslaw Szpilman (1911-2000). Hij woont tijdens de Tweede Wereldoorlog met zijn familie in het ommuurde getto van Warschau. Een getto dat door de Nazi’s uiteindelijk volledig met de grond gelijk zal worden gemaakt. Wladyslaw werkt als pianist in chique restaurants en hij speelt voor de Poolse radio. Zo kennen de hooggeplaatsten hem dus ook: als Szpilman, die prachtig piano kan spelen. Wanneer alle joden worden afgevoerd, wordt hij vanwege zijn bekendheid tussen de wachtenden weggegrist. Zijn muzikale talent redt hem, zogezegd.
Autobiografie
Acteur Edwin de Vries en pianist Mikhaïl Rudy (afgewisseld door pianist Yoram Ish-Huwritz) hebben niet meer nodig dan een vleugel, een ouderwetse stoel en een krukje om het verhaal van Szpilman te vertellen. De Vries is de vertellende man, de musicus is zijn virtuoze alter ego. Knap is de selectie van vertelde passages. De eigenlijke autobiografie van Szpilman telt namelijk honderden bladzijden. De Vries heeft daaruit niet meer dan een aantal sleutelpassages geselecteerd, precies voldoende om het tragische verhaal in al zijn schokkendheid voor het voetlicht te brengen.
Verzet
Voor de naoorlogse generaties is de jodenvervolging één groot gruwelverhaal. Zes miljoen mensen de dood ingejaagd: het gegeven is te abstract om het je te kunnen voorstellen. Het zijn zes miljoen anonieme, gezichtsloze mensen – ja vooruit: Anne Frank, die kennen we. Maar over het algemeen komen de joden tot ons als zwijgende, grijze slachtoffers. De kracht van het verhaal van Szpilman is dat de afgevoerde joden kleurrijke mensen van vlees en bloed worden, met een gezicht, met emoties. Bij Szpilman praten ze tegen elkaar, redeneren ze met elkaar, zijn ze boos, verontwaardigd, verward, vertwijfeld. De vader op het perron naar de hel is radeloos. De tandarts is briesend van kwaadheid; hij wil verzet, een opstand. Alles, behalve lijdzame overgave.
Magistraal
Juist daarom is dit verhaal zo aangrijpend. Zo direct, zo dichtbij. En Edwin de Vries brengt het met een ongekend inlevingsvermogen. De Vries is de zoon van de joodse acteur Rob de Vries (1918-1969), die uit kamp Vught ontsnapte en de oorlog overleefde. Geen wonder dat het verhaal van Szpilman merkbaar dicht bij de acteur staat. Zoon Edwin is Szpilman. De timing van zijn teksten, de pauzes die hij neemt, de accenten die hij legt, de haperingen in zijn tekst: De Vries vertelt het verhaal van Szpilman alsof het zijn eigen verhaal is. Verrijk dat met de pianomuziek van Chopin, in Amsterdam met overgave gebracht door Mikhaïl Rudy; maak het af met de subtiele belichting van Reinier Tweebeeke, en je hebt een magistraal mooie tweepersoons voorstelling.
De pianist is tot en met 4 mei 2008 op tournee in het hele land. Klik hier voor meer informatie over deze voorstelling.