Mysterieus syndroom treft asielkinderen in Zweden

Een familie: vader, moeder en twee dochters verzamelen zich bij de voordeur. Netjes gekleed in een opgeruimd huis. Twee mensen komen binnen. Ze lijken niet op bezoek te komen voor de gezelligheid, maar om te controleren of de familie zich wel goed aanpast.
Het gezin is Russisch en zit midden in een asielaanvraag in Zweden. De dochters gaan naar school, de vader werkt (niet op zijn niveau) en de moeder zorgt voor het huishouden. Wanneer hun aanvraag voor een definitieve verblijfsstatus wordt afgewezen, raakt de jongste dochter in een onverklaarbare coma.
Koud en kil
Voor de setting van Quiet Life heeft regisseur Alexandros Avranas bewust gekozen voor locaties met een dystopische, kafkaëske sfeer, om te laten zien hoe hard en gevoelloos de asielaanvraag in Zweden is. Zo zijn de kamers waar de asielaanvraag behandeld wordt wit en kaal, als een gevangeniscel, en is ook het ziekenhuis kleurloos en leeg. Die sfeer trekt hij door in de hele esthetiek van de film.
Koud en kil is ook de afwijzing van het asiel voor ouders Sergei (Grigory Dobrygin) en Natalia (Chulpan Khamatova). De enige manier om nu nog asiel te krijgen is als hun jongste dochter getuigt van de wrede aanval op haar vader door de Russische overheid. Voordat dochter Katja kan getuigen in Zweden wordt ze getroffen door het terugtredingssyndroom (Resignation Syndrome).
Terugtredingssyndroom in Zweden
Sinds de jaren 90 zijn er honderden asielkinderen, voornamelijk uit Oostbloklanden als Rusland, Tsjechië en Slowakije, die zich door stress en onzekerheid terugtrekken in zichzelf. Als bescherming zetten ze een deel van hun hersenen uit en raken ze in een apathische staat.
Het is een intrigerend gegeven dat dit syndroom, dat tot op heden nog steeds niet officieel erkend wordt als medische aandoening, in Zweden voorkomt. Regisseur Avranas las in 2018 een artikel in de New Yorker over dit Resignation Syndrome. Hij werd er meteen door geraakt. Wat hem het meeste aangreep was dat het ruim twintig jaar verzwegen was door de Zweedse overheid.
In Quiet Life wordt de schuld vooral bij de ouders gelegd, die de stress van de asielaanvraag te veel laten merken aan hun kinderen. Terwijl hun kinderen in een soort ziekenhuis liggen, wordt hun geleerd – door een blonde, robotachtige vrouw – steeds te blijven glimlachen en kalm te blijven rond hun kroost. Doen ze dit niet, dan mogen ze hun kinderen niet zien. Ze werken volgens de vier regels van PAPA: praten over het verleden, over asiel, over problemen en angst laten zien. Dit zijn de dingen die je niet mag doen in het bijzijn van je zieke kind.
Familie legt zich er niet bij neer
Als dochter nummer twee ook in het ziekenhuis terechtkomt, besluit het gezin het heft in eigen handen te nemen. Ze halen hun kinderen uit de ziekenboeg en proberen met veel creativiteit en liefde het syndroom om te keren.
Net als de film hoopgevend wordt en de veerkracht en vechtlust van ouders Sergei en Natalia laat zien, eindigt die met een statement dat Zweden in de nabije toekomst nog veel meer kinderen met het terugtredingssyndroom verwacht, gezien de oorlog in Oekraïne. Geen vrolijke boodschap.
Ongemakkelijke waarheid
Quiet Life is een verbijsterend en aangrijpend verhaal dat eigenlijk niet prettig is om naar te kijken. Doordat Avranas het verhaal zo duidelijk in een koude, onverbiddelijke sfeer heeft neergezet, is het lastig om er warme gevoelens bij te krijgen, hoezeer je ook meeleeft met de Russische familie. Het is een film die onder je huid kruipt en waarvan je hoopt dat het niet de werkelijkheid is, al weet je helaas beter.