Boeken / Non-fictie

Overleven van een doodswens

recensie: Heidy Vernee - Ik huilde al in jouw buik

In 2013 pleegden 1854 mensen suïcide in Nederland. Gemiddeld iets meer dan 5 per dag. Tot op de dag van vandaag blijft suïcide een beladen en soms zelfs onbespreekbaar thema in de hulpverlening.

Ondanks opgestelde protocollen hoe te handelen en de beschikbaarheid van projecten die suïcide in de gezondheidszorg bespreekbaar moeten maken, blijft er werk aan de winkel. Auteur Heidy Vernee schrijft met Ik huilde al in jouw buik een aangrijpend document over haar  dochter Vlinder, die reeds op jonge leeftijd haar suïcidewens uitspreekt: ‘Ik ga voor de vrachtwagen oversteken, dan ben ik nooit meer bang’, zegt Vlinder op achtjarige leeftijd. Een lange zoektocht naar passende hulp volgt.

Wanhopige zoektocht

Een zoektocht vol vallen en opstaan, wantrouwen en het ontbreken van een therapeutische relatie. De terugkerende angsten van Vlinder en het alsmaar opnieuw vertellen van haar verhaal. Soms tegen hulpverleners met wie ze een klik heeft, vaker met hulpverleners met wie ze geen klik heeft. De klik lijkt afhankelijk te zijn in de mate van menselijkheid in het contact. De momenten waarop Vlinder als mens, en niet als patiënt wordt aangehoord, beschrijft ze een klik te ervaren.

Enkele keren wordt ze opgegeven door de hulpverlener en krijgt moeder te horen haar dochter los te laten, iets waar ze nauwelijks toe in staat is. De vraag dient zich op: ‘wat zou ik in deze situatie doen?’ Hierin toont de moeder een ongekende veerkracht en moed om door te blijven vechten voor haar dochter. Daarmee is ze een stabiele factor in Vlinders leven, evenals Vlinders lievelingsmuziek, Céline Dion. Juist deze bakens lijken de doorslag te geven dat Vlinder niet opgeeft en de enorme lijdensweg tussen leven en dood heeft overleefd. Het leven van Vlinder tekent zich door grote angsten, die slechts gedeeltelijk uit de situatie af te leiden zijn. Dit drijft moeder, de andere kinderen en ook Vlinder menigmaal tot wanhoop (de vader is vanwege een scheiding nauwelijks in beeld). De angst is zo groot en alomtegenwoordig dat Vlinder op haar achttiende een mislukte suïcidepoging doet.

Bespreekbaarheid

Je zou verwachten dat er inmiddels voldoende kennis en ervaring is om met de doodswens van mensen om te kunnen gaan. Ook wanneer deze ingebed zijn in wat zwaardere psychiatrische problematiek, waar de persoonlijkheidsstoornissen, psychoses en depressies onder gerekend worden. Blijkbaar heeft Vlinder de pech om ofwel goede therapeuten te treffen die ziek worden of niet voldoende te bieden hebben, ofwel therapeuten te treffen die strak een regime van een instelling of protocol volgen. Deze ervaringen vergroten ten enenmale de wanhoop, hetgeen indringend beschreven wordt.

Dit boek is mede geschreven om de bespreekbaarheid van suïcide te vergroten. Daarin schuwt de auteur de kritiek niet, met name waar het de geïnstitutionaliseerde zorg betreft. Het zijn in deze passages dat ook bij de lezer ongeloof, verbijstering en woede zich meester maken. Wanneer Vlinder niet binnen de protocollen van het behandelcentrum  past en besluit weg te gaan, wordt ze glashard afgestraft door de dienstdoende psychiater. Zo blijkt eens te meer de weerbarstige praktijk versus de mooi op papier opgestelde protocollen.

Als er één les getrokken kan worden uit dit boek is het wel dat iemand serieus nemen, hoe verschrikkelijk diens verhaal of wensen ook zijn, enorm helpend is. Dáár begint de eigenlijke hulpverlening. Dat de hulpverlener angst kent is niet zo vreemd. Het is nogal een verantwoordelijkheid die je op je krijgt en met een geslaagde suïcidepoging, is de inspectie maar wat graag op zoek naar wie er schuldig is aan de suïcide. Dit boek helpt echter de problematiek waarmee mensen met een doodswens rondlopen in een breder, gedragen kader te plaatsen. Een kader dat wanneer er aan de noodbel getrokken wordt wél extra draagkracht vraagt, maar niet de illusie heeft dat het probleem ineens opgelost wordt.

Ik huilde al in jouw buik is een belangrijk boek om het thema suïcide bespreekbaar te maken, zowel in de therapieruimte als daarbuiten.